Hi,
l ' i "
I
440 G E E S T E L Y K E
'Der aangendnte zon in 'i weß hun loop bemalen.
Dati "vuord by rein verklaarà, mtts hy zyn kked'ren beeft
Cetvaffen, V geeu aan ons een zigtbaar denkbeeld geefty
Hoc G O D tvtl dat -wf fleeàs opregt en zuiver léven^
En ntmmermeer gehoor aan vutlen weilttß géven,
Maar dal wy rein zy», onbefmet vau dartetbeid,
Oj> dat de Ziel hem ziet in volle i
De Wetgever fchynt op het 2. vers te
fpreeken van alle Verziaeering of vloeijende
ettergoot^ omdat'erenkelvoudigvvord
geraeld van een vloedtuytden'vlee/che. Do c h
vvanneer de g ehe l eTe x cme t opmerking word
i n g e z i e n , zai liet blyken, dat "er door deze
S p r c e k w y z e de vbed des zaads^ of Zaaddruifcr
moet verflaan worden. Ook zetcen
het de L X X . wel over rhußn ektou foomatos,
maar de gemene Vertal ing heefthet klaarder
d e vloed des Bloeds, en alle de CJytleggers
komen daar in over een, dat bufar de mann
e l y k e Schaamdeeien betekenen, gelyk ook
E z e c h . X X111.2 o . Ende zy werd ver liefd meer
dan derzelver bywjven 'jjelker vleefch is
als het vleefch der ezelen, ende welker vloedt
is als de vloedt derf aar den, ahvaar voor vleefch
bafar ftaat. By Arißofanu^ leeftmen Kreas
mega.
D e z e vuyleZiekce, de vruchtvanvuyien
welluft , maaktc den Man onrein, en niet
z o n d e r reden. Het Zaad zelf, en ook dat
v o c h t uyt he: gevallen vloeijende, hel voert
u y g van het zaad, by aldien het fcherpheid
aangenomen heeft, voornamentlyk uyt onr
e i n e b e i m e t t i n g , v e r m e e r d e r d door ditfcherp
vocht van allerlei zoutedeeltjesuytdenklomp
des Bloeds in deze zelve deeien weggelegd,
het de kracht van vergi f , dat en den even-
' naaf tenMan, en V rouw kan befmetten. Get
u y g e , helaas , is de ondervinding, hoe
lichcclyk dat vergif van de eene Sexe tot de
andere ovcrgaat : ja zelfs door middel van
het Bedde, waarop by geval die aan het zaad
druypen onderhevig is, heeft gelegen. Wy
z y n voorwaar tegenwoordlg zo teder niet,
g e l y k de Joden volgens G O D S bevel geweef t
xyn , dat mec een brandmerk van onreinigheid
zoude gerekend worden alle ding, oj>
vjelk eene zo vloeyende zal gelegen hebbetty
v s . 4 , 6 . die dejfelfs leeger zal aangeroerà hebben.
vs.$. die het vleefch des geenen^ àie den
vloedt beeft aanroert vs. 7. op wie» geflogen
zal zyn vs. 8. /^lle zadel, waarop hy àie den
vloedt hecfc, zal gereden hebben, dat aileen
maar zal aangeroert zyn vs. 9 , 1 0 . Alle aar de
en houle vat, het welke, die den vloedt heeft y
zal aangeroert hebben. GOD wilde, gelyk in
d e gantfche Kerkzedige W'et, zo ook hier
z y n Vol k leeraren, en inboezemen voorhoede
v o o r allerlei onreinigheid, ja ¿elfs van verdachtheid
en vreezevooronreinigheid. Maar
men moet daar en boven aanmerken, dat deze
z o o r t e n van Ziektens, waar van alhier het
g e f p r e k is, vecl fcherper, en fenyniger zyn,
en zieh meer voortzctten in die üoüerfche,
dan in de gematigder W'eflerfche Landilreek
e n : en dat milTchien daar van daan, ofvoor
een gedeelte, gehaalt moet worden die aU
dergrootrte, ja teneenemaalbygelovigereinheid
der Türken^ dewelke gantfch zeer raet
walHngen, zeer dikwyls hcrhaalde, worden
b e l a d e n , en volgens Mahumeis voorfchrifc,
nodig hebben afgewaflchen te worden, zo
b y aldien 'er maar een druppclcje pis valr.
O p het 3. verswordeenetweederlyeziekte
u y t g e d r u k t , of eene tweederhandc gedaante
van dezelve Ziekte; zoo het vleefch zynen
vloedt mtzeverd, dat is een Gonorrhea Zaaddruyperty
welke onderfcheiden wordineene
goedaardige en fenynige , maar zy ondergaat
ook andere onder fcheidingen, nadatzymeSr
o f min diep is ingewortelt, zoo het vleefch
van zynen vloedt verßopt is^ word het genaamd
Gonorrhaa fuppreffä, een bedekte drwy'
perty waartoe behoord de Zaadbreuk zclve,
een ilimmer kwaal als een vloeijende Zaaddruypert.
Tot de onreine Ziektens zal ook
behoren de Venus-kwaal zelve, de Franjche
g e n a a m c , dewelke den Zaaddruypert tot
eenen onaffcheidelyken medg e z e l heeft. Het
fsbeurd dikwyls den geenen die een Zaadruypert
heeft, dat de vloedt eenige dagen
o p h o u d , in het körte, ten z yhy niet tot den
wortel toe genezen is, met grooter geweld
zullende wederkomen. Hierom ishet, dat
een vloeyende , als hy van zynen vloedt gereinigd
was, Zeven dagen, in welke hy opg
e f l o t e n moeft worden, voor zieh moeß tel'
len tot zyner reimging, vs. 13.
D i e geen, dewelke denaauwgezette Wetten
van het onderhanden zynde Hoofdrtuk,
in 't byzonder vers,16. envolgende, deeene
na de andere, inziet, die bevroed gemakkel
y k , dat de Wetgever niet alleen ten oogwit
gehad hebbe eene uytterlyke reinigheid, in
die Ooilerfche Landfehappen ten hoogllen
n o o d z a k e l y k , maar ook eene inwendige zuyv
e r h e i d , heiliging, onthouding van de werk
e n des vieefches, ja ook matigheid omtrent
g e o o r l o f d e dingen. Het konde naauwelyks
waarlyk anders zyn, ofhyzoudevandezond
e t j e s , zo 'er eenige in Venus leger z yn, zieh
onthouden moetcn, die aan zo vele waflching
e n , afzonderingen, uytfluytingen door de
Wet ha geile daden onderworpenis geweeft.
H y moell inderdaad een kuyfch, zuyver leven
leiden, die een ecriyk cn gezcllig wilde,
TAn.CCI-XXVI.
L e v i t i c i c«p, xv. v, 19-28 .
P u r o - a t i o iii.en.«n'tial:aruiii.
j n . ^Vu-l) ^[ ' ( t ó Ct^» XV.
r. G. K>rJ^r sculf'-'.