I
T A B. F. I I .
Fig. i . X V T y hebben boven gezegd, dat ’er Kreeften zon-
V V der Schaaren z yn, die men Squillai o f Gamee-
len, noemd. In deeze Figuur is dan een zodanig Dier afge-
beeld, fchoon het op eene merkwaardige wyze van de gewoo-
nelyke Squillar afwykt.
R ump h noemd dit Zoort Squilla Arenaria Terreflris, en de
Heer L in n æ u s geeft aan dezelve de Naam van Cancer Ma-
crourus Mantis. Het Lichaam word met een Schaal bedekt,
die niet hard, maar veel eer gelyk Pergament is , beftaande
uit v y f breede, en drie finalle Ringen, die het Lichaam als
een halve Maan omvangen. De Staart is breed en fteekelag-
tig , körnende daar zeer veele Punten in een halve Ring uit.
T e r zyde van de Staart komen een paar lange Veezelagtige
Vinnen voor den Dag, en eenige dergelyke, hoewel Koriere,
ziet men ter zyden onder de Schildèn. Boven zyn aan weers-
kanten drie Pooten, aan welker uit-einde veele Veezels hangen.
De Kop beftaat in een enkeld breed Schild met twee
Is'aaden, die het Schild over längs in drie Deelen afperken.
Onder dit Schild zitten de Armen vaft, die in plaats van
Schaaren dienen, en op eene byzondere wyze gemaakt zyn,
want zy beftaan maar uit twee breede Schenkels, aan welker
eind een dünne Punt is* die zeer lange Tanden o f Takken
heeft, welke geheele Punt van het Dier op de wyze als een
Knip-Mes in de eene lange Schenkel kan toegeflagen worden,
zo dat men ze niet ziet. Ook gelykt het voorfte Lid zeer
wel op een Knip-Mes, dat men toeflaan kan. De bovengezegde
Takken aan het puntig eind zien ’er uit, gelyk de Klaauwtjes
der Vogelen. De Oogen zyn zeer groot, en ter zyde met een
breede Knevel-Baard voorzien, die de gedaante heeft van de
Pergamentägtige Vlerken van zommige Infe&en. De kleur is
natuurlyker wyze helder-bruin-geel, zo als zy zig hier ver-
toond.
Men noemt dit Dier Squilla Arenaria Terreflris, om dat het
zig aan Zandige Stranden ophoud, waar het Water niet by ko men
kan, zig aldaar diep ingravcnde en eene holte bewoonen-
de. De groote en lengte deezer Kreeften is zomtyds langer,
als een Voet.
Ftg. 2. De onderfte zyde van deeze Kreeft, is, gelyk men,
uit deeze Afbeelding z ie t, even zo merkwaardig als de boven-
fte , want ([om van boven te beginnen') zo ziet men eerft de twee
uitpuilende Oogen, die op zeekere Uitfteekzels zitten, en
daar onder een paar Sprieten die ’er als Borftels uitzien, mits-
gaders den Bek. Dan volgen zes kleine Ledemaatjes als Poot-
jes, öle aan den Bek ftaan, en waar mede het Dier zyn Voed-
zel aan den Mond brengt, na dat het eerft de kleine Visjes,
die het gemeenlyk nuttigt, met de Haaken, aan de twee Armen
zittende , tot zig gehaald en aan ftuk gebroken heeft.
Hier op volgen de zes regte Pooten , tusfchen welke men
de Ringen van het Lighaam ziet, vervolgens ziet men ook aan
ieder zyde v y f breede Vinnen, die met veele tamelyk dikke
Borftels bezet zyn.
Dit Zoort is zeer moeijelyk te vangen, en, zo lang zy lee-
ven, kan men ze naauwelyks met de Händen aanraaken, want
zy houwen en fteeken verwoed van alle kanten, dus men
ze met Strikken vangen moet. Een kleinder Zoort houd
zig in het Water, onder de Steenen die op. Zandige Stranden
leggen, op, en word daarom Squilla Arenaria Marina,
genaamd.
T A B. F. I I I .
Ftg. i . T n deeze Afbeeldinge word ons een uitneemende
ù X fraaije Imäaanfcbe Scorpioen vertoond, die in zyn
Zoort de grootfte is , en van den Heer L i n n æ u s Scorpio
Afer, de Africaanfche Scorpioen genaamd word.
W y hebben in de Inleidinge reeds van het getal hunner
Pooten en Oogen gefproken, weshalven w y , om dat die by
alle Scorpioenen eveneens zyn, nog maar iets van andere Om-
ftandigheden zeggen zullen.
Dit Zoort namentlyk onderfcheid zig van alle andere daar door,
dat het geheele L y f met körte Borftels voorzien is , vervolgens
is ’er ook een onderfcheid aan de Schaaren te zien, door dien
dezelve zeer dik zyn, en de Gedaante van een Hart vertoonen.
Daar is wel een kleinder Zoort, welker Schaaren ook hartvor-
mig zyn, maar die zyn niet gelyk deze met Borfteltjes bezet,
zo dat men ze ook daar door, zonder op de groote te zien,
fteeds van dit Zoort onderfcheiden kan.
W y moeten egter nog iets aanmerken, het geen men hier
uit de Afbeelding niet zien kan. Namentlyk dat alle Scorpioenen
van onderen tusfchen de Borft en het Lighaam, zo
wel ter regter, als ter linker zyde een zeeker Üitfteekzel
hebben zitten, het geen met fterke Borftels, en als met Tandjes
bezet is. Dit Üitfteekzel noemd men de Kam, wegens
de overeenkomft met een Häir-Kam. Het getal der Tanden
aan deezen Kam verfchild naar den verfchillenden aart der
Scorpioenen. Aan deeze Scorpioen heeft ieder Kam dertien
Tanden.
Het overige, wat ’er van de Scorpioenen tè zeggen is ,
hebben wy reeds in de Inleidinge aangehaald.
Ftg. 2. Deeze Scorpioen word van L i n n æ u s Scorpio Americas
genaamd, en is een ander Zoort. Het. onderfcheid beftaat
daar in , dat de Schaaren niet Hartevormig, maar lang-
werpig als Scheeden en ook inet Haïren bezet zyn. De
Kämmen van deeze Scorpioenen hebben veertien Tanden,
men vind ze in Brafiliën, en zy zyn vergiftiger, als die van de
eerfte Zoort.
Ftg- 3 , 4 , 5 , 6 , 7 , 8 en 9. Alle deeze Scorpioenen zyn
ten naaften by van een Z o o r t, en worden gedeeltelÿk in Italien
gedeeltelyk in Duitfcbland en ook in eenige Zuidelyke
Provintien van Vrankryk gevonden en zyn zo Venynig niet,
als de twee voorgaande Zoorten. Z y zyn alle glad, en hebben
agtien Tanden in elke Kam.