C g 2 GKOOTE Z E G EN IN G EN .
pen , doch zeer reddeloos, in Spanje terug
kwamen. Deeze glorievolle overwinning op
eene Vloot , welke de Vyand onverwinnelyk
noemde , zagen Engelfchen en Hollanders te
regt cian , als een werk der behoedende Voorzienigheid.
Engeland was gered, ons Vaderland
beveiligd , en P h i l i p s geweldig Plan lag
ïn duigen. Twee andere groote zaaken volgden
daarop ten onzen nutte,
V . Welken toch ?
A . Deeze Zegepraal bragt, vooreerst, veel
toe tot het ftillen onzer inlandfche onlusten
, en ELizAEÉTH droeg federt meer agting
den s t a a t e n t o e , wier magt en moed zy
toen duidelyk hadt leeren kennen, f a r n e s e ,
treurig over de jarnmerlyke neêrlaag der V lo o t,
zogt dat te vergoeden door het imieemen van ,
S t e d e n .------De Utrechtfche Onlusten , door
LEtcËsTERs aanhang tot aan zynen dood geduurd
hebbende , werden geftild ; en p r o u -
j s i n k , die ’er zo veel deels in hadt, onderging
de fmert en fchande eener verbanning. •— -
Zonderling is het , dat die belhamel naderhand
een Boek fchreef over de uitneemendheid
van het Gebed- des Heeren, ------
Hoog ongenoegen gaf de Engelfch'e bezetting
van Geenruidenberg * door haare muitery en
de overgaaf der Stad aan farnese, Ooit'beweende
men het verdrinken van den dapperen
maarten schenk , toen zyn aanllag op
jfieuwmegen mislukte , nevens den dood des
Graave van nieuwenaar , Stadhouder van
Gelderland , Overysfel en Utrecht , door het '
fpringen van een fchietgeweer. ----- Al verloor
men daarna Bón en Rhynberk; a l.vogt
men in Friesland en Groningen met verfehil-
lenden uitflag ; men befloot egter den Vyand
nu eens in zyn eigen Land te helpen-beftoo-
ken , dat is , de staaten vergunden den
Kohing don antonio' , door de 1 Spanjaards
uit Portugal verdreeven , hier Schepen te koo-
pen en volk te werven. Dan , de aanflag
deezer magt op Spanje, vermeerderd door de
Engelfchen , en onderfleund door de Eollan-
-ders, mislukte, om dat de eerften den raad der
laatften weigerden te volgen : des verloor men
veel volks; doch behaalde eenen grootert buit.
V . Maar hoe verweefde men zich verder
tegen den Vyand ?
A . ’s‘ Lands aanzien was niet weinig ge-
reezen, daar men tot hulp was aangezogt dooiden
Koningryk , waarvan men zelf eerst hulp
gebeeden hadt. Zo kan de Voorzienigheid de
zaaken omkeeren , de verdrukte Staaten redden
en verhoogen ! Dan , de hoogmoedige
Engelfchen , jaloersch over ’s'Lands Zeemagt
en Handel; ook onvergenoegd, dat men geen
zin hadt in een buitenlands Hoofd, t welk
zy ons geeven wilden , weigerden toen den
beloofden byftand. hendrik de I V , Koning
P 5 van