408
geweldig, en de onze nam zeer af. Dat Ryk
heeft zich wel in allerleie bogten gewrongen, om
zyn gedrag en afval van ons goed te maaken;
maar wat kan ontrouw verdeedigen! Men z o u ,
in dien tyd , Frankryk tot alles hebben kunnen
overhaaien ; maar Engelands bedryf heeft het
bedorven. De rede van de infchikkelykheid
des laatften Ryks omtrent het eerfte is gezogt;
en fommige kundigen meenen ze te vinden in
de gezindheid van anna en haare Staatsdienaars
, om den Pretendent op den Engelfchen
throon te zetten: eene byna ongelooflyke zaak!
V . W y kreegen egter eenen Voormuur tegen
Frankryk ?
A . Ik zeide U , dat die wel toegezegd was
by den vrede ; maar ’er was niets van bepaald:
des moest het verdrag daarvan met den
Keizer nog gemaakt worden. Schoon dat niet
gemakkelyk toeging, gelukte het egter; en mea
gaf ons Namen , Doornik , Menen , Veurne,
Tperen, enz. om ’ er bezettingen in te leggen.
Zie daar eenen Voormuur, doorgaans de Barrière
geheeten , voor den zeer duuren prys van
eenen twaalfjaarigen oorlog verkreegen , en die
daarna ons nog meer ongelooflyke fommen gekost
heeft , welken wy allen zouden hebben
kunnen fpaaren. Zo nadeelig was voor ons de
verbindtenis met Engeland. ■----- Kort daarna
kwam ’er een nieuw gefchil met den Keizer
ter baane over de grensfcheiding ; en hy z o u ,
waren wy piet zeer vast aan zyne belangen
verknogt geweest , het juk der Barrière ras
verbrooken hebben. In den jaare 1718 floot
men egter eene nadere overeenkomst met hem,
waarby wy verkreegen de Stad Venlo en. t
grondgebied, nevens een klein deel van Vlaanderen,
het geen Zeeland meer beveiligde. Dit
was dan het eenige gewin van, eenen zo praa-
lenden kryg wegens de opvolging van eenen
Koning , die ons vreemd was. —*— En toen
was het Vaderland gerust : vreemde grondslag
om gerust te z y n ! Men bragt daarop bezettingen
in de Barrière, en men waande wonder
wél tegen Frankryk beveiligd te zyn door
dien gewaanden pndoordringbaaren Voormuur.
Dan , de laatere tyden hebben zo treurig geleerd
de ydelheid van die hooggaande verbeelding.
De Barrière heeft ons de fchaadelyk-
fte oorlogen , en zwaardrukkendfte belastingeu
gebaard. W y moesten een Land bewaaren,
het geen de Keizer , om de verafgelegenheid ,
niet bewaaren kon. Hadt men het wél bc-
greepen , men moest , in ftede van döeze te
bezetten , meer plaatzen, digter by geleegen ,
afgeftaan; ons Land enger gemaakt; daarna
onwinbaar omwald ; en eene goede Vloot in
Zee , gehouden hebben : dan zou niemant ons
hebben durven aanranden ; nog'minder , wanneer
wy , ten zelfden tyde, een verbond met
Frankryk hadden gemaakt , ’t geen ons in
eene volkomen veiligheid zou geilek! hebben.
Mogt het eerfle nog gefchieden 1 Gelukkig ;is
C c 5 h e t,
§