''•I;: 'iüHäiä
I. ;|!l'|(lfl¡.
••Tí .Iii »
Irl
N A T U U R K U N D E
'den ftaat en vaft vertrouwenop G O D ver- fchat hebben en door dezclve de ligchaamskragten
verfterkt. Van welke zaak eiders wederorn
mecr.
eelvkc, heefc hare betrekking op de gewoonte
der Oofterfche Volkeren , dewelke van aloude
tyden af de zalvingen mec olie zeer hoog ge-
P f a lm X C I I . veriT: 13. 14. ly.
De rechtvaardige %al groeyen als een palmboom : hj zal loaßen als een Üederboom
op Libanon.
(a) Die in het Huys des HEERENgeplant zyn , dien zalgegeven worden te
groeyen in de Voorhoven onus GODS.
hl den gryzen onderäom %ulkn %y nog vtuchten dragen: %y zullen vet en groenezyn.
(a) Namentlyk de rechtvaardigen.
Zie 'Job X X I X . vers 18.
P f a lm X C I I I . vers r.
Ook is de luereld beveßigt, zy en zal niet wankekn.
De LXX. eftereoofe C ho K U R I O S ) teyn
oikonmencyn heytis ou faleiitheyfeiai. De H E ER
E ) heeft de vjereld beveßigt, dtwelke niet zal
be-woogen wofden. De Kerke G O D S , ende
elk Lidmaad vind in die Harpgezang eene Springbron
van trooft > en neemd zyne toevliichc toc
dat zelve by verfcheiden aanvallende jacntnerfpoeden
en verzoekingen, zoo vers 3. De rivieren
verheffen, de ri'vieren verheben haar bruifen
, de rivieren hare aanßootingen verheffen.
Dan ftaac de Hope , welke geen geweld in
ftukken breekc, op het aldervafle fondament
ZOO van de Goddelyke Almacht, als Voorzienigheic.
vers i. De HEERE regeert. hy is
met hoogheit beklced, de HEERE is bekleed
met ßerkte , hy heeft zig omgordet. Vers
p aan ts iiivén throon bevejiigt: Gy zyt
van eeuwigheit af. vers 4. Doch de HE ERE
in der hoogte isge-ií'eldiger, dan het bruyzenvan
groote 'ivateren, dan de ge-iveldige bar en derzee.
Den Pfalmdichter is ten bewys de valligheic der
aarde : de wereld is beveßigt, zy en zal niet
•wankelen. Wegens de waarheid van dit leerftuk
zal aanftonds overtuigc zyn die gene, dewelke,
al was het ter loops,hec Leer-Opftelder
wereld van Kopernikus heefc ingezien. Die ziet
eene bol van 1720. mylen in de Middellyn,
hangende in de aldervloeibaarfte luchc, doorgaans
van binnen hol, fteunende op aldervafte
pilaren, te zamen vaitgebonden door klippige,
bergflroffige, aarde balken. Een Gebouw, waar
van het dak isweeke, lichte, vruchtbareaarde,
rondom omcingelt door devIoeibarehoofdftofFe
van lucht en 't hoofdftoftclyk Vuur. Eene Bol
in de tyd van 24. uuren om het eigen Afpunt
gedraaid , jaarlyks ongerolt in eene eironde
Wegftreep van onmcetbare mimte, altyd de»
zelve hoogte van het Afpunt , onderlchoort door
G O D S macht alleen.
P R I N T B L A D DLX.
Zoude die de oore plant, niet hooren ? Pil X C I V . vers
Gy, die de deelen van WJJ Lichaam ßechts gebruikt
Gely'k 't Gedierte, en nooit, met uw' befpiegehngen,
Tracht tot heur oirfprong en heur einde door te dringen,
Als 'was de rede, in 11, die red'lyk zyt, gefmiikt ;
El, hoor Heei- SCHEUCHZER 't Oor en zyn gebruik ontleden,
Dan drinkt ge 11 dronken, uit een bron van : ' ' '
_ x\\i mtt Printbladen, het eene voor, voor het werktuig van hetgezicht: de beide
het werktuig van het gehoor, het ander | betoogen voor G ü D S beftaanlykheit verfchafc