I5> b e s c h r y v i n g
Doch de tweedemael ging het met een ander Schip vry heviger
toe, endatmeeft dooronvoorfigtigheidvanonfenSchipper,
die, een *Anker van een vertrokken Engelfch Schip gevift
hebbende, het feive in ’t Hok, daer de Man-flaven fliepen ,
had geleet; die, fonder ymands kennis, ten Hamer hadden
weeten te krygen » waer meede fy binnen een korten tyd al
hunne Boeyens op het Jnker in ftukken hadden geflagen , en
daer op fig na bovenen begaeven, en onsvolk aentaftten,waer
vanfereenige feer fwaer quamen te Grieven; en fy foudennet
Schip, ook feekerlyk hebben vermeefterd , byaldien ter dier
tyd, tot ons groot geluk , niet noch twee Scherpen naeit ons
hadden geleegen, namentlyk een Engelfch en Franfchman\die,
bemerkende door het affchieten van een (luk Kanon , dat er
onraed was, ons aenftond met Chaloupen en Bootsvolk te “ ulP
quamen, en de Slaven wederom na beneeden dreeven; doch
eer het noch tot ftilftandquam, geraekten’er een ftukot twintig
van de hare om hals. , .
De Portugeejche Landaert is het fo wel niet gelukt; want binnen
de tyd van vier jaren fynfe op dusdanige manier drie
Scheepen quyt geraekt. , , ,
Dit fal, mynes achtens, genoeg van den Slavenhandelge-
fegt zyn; derhalven fal ik my weedertotmynevoorigefiof be-
geeven, namentlyk om van den Fidafen Koning te fpreeken.
Den Fidafen y an defelve ftaet ons onder anderen noch te feggen , dat
Koning als ^ van fyne Onderdanen als een halve God werd geëerd en ge-
rodhvinCde ’vreeld. Yder, hoog en laeg , van wat Stoet hy ook fyn mag ft
fynegeeerd. legt, als IJE. bereeds hebt gehoerd, in fyn tegenwoordigheid
geknield, -of op den huik; en wanneerfe hem s morgens
gaen begroeten, fo werpenfe fig eerft voor de Poort van's Ko-
n'mgs Huis ter needer; kuflen de aerde driemael nadenander,
en onder *t klappen in de handen mompelen fy iets binnens
monds, om den Koning als aen te bidden. Dit gedaen lyn-
de, kruipenfe op handen en voeten na binnen» waer datle ge
feide eerbiedigheid noch eens herhalen. . .
Hun onder- Tegenwoordig fynde,is hy haer foontfaggelyk, dathylemet
danigheid ££n wo0rei kan doen zidderen en beeven-; doch fo dra iynle
landen k “ niet van hem van daen, of het is haer vergeeten, fig met het
ning. « &
V A N D E S L A V E - K U S T . Si
geene hy bevoo len he e ft weinig kreunende, alfo fy hem altoos
met een leugen of twee weeten te paeyen.
D e n Koning is altoo s met feer fraeye Rleederenxan Sjrfemet, ’sKonings
Goud en Si her doorwerkte Stof, op g efch ik t ; doch voorna- Sleeding op
mentlyk als h y de Europianen g a e t be fo ek en , ’t geen hy kan ^ X -
doen fon de r d o o r ymand van buiten gefien te z y n ; gemerkt i jk . y
al de Wooningen der Europianen rondom fyn Hof (als ’t fo g e •
naemt mag werden) f t a e n ^ o aW .
ij ° nfe mm a lh ie r , die den Koning v o o r my deed Loeieder
is v ry g r o o t ; fynde voorfien met d r ie Pakhuifen , en feven Hollanders
Kamers; een fra ei "Plein v a n b in n e n , en ro n d om ’ t feive een aen'F*da
overdekte Gaeldery. M a e r de Wooningen der o v e r ig e Europianen
fyn feer flegt en ongerieflyk. r
Deefes Konings Kinderen z y n , buiten de kleine binnens huis, *s Konings
maer v ie r in t g e ta l, namentlyk drie Soonen met een Doch- Kinderen.
ter.
A l le v ie r fynfe feer welgemaelite menjehen , voorn amen tlyk nen ondften
de oudfte Soo», d ie fo een f r a e y e n S w m i s ? als ik v a n a lm y n Sooniseen
leven eenen heb g e fien ; do ch ’t is jammer , d a t in fo een fckoon welgemaek-
lighaem fo een fchelmfe z,iel huisveft. V o lg e n s Geboorte en Erf- ' e N'eScr >
regt, (on h y fyn Vader in ’t Ryk moeten v olgen ; d o ch men fchelmach-
m a g h o o p e n , datfe hem v o o rb y fullen gaen ; want hy is fo tig.
bedrieglyk en fchelmachtig , d a t het geheele Land van hem m oet
lyden.
O p alle weegen heeft h y fyn volk , om de menfehen hare Doet een y-
gotderen te laten Roven, fo we l van Blanken als Swanen; en gdykbcro-
w a t meer i s , hy en v er fch o on t den Koning fyn Vader felfs vcn-
H y heeft regt der Uilen aert , d ie niet uitvliegen dan b v nagt;
want h y komt o v e r da g n oit uit den huis , maer we l des aheb^
gehad* W3nneer ik v e r fch eidemael de eer van fyn befotk
m hy. noi£ uit d en huis g a e t , ge fch ied eensdeels
S.rootsherttgheid, om van ’t Gemeen niet bellen te we rd en;
“ “ z ,u ,
D e tweede Soon des Konings aer t feer wel na den Vader,ver- van II. D e e l. y mits desK°4 :ngs