geeten , ras verlooren zou weezen. In oorlog
prikkelde Eerzugt de Zeelieden ; des het ge-
vvoone presfen van andere Landen hier onnoo-
dig werdt bevonden. Belooningen , zonder
aanzien van perfoonen gegeeven , moedigden
niet weinig aan. ’t Is bekend, dat onze groot-
fte Admiraals Mannen waren van gemeene o f
middelbaare afkomst, bevorderd van den laag-
ften tot den hoogften post , ter yergeldinge
van hunne braave daaden. En men weet, dat
geen Land der Waereld , naar evenredigheid
der uitgeftrektheid , grooter Zeebevelhebbers
ooit geleverd heeft. W y zullen hen in het
vervolg beter keren kenn en.----- Wy fluiten
met deeze aanmerking. Sedert de geflooten
Unie tot op Philips dood, den laatften Graaf,
was ’s Lands gedaante aanmerkelyk ten goede
veranderd. Het flondt verbonden , was vry
geworden , hadt groote veroveringen gemaakt,
en was geweldig in magt en aanzien opgeklommen.
In dien ftaat willen wy het , voor
£enen korten tyd , verlaaten.
\!/
VIERZ
A M E N S P R A A K
V ' OV ER DE
V A D E R L A N D S C H E H I S T O R I E .
Oorlog met Philips I I I . Slag by Nieuwpoort.
Oojlende belegerd. Veroveringen in Indie.
Beftand. Dood'van Oldenbarneveld. Hugo
de Groot ontkomt. Einde van 't Beftand.
Dood van Philips den I I I . Zamen-
zweering tegen Maurits. Zyn Dood.
Zilvervloot gewonnen. Frederik
Hendrik. Vrede te Munfter.
" \ ^ raag. T o t welk een Tydperk gaan wy
thans over ?
A ntwoord. T o t een geheel ander, dan
w y dus verre befchouwd hebben , o f in het
vervolg zullen aantreften , naamelyk , tot
' eenen tyd , waarin het Land geen Graaf tot
Opperheer h ad t; doch in welken egter een
Graaf regèeren wilde. ----- Dewyl de Zeven
Gewesten philips den II hadden afgezwooren,
wilden zy deszelfs Zoon en Opvolger op den
Spaan