X V O O R R E D E.
ü
Men maake een begin met de gemeene Zoorten van Aardens ( f ) , en laate
daarop deverfcheideKleiagtige enGezegelde Aarden, en dan de verfchillende
zoorten van Zand volgen. Na deeze konde men de Drup-Steenen en Tophi,
de gemeene Zand- en Rots-Steenen ; de Kalk-Steenen en Manners, en dat wel
naar hun Vaderland; voorts de Gypfen, Spath, en L e y ; dan de Kleijen,
Kwartz en Kryftallen plaatfen; bekomende de Jafpis, Agaat, de ondoor-
fchynende, half-en geheel-doorfchynende Edel - Gcftecntens tot den Diamant
toe, een byzondere Plaats; gelyk mede de Glimmers, Talk-Steenen,
Serpentin, en Asbeft by elkander geplaatft worden. Is dus de Bende van
aile
Ç / ) Wy verftàah onder de gemeene Aarde aile Zoorten, die doorgaans het Veld bedekken, en zonde-
ïen daar van de Metallagtíge Aarde af, want zodanige Aarde behoord na de Zouten tot een’ iegelyk Metal
gerekend te worden; waar van ’er Beilanddeeltjes in gevonden worden, als Yzeragtige Aarde by Yzer,
Loothoudende Aarde by Loot, en zo verders.. Maar mogeiyk kon het iemand wonderlyk voorkomen,
dat wy in een gro_ot KaEincc-ooiVëene Verzameling van gemeene Aarde veronderftellen, men zal misfehien
vraagen : waar toe dog éene Verzameling van dergelyke dienen * alzoo aan gemeene Aarde, die overal in
de geheele Wereld is, niets byzonders ó f raars te zien is. Wy antwoorden, dat eene zulke Verzameling
van groot nut is , en dat het jammer is , dat men daar op tot nog toe niet meer vlyt heeft aangewend.
Immers de Aarde is de Moeder van alies, wat daar op waft, en in de Aarde fteekt de Vrugtbaarheid der
Zaaken. Ñu i s ’t bekend, dat niet aile Veld en Land, ook niet alle Landftreek een en dezelve Zaaken
voorbrengt, want op de eene plaats waft by voorbeeld goede Tabak, die eene andere nooit voortbrengt, in
de ééne Grond komt het ééne Zoort van Hout beeter voort als het andere, en wy zien aán veele Uit-
landfche Gewasfen, dat zy alleen maar eigen zyn, aan hunne byzondere Landftreek. Wy fluiten hier het
Klimaat o f de Lugtftreek geenzints uit, en weeten zeei wel, dat zulks een groot verfchil in het voortbren-
gen der Gewasfen geeft; maar gelooven teffens, dat de Gefteltenisfe van het Aardryk geen minder oorzaak
van dat verfchil is. Dat blykt, om dat niet alle Planten uit zeekeren Lugtftreek, in alle die Landen voort-
komen, die onder een. en het zelfde Klimaat leggen. Ja men ziet by voorbeeld dat de Hop, de Meekrap,,
en veel honderd andere Zaaken op eëri plaats iiecriyk -wasfen, «n m a a r weinig Mylen daar van daan geheel
niet voortkomen. ¡ Wat is daar de Oorzaak van ? Zekerlyk heeft de gefteldheid van het Aardryk de
fchuld daar van. Wat zoude dus nutter kunnen zyn voor het Huyshoudelyke en de Koopmanichap als een
Onderzoek van alle mogelyke Aarden, welker Beftanddeelen men Scheikundig uitgevorfcht en met eene
Onder-
V O O R R e D E. XI
alie Steenen gedeeltelyk naar een vernuftig Zamenftel, en gedeekelyk naar
het uiterlyke aanzien gefehaard, dan kan men die Steenen laaten volgen,
die maar een Speeling van de Natuur, ( gelyk men gewoon is te fpreeken )
opleeveren, als by voorbeeld byzonder geformeerde Kogels, Arend-Steenen,
Boom-Steenen, en wat daar toe verder behoord. Op deeze behoorden de
Verfteende Lichaamen uit het Dier- en Planten-Ryk te volgen; egter zo,
dat z y niet door elkander gehaspelt worden ; maaf dat ieder Geilagt en Zoort
by elkander geplaatft word. Na aile deeze Stukken maaken eerft de Zouten
het begin tot het R y k der Metallen, men laat ’et de Zoorten Van Zwavel
en
Ondérrigdng Verzeld hadde, vteik Gewas op die Aarde dgentiyk het b'eite trait,' eh hoê r.üttig zaudé eëtt •
zodanig Kabinet zyn ? Men moeil dan by voorbeeld van de Aarde die men eiders van daan bekomr, dé
belft Scheiitundig onderzoeken, en dit gedaan zynde de andere helft in éeh Glas ih het Natuur-Kabinet
bewaaren met het Berigt boédanig de Beflaaddeden daar van bevondai zyn; en dus mpet dan de Lyft daar
van de volgendë Befchryvingé beheizen. By voorbeeld i
Aarde van ; . . . . in Pirgimen inhoudende zo veeì deeìen doode Âarde, zo veei Saÿeteü, zo veël
VitrioOI, zo veel Kley, zo veel Kalkagdge deelen, o f Kryt, Of Gyps ehz., waar op weelde-
rig en beft waft die, o f die, Zoort van Tabak ; eriz:
Aarde van . ¿ . i Tin Ceylon houdende ¿ énz. waar op de Kaneeï-Boomen groeijen.
Aarde vari . . . . . in Mekleaburg houdende, énz. waar op de befte Hop Waft.
Aarde van ; . . . . op Martinique houdende, enz. waat op dit o f dat Zoort van Kofli'-Bobiiéh groeid.
Aarde v a n houdende, enz. waar op Dennen o f Eyken, o f Cederen, o f Wynllok voordeelig
Wasfen, en zoo vèrder:
Dus zoude men uit de Vergeíykinge van veele Zoorten vati Aarderi mët hünrie Beftanddeelen en Géwasfen
in ftaat zyn, beft te beoordeelen, welk Aardryk vereiicht word, om in een en het zelfdë Klimaat zeeker
uitheems Produit metfucces voortebrengen, enwelk nut zoUde dit niet kunnen doen ? watit men is nu reèds
volgens de Regelen van het Huyshoudelyke ondeitegt, hoedanig een Áarde toe te bereiden is, dat ze een
zeeker Zoort van Beftanddeelen heeft ; en bekwaam word, een bepaalt Gewas voort te bfengen.
Zie daar een Nieuwe, Nrittige, en Leerzaame Beezigheid voor Verzamelaars van Ñatuurlyke Zakefí,
zullende die geene, die het weezendyke Nut daar van bezeft, het niet meer voor ydef o f belachelyk hou-
den, dat men ook de gemeene Aarde verzameld.