( M )
houts - Tooten , Speldewerks - Kuflens, Cbryfante, en dergelyke
meer,
Alle deeze Hoofdzoorten hebben nog veele Onderzoor-
ten en Veranderingen, wanü men heeft kleine zoorten , die
altyd klein blyven , en ook zulke, die een Vinger, o f ook
wel een Span Jang worden, om nu niet van de koleur en
tekening te gewaagen, door dien een en dezelfde zoort dik-
wils g ee l, o f bruin, o f fwart o f ook van eenige andere ge-
mengde koleur is , het geen gedeeltelyk van de geftelteniile
des Inwoonders, en gedeeltelyk van het Geweft en de hoe-
danigheid der Zee afhangt.
• Aangaande dan deezen Hoorn» die w y hier afgebeeld vin-
den, zo is die een A , B , C, Toot, welke deezen Naamvan
de Vierkante fwarte Plakken ontvangen heeft» die op de Witte
Schaale even zo in Regels ftaan, gelyk het a , b , e , op
de a , b , Borretjes der Hinderen. Deeze Toot behp®«1 oh-
der de zulke, welke een volmaakten Kege^vefBeelden» dat
i s , welker Bodem zeer vlak is^ 'c« Welker Lichaam in het
minft geen Buik heeft. Hec öntbreekt dit zoort geeniints aan
verfcheide Onderzoortdn, want zommige hebben bruine, andere
geele en wederom andere oranjekoleurde Plekken, en by
eenigen zyn deeze Vlakken byna Vierkant, by anderen inte-
gendeel zynze maar Ryen van lange Streepjes » o f van Pun-
ten en kromme Haaken. By zommige zyn de Plekken even
groot, en by andere zyn eerft twee Regels met groote Plakken
, en dan twee regels met irnalle Plakjes , o f de Ryen
wiflelen in eene andere evenredigheid de eenen om den anderen
af. Eindelyk ftaan tuflchen de Regels Plekken egaale
geele Linien, deeze Linien zyn by eenige dubbeld, en by andere
drie en vierdubbeld, o f verwiflelen hun Getal a f , en
zulk zoort van Verandering vind men ook by de overige
zoorten in dit Geflagt, dus dat het Oog altyd nieuw voed-
zel vind.
Fig. 5. Aan deeze T oo t gaan de Gieren reeds in een
kleine Punt naar om hoog, behoorende deeze ondör de
Agoxe-Tooten, waar toe wy ook de Tyger- en Wolke-Tooten
teilen. De Schaal is dik en fterk en inwendig w it, zo als de
voorgaande.
. Fig. 6. Deeze Hoorn behoord tot dit Geflagt, het geen
w y reeds in de voorgaande fig. 2. befchreeven hebben.
Het is een groene geribde, o f diep gevoorende Maan-
Hoom, welk daarom, dat de mond van binnen een Zilvef-
verwige Paerlemoere glants heeft, en van buiten groen is,
de groene Zilver- Mond genaamd w o rd .'
Fig. 7. T o t dat zelve Geflagt, waar toe de zo even ge-
zegde groene Zilver-mond behoord, werd ook de tegen-
woordige Villemaan - Hoorn gereekend , die men Nasfauer
noemd, en waar van men zeer veele zoorten vind. De
Schaal is dik, uitwendig glad, blinkend, en met veele bonte
Linien vercierd, de kouleur van binnen is , als befinuld
Yvoor.
_ Fig. 8. Men ¿iet hier wederom een nieuw Geflagt van
Tweefchaahge Schulpen, het welk Tellinte genaamt word.
Haar kenmerk is , dat ze een dünne Schaal hebben, en
aan beide zyden van het flo t, in de breedte langwerpig uit-
loopen. Men heeft in dit Geflagt niet veele zoorten, de
voomaamften zyn , ae Zmn,JUadm, Poolfi - M t s fa , BM,-
ren, Scbmkjes,Rofe Doublette en Katie- o f Robbe.Tongen; doe
welke laatfte in der daad meer tot het Geilagt der Gaapers
behooren, gelyk men uit het uitterlyk beloop ziet.
