niet verfchoonde. Traanen en gebeden hielden
dan den Minnaar terug ; en de tyd werdt dus
zo lang gerekt, tot dat ’er een geweldige- W in d,
eerst uit het Noordwesten , daarna uit bet
Zuidwesten , dermaate ontftondt, dat het water
over de landen vloog, waar door de Vloot .
negenentwintig duimen diepte kreeg. De Spanjaards
, om niet te verdrinken, moesten des, in
den derden nagt van Wynmaand des jaars 1574 ,
het beleg van dfie en ééne halve maand opilaan,
tot eene onbefchryflyke vreugd van ’s Lands
Ingezetenen, en vooral der uitgehongerde Stad,
waar men ylings, na de eerfte ingeflokte fpy s ,
ter Kerke vloog met pieter cornelis maar-
lan t , den eenigen in ’ t beleg overgebleeven
Predikant, om gód voor de verlosfing te looven.
Dit gefchiedde met aandoeningen , die niet te
verbeelden zyn , én welke den volgenden dag
vermeerderd werden door den in het Zuidoosten
gekeerden wind , die het water , dat zynen
dienst gedaan hadt , ten lande uitjoeg. Dus
werdt de Vryheid voor de derdemaal door eenen
Wind bevorderd , die Leiden ontzet g a f , en
daarna het land van water bevrydde. Hoe vyonderlyk
is dit Beftier! ------willem de I kwam
daarop te Leiden, prees hooglyk der Burgeren
taai geduld en dapperheid , en boodt hun ,
ter erkentenis , eene ontheffing van tollen , of
eene Hooge School aan. Het laatfte werdt
-verftandig verkoozen , en dus de grond ge-
_ legd
legd tot die lichtende Geleerdheid, welke z ich ,
van dien tyd tot heden toe , van daar door
het geheele L a n d , en veelal door geheel
europa , verfpreid heeft.
V . En deeze verlosfing gaf ruimte ?
A . Gewis. Holland raakte vry van Spanjaards
, Haarlem en Amjlerdam uitgezonderd;
maar ’er rees onmin tusfchen willem den I
en de staaten , tusfchen Steden en Edelen.
De laatften zogten magt te krygen : de anderen
vreesden , dat willem tot een willekeurig
bellier mogt overflaan : men wist toen
niet, by wien de Oppermagt ware. ----- Door
’ t dringen van Keizer maximiliaan, beproefde
men te Breda eene vredehandeling in den jaare
15 7 5 ; maar requesens geene Godsdienst-
vryheid buiten ’s Konings toelïemming durvende
geeven , noch de hertelling der zaaken aan
de algemeene staaten willende overlaaten,
liep alles te niet. De Overrte sqnoi , het
hoofd vol hebbende van een verraad, om fom-
mige Noordhollandfche Dorpen in brand te
fteeken , liet des eenige onfchuldige Roomfche
Iieeren gruwlyk pynigen , zelfs éénen ’ t hart
uit ’t ly f rukken, dat luide klagten veroorzaakte
, te meer, daar de laatfte, ter ftraffe geleid,
zyne onfchuld bleef beweeren , en den Leer-
aar, die hem byftondt, binnen drie dagen vóór
Gods oordeel riep ; binnen welken tyd deeze,
mistroortig geworden zynde , ook ftierf. Ge-
M 3 wis 5