z e n , Landeryen, Molens, Schepen , Obliga-
t ien L o s r en te n , Zegels, Dienstbooden , Ry-
tuigen , Paarden , Hoornvee , Schoorfteenen,
Huwelyken, Sterven en Erfenisfen ; voorts
op levensmiddelen , naamelyk , op Graanen ,
Meel, Zeep, Z ou t, Slagtvee, Visch, Boter,
Fruiten, Tabak, W y n , Bier , The e , Koffy,
H o u t, T u r f , Brandewyn , Genever , en andere
zaaken. -— Dan , alle deeze dingen
zyn niet in alle Provintien , ook niet even
zwaar belast. Hierin is een aanmerkelyk ver-
fchil. Daar ieder Landfchap een vrye en on-
afhanglyke Staat is , belasten elks staaten
hunne Ingezetenen op zulk eene wyze , als
z y best keuren. ----- Wanneer deeze dus geligte
Inkomften niet j kunnen toereiken by ongevallen
o f in oorlogstyden , zyn zy genoodzaakt
grooter geldfommen van de Ingezetenen
»pp té neemen , waartoe deezen altoos in
ftaat zyn geweest. Des vonden zich de staaten
(zo men één geval van den vroegften
tyd uitzondert) nooit genoodzaakt, om geld
in andere Landen te gaan opneemen , gelyk
Vreemdelingen zo dikwerf by ons gedaan
hebben , en nog doen. By zulke geldopnemingen
geeven de staaten zo genoemde
Obligatien terug, waarop zy jaarlykfche renten
betaalen.
V . En nu zyn wy aan het einde der Va-
derlandfche Historie ; en ’er blyft niets, meer
overig s
overig , ten zy men aan den Godsdienst ge-
denke ?
A . Ja ; wy zyn nu gekomen aan het einde
der Vaderlandfche Historie; dan ’er behoeft
niets van den Godsdienst bygedaan te worden,
dewyl wy van de Kerkelyke Gefchiedenis des
Lands gefprooken hebben (in de Historie der
Waereld , IV D e e l , bladz. 312- 464 , en V
D e e l , bladz. 1-239) om dat wy ze van de
Waereldlyke Historie wilden afzonderen. An-
derzins maaken de zuivere Evangelieleer , en
de Vryheid van belydenis, hier aan elke Gezindheid
vergund , gewislyk de min Be glorie
des Vaderlands niet uit. ----- Aan U laate ik
dan , ten Botte , overig , deszelfs lotgevallen
van meer dan XVIII Eeuwen , byzonder der
laatften , toen wy een vry Volk geworden
zyn , geduurig te ovefweegen , om de He-
melfche Voorzienigheid , die in duizend “gevallen
kan opgemerkt worden , te aanbidden
en te verëeren. Als dan zullen niet alleen
Almagt , Wysherd en Goedheid , zo wel
in de opkomst als in de bewaaring, vóór U
zigtbaar worden ; maar Gy zult ook den regt-
vaardigen Regeerder der Volken daarin opmerken
, die Neerland wel hoog begunftigd; maar
ook vaak billyk gekastyd heeft, op dat de zonden
, die een fchandvlek der Natiën z y n , zouden
agtergelaaten worden. ------ Mogt de
Godsdienst en de Vryheid in dit goede en ryk
ge