¡M'l l'Ili!
1 1 . I
il
j j ' f -
HI i
T. .¡-.ilH
335 G E E S T E L Y K E
P R I N T B L A D . CCXVIL
krygt hei R EÜKWE .RK meerder kragt;
GALBA -Word daar by gebraut
Ge^arß «it ''t Venkelkruid der Sirfefi landsdotivuen,
Op dat zy meé haar geur verjpreid
Ter eefe van G O D S majeßeit
S/V alles voed en kweekt eti z)Tic?f ßand doet hou-xcn.
HEt derdeinmengzel van het HeiligReukvverlc
is Chelbnab, het welk van alle de
Uytleggei-s, Ouden cn Hedendaaglchen uytgelegt
Word door Galbamm, chalbanej^ welke
woorden van het Hebreeuwfche wortel
vvoord zelf afftamd. Deze Gom befchryft
Vioßondes dusdanig in zyn III. Boek het 97.
k a p . Galbamm is het zap van Venhel kruid
"jvajfchende in S'^rie^ het welk zommige Metofinm
noemen. Het kraakbeenig n'ord meejl ge~
roemdi het znyvere, degedaantevanJVierook
vertonende, vetachtig^ ganßh met hoHtigi iets
van het bygedane zaadbehondende, en van het
Venkel hwidt Z'^aar van renk^ ooknietzeer
vochtig noch zeer droog Ik voe g 'er b y d e be.
fchryVing van Hermannns Mat. Med. bl. 261.
Z y is eene gom en harsachtig Aveezen, vet,
buygxaamals wafch, gelykendenaar deAmmotiiak
, doch uyt vele witachtige en heldere
korrels tot een'klomp gebracht, van fmaak
•¿erpachdg, bitterachtig. walgachtig, zwaar
van eenen wehiekenden renk , de reuk en
fmaak gelyk van den Ammoniak, nochtans
minder. Waar by ftaat in acht tenemen, dat
het Gom-Harllig is, als het welk door het
Vuur word aangejloken, gelyk de Hars, en
door het Water gefcheiden, gelyk de Gemmen.
De Plant zelve, waaruyt-/y voortkomt
n o e m d Lobelins Obf bl. ^z. Galban dragende
Fenkei. Icon. b.-j-j^. '"Job Bauhinns Hiß. 'tiant.
in het XXVn.Boekhet5i.bIadf>r»^?^iw£'wi
Latiore folio C. Batih. Tin. 148. En het beile
afbeeldzcl van de Vcnkel uyt de kennisgeving
v a n lonrnejorK verroond "Tomet Hißoire des
T^rogucs het VII. Boek het 13. kap. Deze
befchryving is te vind cn by Morilbn Hiß.'Plant.
Oxon. bl. 309. De lange wicte wortel heeft de
dikte van ecnen arm, uyt dewelke gekwetil
zynde vette en by ecn gerönne Melk overvloediglyk
uytvloeid. De bladeren hebben zy op
lange fteeltjes, hol, ter dikie van eene vinger
aan de alderbreedile vafl gehegt , uyt zeer vele
ftukjes op de w y z e van Venkel verdeeld, doch
korter en breeder, trekkendenaar degroengraauwe
ofzilvere v e rwe , voornamentlyk aan
de verkeerde zyde, eenigzins in de breedte
gedrongen. De fleel word zeer hoog opgericht,
javyfofzes Ellen hoog, dik, knobbelachtig,
opgevuld met een fponsachtig pit,
aan het bovenite deel van een gefcheiden: de
fchermtjes zyn rond tezamen gefielt uyt geele
omgekromde bloempjes, dewelke afgevailen
zynde , zo volgen daar op de breede bladerflchtige
zaden, in een gedrongen, byna rond,
donkerachtlg, van buyten met eene driedubbele
lyn geltreept, van binnen met een dubbeld
vezeltje verzien. De Figum-F.vertoond
op den kant door de letter f. de wezcntlyke
Kenmerken van de Venkel.
Kom friße WIKROOK, komgy moet ww geur verfpreijen,
Het heillig R E U KWE R K roept n tot GODSheer'lykbeid,
IVyl gy behaag'lyk zyt aan de oppermafißeit-,
Vie it door ^s'ifrießers hand doet ten gebruik bereijen:
't Scheut GOD wïl zelf tiw lof door déze keur verbretjenî
^aar gy. door waien geur ds zinnen ßmeld en vleid.
En waardig luord gedgt door 'j kernels hoog beleid
Gebruykt te woi den van de p ießerlyke reijen.
Bloeï WIF.ROOK/ bloei altyd in hel Sabeefe -jooud;
Daar gy nw voedzel krygt en eigen ßandplaats houwdt
Om Oils door nisjen geur voor altoos te behagen-,
Zo ijijord G O D S REUK W E R K doornw lieflykheid en kragt
In dézen lût en tyd altoos door ons herdagt,
Om meerder eerbied aan de alottdbeid toe te drägen.
Eindelyk het Vierde Itimcngzel van het
Reukwerk van GOD voorgefchreven is Cebonach
Zacah, zuivere IVierook, zonder twyf -
f e l Manneljes li^erookt van we l k Plinius in
het XII Boek, kap. 14. e n VirgtliUsEcclog.%.
Verbenasqt*e adole pinquts, ^ Mafiula Ihura.
En offert o p , Üeek aan, vet y ierkruyt , en Mannetjes
Wierook, ^^
Kxoül Cap. XXX. V 34, SP.
CKcilmali, Leboiiali.
Il.^^ltflj XXX.r. 34. ;
S^iiil'iut, ¿.^it'Jjl'rm'frl;.