
6 B E S C H R Y V I N G V A N D E
haar handel konnen dry ven, en beletten dat wy pas meer als
een honderfte part van dit Goed komen aan te haaien. De
reden nu waarom de Iwwoonders met zoo groten gevaar dees
verboden handel dry ven, is, om datze de Koopmanfchappen
van de Lorrendrayers, voor een derde of vierde minder als by
ons konnen krijgen, en zomtijds ook deugdelijker goed. Dies
UE.ligtelyk kond bevroeden, dat zy hierom al eenig gevaar
zullen willen uytftaan, want door dees handel eenigen tijd
gelukkig te plegen, konnenze hen haaft rijk maaken.
Ik zeide zo even dat de fwarten zomtijds beeter, ot deugdelijker
goed voor een derde of vierde minderin Pry s by ueLor»
rendrayers konde krygen, dog ik mag wel zeg ..e van zo niet
altoos, tenminften demeeften tijd, reedenen hier van, zyn
deeze, dat de Lorrendrayers geen andere Laden hebben te
dragen dan het fimpele maandgeld van Schip en volle, en voor
delaafte geringe koft, en dat nog meer voor weynige maanden,
daar in tegendeel de maatfehappy , boven en behalve
haar Scheepen een zwaren Laft op den hals heeft, zo wel van
de manfehap of bezetting op de kuft, het onderhoudender
forten, vereeringe aan de inboorl inge om hun op onze zyde te
houden, het voeren van zomtijds noodzakelyke oorlogen, en
honderd zaken meer te lang om hier alle aan te halen , en was
het dit maar alleen dat en zou haar nog zo met krenken» maar
de Laft die haar Edele in Europa hebben, van harebedien-
dens, zo wel hoge als lage» konnen dezelve meerder te drukken
$ en veele waanwyzen aanleiding gegeeven heeft om te
vragen j dat, wijl de maatfehappy haar buytenlandfe bedien-
dens niet Ernftigers aan beveeld als de zuynigheid tebetrag-
ten , en alle onnodige onkoften te vermyden» waar om het
haar Ed. daar in Europa zelfs niet werkftellig maken, met het
affehaffen van alle onnodige broodeeters en Loonti ekkers» c*1
.. *t bewind aan weynige overlate, dog de zodanige bedenkt
wel ligt niet eens dat de maatfehappy uyt vyf verfcheyde kamers
beftaat, die ieder als een maatfehappy op zig aelven
moeten aangemerkt worden, en dienvolgende ook van hun
eyge bewmasheeren, en bedienders voorzien zyn; of dit getal
nu kan verminderd werden, en of zulx de maatfehappy zo
groten voordeel als zy voorgeven zou aanbrengen, daar van
G U I N E S E G O U D . K U S T . 7
wil ik het bewijs aanhaar overlaten, zeergaarn bekennende
my hqt zelve niet te verftaan, behalve nog dat het ten eene-
maal buy ten mijn is.
Buyten het voorenverhaalde hebbende Lorrendrayers nog
een voordeel waarom zy haar Goederen beeter koop als wy
konnen geeven en ’er egter nog zoweel op winnen, zyt gy
beniewd om de waarom te weeten, 't is, om dat zy voor het
een, en zelfde goed veel minder geld als wy befteede, dit zal
UE. miflchien vreemd voor komen , en zo heeft het my ook
gedaan tot tyd en wy le dat ik door het vergelyke der faclures,
of verkoopreekeninge en de monfters der Goedere teegens den
ander daar van wierdovertuygd , hier van de Reedenen aan
de genome Lorrendrayers vragende, gaven die my ten antwoord
, dat de maatfehappy zo wel met gereet geld ter markt
gingen als z y , dog dat haar meefters als hun eyge belang zijnde,
den inkoop zelf deeden, en vry wat nauwkeuriger in ’t
uytzoeke der Goedere en in’t maken van de Prys waren, dat
ook zo haaft de maatfehappy een eys om dees of geene Goederen
van de Kuft aanquam; zo gaven zy aanftonds bevel aan
de Leveranciers om een zeker getal van die Goedere te leveren
, dewelke zig meeftentyds van dees geleegcntheyd bediende
, en by aldien het wat Nieuws was, zo lieten zy de maatfehappy
voor zodanigen getal als dezelve begeerde inftaan,dog
in plaats van de Leverantie ter behoorelijker tyd te doen , zo
verkofcenzy om hun verkoop en winften des te groter remaken
, dezelve Goedere van die tijd af, aan de Reeders der Lorrendrayers
makende de maatfehappy wijs datze de Goedere
nog niet konde leveren, maar het by een nader vertrek van
Scheepen te zullen doen, ondertuflchen gingen de Lorrendrayers
haar gang teegens wien zv zig nieten öntzage té zeggen,
datze hun Keur maar zoude neemen , en dat hefover-
fchotgoet genoeg voorde maatfehappy was, wanneer zy nu
nier meer aan de Lorrendrayers konde verkopen, dan wierd
het eyndelyk, en dat nog ten duurften, aan de maatfehappy
geleverd, welke het dan ook volgens het gemaakt verdrag
moeften ontfangen, en waar toe zy Zig ook bevorens hadden
verbonden dat dit met eens, of tien, maar meermalen gebsurd
is heb ik tot groot nadeel van de maatfehappy, en ook van
myn