Deeze Figuur fteld ons een Purpere Zomeßraal voor het
o o g , wette N aam men haar g e e ft, wegens de gelykenis
met de ftraalen, die de Zon tusfchen de Wolken fchiet,
wanneer men gemeenlyb z e g t , dat ze Water trek t, wor-
dende de ftraalen hoe langer hoe breeder. De Schaal is
zeer fterk, ongemeen glad en blinkend, en beftaat uit enkel
^ ^ 8^5 » 20 als ze van tyd tot tyd aangegroeid zyn. De
onderfte Rand is ineeuw w i t , maar het flot is geel, zynde
rood “ geel‘ De 01331611 P" P er-
Men vind het zelfde zoort met meerdere en finaldere
ftraalen, en een ander zoort heeft maar overdwärze rineen.
en geheel geen ftraalen. 6 *
f ig .o -D e e z e Tellma is veel zeldzaamer als de voorgaande,
en onderfcheid zig in niets anders, als dat de ftraalen Violet
*yn? daar van daan noemt men ze ook de Violette Zome-
ßraal.
Deeze kouleur fteekt zo veel te fraaijer a f , dewyl de
Schaal zo wit als ineeuw is , en in het geheel geen geele
piek heeft* 0
T A B . B. 1 V.
Fts- !• Y t r f y Zien hier een Lazams-Klap, zynde uit het
W Geflagt der Oefters. Dir fhilr is weegens_dp
Bladeren, o f Nagelen, die op de Schaal zitten, en weegens
de byzondere Bouworde van het flot merkwaardig: dög
eer wy het nader befchryven , willen wy eerft van het ge-
heele Geflagt der Oeflers eenig narigt geeven.
De Oeflers maaken in een eigentlykeö zin een byzonder
Geflagt u i t , fchoon men gewoon i s , de Inwoonders van
alle Schulpen, zonder onderfcheid, OeJUrs te noemen. De
eigenfchap van dit Geflagt is , eerflelyk, dat zy riooit v ry in
de Zee fwemmen, o f op den grond o f Rotfen omkruipen,
gelyk de meefte Hoorns en Schulpen gewoon zyn te doeh;
maar zy zyn gemeenelyk aan de Klippen, o f aan de Zee-
grond met haar onderfte Schaal vaft , waar van daan men
altyd aan de Schaal een plaats waarneemt, waar ze afgebro-
ken, o f los gefcheurd is.
Ten tweeden, zyn hunne Schaalen altyd van buiten
fchiiferagtig, bladerig, o f getakt, bygevolg ruw , en
nooit regt glad, ten wäre men hun de buitenfte Huid af-
neemt.
Ten derden, hebbenze een zeer onbepaald beloop, dus
men onder hun allerhande geftaltens vind. Belangende nu
de Hoofdzoorten deezes Geflagts, zo heeft men de ge-
meene Oeflers, de Stok-Rys- en Steen-Oeflers, de Engelfebe en
Poolfe Zaadels, de geplooide en getakte Oeflers, de Paarlemoer-
Oeflerty de Kms-Doubletten, H a rn s , en fVinkelbaaken, de
Lazarus-Klappen, Hmhumen, Lautier-Bladen, en meer
jandere.
D it ttgenwoordige ftuk is een Lazarus - Klap, en word
aldus genaamd, wyl de Schaalen tegen elkander klappen«
gelyk de klappen van zommige ftomme Bedelaars. Men
behoeft by dit klappen niet te vreeien, dat de bovenfte
Schaal afvallen z a l, want de bovenfte Schaal heeft gewrig-
te n , die zo in de hölligheden van de onderfte Schaal flui-
ten, gelyk als het dekzel van een Snuifdoos, aan de doos
door middel van een Charnier vaft zit.
De onderfte Schaal is geheel wit eö fchilferig, maar de
bovenfte is ro o d , en met eenige regels Plooijen, als met
Takken voorzien. Beide Schaalen zyn ondertusfchen dik en
even hol. Eenige Liefhebbers geeven aan deeze Schulp
ook wel den Naam van Ezelsboeve, dog fchynt dit eene ver*
wisfeling met de Paardevoets-Doublet te z yn , welke tot het
Geflagt der Gaapers behoord. Deeze Lazarus - Klappen
verfchillen dikwils, want men heeft ook zulke die over
het geheele dekzel als met Foely bezet z yn , andere, die
lange Takken, en wederom andere, die fcherpe fteekels
hebben.
Fig. 2. Onder de Kink-Hoorns word ook een vreemd
zoort gerekend, welkers eerfte Gier in een lang puntig
Lichaam beftaat, dat driekantig i s , gelyk men hier uit de
A f beelding zien kan. Men noemd deezen Hoorn een drie-
kantige Kink-Hoorn, de geknobbelde en gerimpelde Peer, o f ook
wel