befland, hielp daarna zynen Broeder jan , Bis-
fchop van L u ik , tegen zyn muitend vo lk , dat
hy wreedlyk behandelde ; mengde zich in de
Franfche onlusten; flo o t , in den jaare 14 12 ,
vrede met van arkel , mids Gorinchem en
t Land van Arkel aan Holland werden afge-
flaan ; verloor Staveren , waardoor Friesland
van het vreemde juk ontheeven werdt ; huwde
zyne eenige Dogter jacoba aan den Zoon
des Franfchen Konings ; maar deezen Prins
vroeg flerven.de , verzegt willem de V I van
de Edelen en Steden , dat zyne Dogter , na
zynen dood , als wettige- Landsvrouw mogt
worden ingehuldigd, ’t geen Keizer sigismund
hem geweigerd hadt ; doch van Aé eerften
werdt beloofd. Kort na dit genoegen verkree-
gen te heobcn , verliet hy het leven in den
jaare 1417* Van deezen Graaf moet men zeggen
, dat hy in dapperheid en gezag boven
zynen Vader uitmuntte ; maar dat oordeel 'en
voorzigtigheid hem ontbraken , des hy het
Volk niet gelukkig noch ontzaglyk maakte.
Ifly volgde het dwaas voorbeeld zyner Voor-
zaaten , en Aak zich te diep in de verwarde
zaaken der buitenlanderen, en vooral der Franfchen.
Maar de inlandfche verdeeldheden , eerst
aangeflookt , wist hy daarna te dempen. Ten
zynen tyde rees de Koophandel hooger ; maar
Friesland begunAigde de Zeeroovers zo lang,
tot dat Lubek , Hamburg qn andere Steden
eene
eene vergadering te Amfterdam hielden , en
■ beflooten eenmaal de Zee : te zuiveren , gelyk
gefchiedde.
V . Hielden ’s Lands Staaten hun woord in
’t verkiezen van jacoba tot Graavin ?
A . jacoba, zeventien jaaren oud zynde, doch
Weduwe van den Kroonprins van Frankryk,
badt de hoop verlooren van Koningin deezes
Ryks te zullen worden: dan zonder tegenAand
werdt z y , als Graavin van Henegouwen , daar
-ingehuldigd, en met eenige moeite in Holland.,
doch niet te Dordrecht , wyl die Stad zamen-
fpande met haaren .Oom , jan van beyeren ,
ongeordend Bisfchop van L u ik , o f meestal jan
zonder genade geheeten , om dat hy c|ezelve,
by het dempen der muitery te Luik , zo even
gemeld, aan zyn Volk geweigerd hadt.' Toen
bleek het reeds , dat men hem moest rang-
fchikken onder die heerschzugtige Vorsten ,
welke Befchermers der Waereld moesten wee-
zen , maar zich als Engelen des verderfs , als
geesfels des Menschdoms gedraagen : hy toch
wilde zich volArekt in de regeering indringen ,
en dan naar goedvonden handelen. De Kabel-
jaauwfchen van Dordrecht en de Briel erkenden
hem wel voor Ruwaard o f Voogd ; maar
meer Steden kon hy niet aan zyn fnoer kry-
gen. Om Gorinchem te verkloeken , floot hy
een verbond met willem van arkel , die
de Stad voor hem innam; maar de jonge Graa-
F 5 ' v in ,