
i4 B E S C H R Y V I N G V A N D E
heb haar drie kley ne dagryzens opgeweeft, en vond haar over
aï zeer vermakeliik, ja zodanigalsik oyt op de KuftvanGumea,
( ten ware aan Ft da ) gedenke iets gezien te hebben, aan weerkanten
is zy aan den Oever bezet met fchoone en hoge Bomen,
welke de zuetfte fchaduwe des weerelds geven, en onder welkers
lommering men met veel vermaak, voor’t fte ken van de
Zon bevryd zynde, kan varen } op gezeyde Boomenziet men
een menigte van alderhande fraaye gecouleurde Vogels^ en
honderden van grote, en kleyne Apen zitten j zig zelven van
de eene Boom op de andere vermakende, t welk met onaan-
Wordbe* genaam is te aanfchouwen: en omdees Rivier nog meerluy-
«00"a,v3nfterbv te zetten, zo heeft men, alsmen dezelve eenmylop-
« S T gevaren is, aan de JVeft-Oever, om de quartieruurs een fchoon
ien. en Volkryk Dorp , welkers Huyzen heel zoet langs de boorde
van’ twaterftaangebouwd. DeesDorpen, eengrotemenig-
te in getal, maken drie L andfehappen uyt , het eerfte » als
naaft aan Zee gelegen, is genaamt Ancober. O f nu de Rivier
na ’t L andrehap, o f’r L W na de Rivier genaamt is , wil ik ,
als tot de zaak niet dienende, onafgedaan laten, en maaralleen
zeggen, dat het tweede, en aan dit volgende Landfchap,
Abocroè is genaamt, en het derde of laat fte Egmra. tEerfte
heb ik te my nen tilde als een R egering van eenen, of een Kp-
nimryk en de twee andere als Getneenebeften aamgemerkt.
lo rt der In ’t Eguirafe L and hebben wy voor een reeks van jaren voor-
Nederlaii- ]e(jen een Fort gehad, waar dat ter dier tyd grooten handel
wierd gedreeven : want behalven dat de toevloed van Goud
Rmer' van andere Plaatzen daar na toe quam, zo heeft dat L and zel-
ver eenige Goudmynen in zyn geweld, want er te mijnen ty de,
dat ik het Gezag aan Axim had, noch een zeer ryke is ontdekt.
Het gezeyde Fort hebben wy 1 verlchil met de Negers krygen-
de, op een elendige manier verlooren , want het Opperhoofd
Word bde- van dé Swarten belegerd, en het niet langer kennende verben
dog ’I düuren, ( die zo men zegt, al met Goud inplaats van. Eyzer
Opper- had gelchooten ) geliet zig als of hy met de Belegeraars vri\de
hoofd, Iaat vér,jragen, en trad dienvolgen'de piet haar in Onderbande-
hc‘ fPtin' hng , doch te midden van haar Handeling deed hy tzm zelve
ge"‘ met al zijn Vyanden in de Lugt vliegen. En eindigde dus
manmoedig, dog zeer ongelukkig zyn leven, nevens onze