
vertoont het zich flechts als eene Rip en is in eenen zeer
doorfchijnenden zak befloten, in welken het zeer dikwijls
van gedaante verandert.
Woonpl. Dikwijls op de zachte geRerde Alcyonie,
Alcyonium molle (lellatum. Esperi. Het Alcyonhm ge-
latinofum, linn. ed. XII, p. 1295, fp. II. aan het Rrand
van het eiland Walcheren, veelmaals in een groot aantal
bij elkander.
Eigenfch. Wanneer het zwemmende iets ontmoet,
waarvoor het fchijnt te vreezen , trekt het de raderen
naar binnen en lluit zich voor een’ korten tijd in den
zak.
5. Alc. Corniculatum. L . Sp. 28 , p. 3817. L.
Bomme Verh. v. h. Zeeuwsch Genootfch. III D. p. 307,
T . f. 6. Het Zeeraderdiertje met vier radertjes.
Kent. Langwerpig vierkant, plat, het achtereinde
rondachtig; voor aan den kop (taan «vier horentjes, die
fnel uit- en ingetrokken kunnen worden; aan de beide
zijden van denzelven bevindt zich een fnuitje aan zijn einde
met een verticaal flaande radje voorzien, terwijl twee
ahdere regt van voren in eenen horizontalen Rand geplaatst
zijn , . van boven en van onderen fchijnt het als met een
Ichild gedekt.
Woonpl. In het zeewier langs de Rranden van de
Noordzee en van die der Zeeuwfche kusten.
Eigenfch. Door middel der radertjes maakt het een
fterke draaikolk om zich henen ; wanneer het daar in iets
vindt , dat het tot voedfel flrekken kan , trekt het de
horentjes en radertjes in , en het diertje legt zonder eenige
uituitwendige
beweging, blijvende de inwendige, fchoon
minder (lerke, voortduren.
CCCXLIII. DE SPONS. (SPON G IA .)
Geflachts-kent. Polypenhuis van velerlei gedaante,
geen vermogen om van plaats te veranderen, week, hl-
achtig , gedurende het leven der polypen gevoelig , taai,
buigzaam , met zeer veel luchtgaten; in den droogen
Raat het water inzuigende.
De gemeenfchappelijke Reel, door vele horenachtige ,
buigzame vezelen netswijze dooreengeftrengeld, in hunne
kruiswijze aanrakingspunten aan elkander gehecht.
De fchors als met een deeg omzet. Het vleeschachtig
gedeelte lilachtig, als levende, en de vezelen omkleeden-
de , in welke de polypen zich onthouden , die zeer ligt
wegvallen, zoodat zij aan de fpoqs, die uit het water genomen
wordt, flechts gedeeltelijk blijven zitten.
De Polyp is onbekend.
1. Sp. Oculata. L. Sp. 9, p. 3820. Lamarcr o.
c. II, p. 378, No. 118. Id. Annales du Mus. d'Hist.
Nat. XX , p. 452, No. 118. Pallas No. 239. E sper
Pflanzenth. 1 1 , p. 259 9 T. 36» Spongia Poly-
chotoma. De Oogjesfpons. , Eponge Anglaije & branches
, Branched English f ponge. V i e l a s t i g e r
S a u g s c h w am m .
Kent. De vingerdikke rondachtige Ram verdeelt zich
vorkswijze in takken, die aan de hoeken dikker worden;
de langer uitloopende zijn zeer 1'mal , eenigzins platgedrukt
en overal genoegzaam even breed , in hunnen ver-
L 4 de