
102 B E S C H R Y V I N G
temeenigte werden, ingekogt, om na deI!oven-T$.uJltevetvoe-
ren.D
en verderen handel van dit volk beftaet in Slavent welke
meede door gefeide Sw arten werden gehaeld; doch de meefte
werden van hier vervoerd door de Engelfche, Franfehe en Por-
tugeefche Scheef en. Somwijlen is de Slavenhandel hier feer gelukkig
, voornamentlijk ontrent het Dorp Lay.
Het gebeurd ook wel, dat fo wanneer de Oorlogen Landwaerds
in ophouden, dat hier gantfchelijk geen Slaven te bekoomen
zijn; dies den handel op deefe 'Tlaets t’eenemael onwis is, en
maer eenlijk diend, om defelve als in ’t voorby varen, eens
aen te doen, fonder dat men’er ftaet op moet maken.
Voor het overige geneeren fig de Inwoonders , buiten den
handelt met de Landbouw en Pifchvangjl, van het eerQcetame-
lykt doch van ’t laetfte t’Zeewaerts weinig of niet, gemerkt de
Stranden hier ontrent feer ftcil en van een moeijelijke aenkomft»
zyn , en derhalven met kleine Canoas op fommige tijden niet
vaerbaer, doch ’t gebrek van Zeevifch, werd door de vifchrijke
Rivieren of Binnewateren genoegfaem vergoed.
Rio Folta, vermoedelijk door de Tortugeezen fo genaemt,
een fchoonc fijn fnelle loop en uitwatering, eindigd deefe Land-
^iV f r’UT' flreek. eer ne a . ^ ^ £en j~Gj10one en te gelijk ook.wijde Rivier t diemeeft
altoos fijn water fo fterk in Zee drijft, dat men het fomtijds
drie a vier mijlen van de wal gewaer kan werden. Hoe verre
deefz Rivier fijn loop Landwaerds in heeft, is my onbekend. De
fterkeaf, of uitwatering, voerd geftadig een groote meenig-
te (ware boomen meede, de welke fig , voor de mond van de
Sware bran- Rivier vaft fettende, een hemels hoogebranding veroorfaken,waer
ding voor de door men defelve maer tweemael ’s jaers met een Canoa voor-
fclve. jjy kan varen; en dat gemeenlijk voor tsipril en voor November
, vermits men dan hier ter Kuß ftil weeder heeft, en ook
om dat het dan even voor de Regen-tyd is , en de Rivier gevolglijk
fo een fnelle uitwatering niet en heeft: doch na de/te-
gentijd fal men’er geen 2Steger voorby krijgen,^vermits fy altijd
het walletje langs gewoon fijn te varen , t geenfe hier ,
©vermitsgefeide Branding, niet en können doen.
enbywylen
ook in den
Slavenhandel
:
doch gaet
niet feekcr.
Landbouw ,
enVifchvangft.
Rio Volta >
V A N D E ' S L A V E-K. U S T. 103
Viermalen ben ik deefe Rivier t'Scheep voorby gevaren,
en t’elkens wierd’er ymand van ons volk aen de Steng o f in
de Mars gefonden, om door ’t fien van de Mond te verkennen,
of wy den felven voorby waren ofte niet; en gemeen-
lyk riepen defelve van boven , datfe de Mond fagen , dat
wy’er regt af, en aen, of een weinig beooften of beweften waren:
geen de Schippers door onkunde., en ik met haenfeer vaftelyk
^ Doch in den jare iSpp.met een Canoa v&nFida koomende,
deed ik my fo digt langs de wal Roeyen, als immers mogelyk
was, en de branding wilde toelaten; doch hoe opmerkend en
nauw toepende wy ook waren, wy en konden geen noch
de alderminfte opening befpeuren, maer ondervonden de waer-
heid, van ’t geene my bevorens door een myncr Dienaers (die
deefe Reis te Land had gedaen) van deefe Rivier was verhaeld;
te weeten, dat hy een weinig van Strand af, en doorgaens ,
wonderlyk wyd is;' doch dat fig van het Weftenecngeheeleftreek
Lands voor den felven heeft gefet, en alfo maer een kleine o-
pening overgelaten; dies ook ligtelykte begrypen is, dat dit
door de wydheid van binnen, en ’t fnel afloopen van het water,
een fterke Eb door deefe kleine Mond moet koomen, t
geen, by aldien de Mond, na evenmatigheid van de Rivier',
fijn wydte had, feekerlyk fo fwaer nieten loude zyn. Doch
al genoeg hier van.
Beooften vporfeide Rivier neemt het Cotofe, doch van demee-
:fiè het Lampifche Land genaemt , fyn aenvang. Van de Rivier
tót het Dorp Coto of Verhou, is ontrent veertien mylen, fynde.
dit ljorp voortyds gewecft Woon-of Sitplaeïs van den Coto-
fen K oning; waefdat ik .ïjem in dén1 ja,ré i ÓyS. óók heb gefien,
cri gêfprooken. 1' ^ ‘ ,
m Koningryk is van ëén fonderlrnge kleine Magt, en het
welke, door den Oorlog met die van Popo, dagelyks noch
meer en meer , afhecmt , welken Oorlog al eehige jaren naden
ander heeft geduerd.; en om datfe malkander in magt meeft
evenaren , 'fo ftaet, byaldienfe geen Fre'ede maken , hun ge-
fchil noch voóf ëfeffÉiiïe't.te eindigen, tëh.ware feen van beide
andere Landfn tot hhn Wip traren te beweegen.
Lampiiofhet,
Cotofe Ko-
ningryk.
Kléine magt
van ’t felve ,
en gedueri-
gen Oorlog
m-t die van
Popo;
iDoch