groote moeijelijkheid doen blijken, om dezelve volgens het Linna-
aanfche ( ie lfe l, waarin de aanvang van de Fauna gegeven is, te
rangfchikken, vermits de verbazend groote menigte Infekten, in
de latere jaren ontdekt en bcfchreven , geheel nieuwe gefi'achten
heeft doen aannemen , die in het Litmaaanfche niet gevonden
worden, en ook d aarb ij, zonder groote verwarring, niet zouden
kunnen aangenomen worden. De Heer a n s u j n heeft om deze
reden de door hem opgefpoorde Infekten volgens het ftelfel van
L a t Re i l l e benaamd en gerangfchikt} de naamlijit, die hij daarvan
aanbood, was dus volgens l a t r e Il l e . Ook waren de lijsten der Infekten
door het Groninger Genootfchap volgens l a t r e i l l e gefield. Daar
het te voorzien i s , dat volgende fupplementaire naamlijsten van
Nederlandfche Infekten, die de Maatfchappij waarfchijnlijk nog
za l te wachten hebben , Wel volgens het ftelfel van l a t r e i l l e ,
als het thans meest at gemeen aangenomene, zullen gefield zijn ,
heeft men b ij de Maatfchappij goedgevonden deze Bijdragen tot
de Haamlijst van Nederlandfche Infekten , aldus Volgens l a -
t r e i l l e gerangfchikt, te geven. En om deze bijvoegfels in vol-
komene over eenftemming te brengen met de in het itftle Deel der
Verhandelingen van de Maatfchappij , volgens het Linmeaanfche
fte lfe l, gegevene Naamlijst der Nederl. Infekten , i i voor dezelve
eene volledige fcliets van het ftelfel van l a t r e i l l e geplaatst,
Welke door den Heer a n s l i j n is vervaardigd, en waarin de In-
fekteri, die in de Fauna bcfchreven'zijn, ter behoorlijke plaatsje
gemeld ftaan , met aanwijzing der bladzijden, waar z ij in
het \\de Deel gevonden worden.
In deze bijvoegfels tot de Naamlijsten def Nederlandfche In fekten
, heeft men de befcHrijving van derzelvef kenteckenen achtergelaten.
D it Oordeelde men raadzaam wegens het groot aan.
ta l dezer Infekten, ten einde te groote wijdloopigheid te vermijden.
Men ziet hierbij echter de fchrijvers, waar het ontbrekende
te vinden i s , naauwkeurig aangchaald.
M . v a n M A R U M ,
iS e c r e t a r i s .
RANG*
D E R
I N S E R T E N,
volgens het ftelfel van latreille , zoo als
hetzelve voorkomt in het III. deel
van cuvter’s Règne animal.
Ji HOOPDAFDEELING. KORSTDIEREN ( CRUSTACE
A f (5) (*)
I. O rde. TIENPOOTIGEN ( D E C A PO D A ') . (9)
1. Gezin. K o r t s t a a r t e n , ( i i )
i. Groep. Z w em kra bben . ( 1 2 )
Gedachten : 1. Portunus, 2. Podophthalmus, 3. Ma-
tu ta , 4. Orithyia.
&. Groep. B o o gr r a bben . ( 1 4 )
Geil. t. Cancer, 2. Hepatus,
F auna belgica. ( t l C. maenas, bl. 473. — C. pa-
gurus, bi. 476. — C. depurator, bl. 481.
3. Groep. V ierzijdige k r a b b en . (15),
Ged. 1. Plagufta, 2. Grapfus, 3. Ocypode, 4.. Gone-
p la x , 5. Gercarcinus, 6. U ca , 7. Potamophllüi ,
8. Eriphia.
4. Groep. R onde k r a b b en . (19)
Ged. 1. Pinnotheres, 2. Atelecyclus, 3. Thia, 4 Co-
rystes, 5f Leucofta, 6. Ix^a, 7. Mictyris,
5. Groep.
( * ) De tusfehen haakjes gevoegde N°. wyzen de bladzijden aan
uit het 3de deel van cuvier’ s R è g n e a n im a l .
( f ) Wij hebben de infekten, die in de F a u n a B e lg i c a befchreven
zyn , in dit ftelfel op genomen, met aanwijzing der bladz. , waarop
dezelve in gezegde F a u n a voorkomen, ten einde men zoude kunnen
zien, onder welken naam, en onder welke afdeeling men de*
zelve bij latreille geplaatst vindt, ten einde bij den veranderden
eforidflag liet overzigt gemakkelijker te maken. Hetgcne derhalve
in deze Ranalehikking door $e létters F. B. aangewezen is , vindt
nieri in de F a u n a B e lg i c a befchreven,