fte vyandcn in de beide Indiên. Een dergelyk
doelwit hadt hy omtrent Frankryk en Engeland;
maar zulks gelakte hem even weinig.
Geen Vorst was magtiger , en geen voerde
minder uit met voorfpoed. Hy werdt hoe
langer te armer , al trok hy het goud van
America. Hoe veel was "er niet voor andere
Koningen te keren uit eene wyze van regee-
ren , die zulke verbaazende uitkomften hadt
ten zynen nadeele! De Hemelfche Voorzienigheid
fch,een geduurig in alle deszelfs oogmerken
te blaazen.
V . Maakte philips de Nederlanders toï
zyne grootfte vyanden in Indie ?
A . Dit kunt G y ligtlyk opmaakên , wanneer
G y overweegt , hoe kloek en flout z y
ter Zee geworden waren. In dien tyd voeren
z y het allereerst op Archangel, en vestigden
daar eenen voordeeligen handel. Van de Ver-
difche Eilanden haalden zy z o u t , en uit Italië
en Tarkye veelerleie goederen. Twee Schepen
, onder ’t bevel van jacob Hendriks-
zoon heemskerk en jan corneliszoon ryk ,
zogten reeds , in- den jaare 1586, eenen korten
weg door het Noorden naar Indie ; maar,
dien niet vindende , moesten zy in Nova
Zembla overwinteren , en verduurden daar de
felftè koude. In den jaare 1694 deedt jan
huigen van LiNSCHOTEN , niet afgefchrikt
door de voorige mislukkingen , hetzelfde on-
1 derderzoek
, en , hoewel hy .’er niet beter in
flaaede , hy leerde egter weinig bezogte plaat-
zen beter kennen, en de Walvischvangst voort»
zetten, philips kon daaruit opmaakên , dat,
vonden zulke lioute Zeelieden eenmaal den
weg naar Indie , hy niet weinig nadeels van
hun te vreezen zou hebben, ’t Kwam ’er ook
toe : want corneus houtman , van Gouua,
naar Lisfabon gereisd om kennis van den handel
op Oost-Indie op te doen ; doch daarop
betrapt en deswege gevangen gezet , maar gelost
door zulken , welken hy .veel nuts van
zyne ontdekkingen voorfpelde , werdt , t’hujs
gekomen zynde , met vier Schepen uitgerust
door een gezelfchap van Kooplieden, zich noemende
de Maatfchappy der verafgelegen’ Landen.
In den jaare 1595 vertrokken z yn d e ,
zeilde hy de Kaap de Goede Hoop om , deedt
veele Kusten aan , en kwam met drie Schepen
, belaaden met Koopwaaren , doch zom
der veel voordeel , t’huis. Deeze floute ,on-
derneeming klonk Spanje vreemd in de ooren;
en. deedt, daar men den werkzaamen aart'lier
Nederlandfche Zeelieden en Handelaarea kend
e , gedugte gevolgen vreezen. Ook was men
’er hier te lande zo door aangemoedigd , dat
’er wel dra een tweede Genootfchap , veree-
nigd met het eerde , opftondt , agt Schepen
uitrustte, en die, onder het beleid.van jacob
corneliszoon van nek , in den jaare 1598
Q 4 ' het