IIT. louter toevallig. Men heeft ’er Verfcheiden-.
XXV.L’ heden van , naar de Zelfftandigheid, naar de
H oo fd - Kleur, naar de Breuk, en naar de uiterlyke
Geftalte, als volgt.
Spaath. Geheel Stof achtig, als verweerd zynde door
Stofach-jje Lugt, komt deeze Yzerfpaath op verfchei-
de plaatfen , in Sweeden, Bohemen, Saxen,
Stiermark, ja zelfs in Piemont en by Wolfftein
in de Pal tz , voor; dan doorgaans zwart, zwartachtig
of bruin zynde. Veel gemeener, ech-?
Staal- ter, is dezelve verhard, dat men Staalfteen of
^een* Staal-Erts noemt, zynde zwaar en half hard,
veeltyds aan de kanten doorfchynende. In
’t Vuur begint dezelve, zo dra hy daar van
doordrongen is , te knappen en fpringt.met
geweld aan Rukken en blaadjes. In de Koude
grypen hem de Mineraale Zuuren niet aan 5
maar, fyn gewreeven, o f in een zagte warmte
gebragt zynde, wordt hy langzaam in allen
ppgelost, en wel in de Vitriool- en Salpeter-
Zuuren met eene bruin geele, in de Zoutzuu-
ren met eene helder groene Kleur. Met drie
deelen gebrande Borax gefmolten , geeft hy
eene zwarte vooze Slakke.
^Vitte. Wat de Kleur aangaat, vindt men de Yzer*
fpaath doorgaans wit of witachtig, Pflinz of
witte Yzer-Erts genaamd. Dus komt zy voor,
jn Stiermark, Tirol, Saltzburg, Nasfau-Sie-
gen; in Sweeden aan den Westelyken Zilverberg
, als ook in Upland en Dalekarlie; ja ,
vol-
volgens eenige berigten , zelfs by Tunis in
Afrika. By Schemnits in Hongarie breekt ’er xxv.
Rood Gulden en vermomd Goud in. Up t
H oofds
t u k .
uiterlyk aanzien is zy naauwlyks van eenen
T ie r .
Kalkfteen of Kalkfpaath te onderf?heiden ; *
evenwel heeft zy doorgaans wat bruins of
geels in zig. Ik heb een Yzerfteen van dien
aart, uit Colebrokedale in Engeland , welke
als doorgaans Niervormig vallende, Ball lron-
flone geheten wordt. Hy ziet wat bruinachtig.
Daar valt ook geheel Bruine als Omber op ver-
B r u in e .
fcheide plaatfen, ja zelfs een zwartachtige en
Zwarte , als Roet, doch deeze is gemeenlyk
Stof- of Poeijerachtig en van verweering door
de Lugt uit witte Yzerfpaath ontftaan. Som-
tyds is de zodanige met Zilverwitte Vlakken
befprengd en heeft een Spaathachtige blaauwe
Kern. Zo vindt men deeze Yzerfpaath ook
geheel Blaauw of Blaauwachtig, by Kames-Blaauwe,
dorf in Saxen , in witte Kalkfpaath, en Rood en?>
of roodachtig, ja Geel of Ifabellekleur; hoedanig
zy by Stiermark voorkomt, als ook by
Konits in Saxen. Het Stuk Bladerige, halfXL^y
w it , half blaauwe of Staalgraauwe Yzer- fig* 6-
fpaath, in Fig. 6. afgebeéld, hoort hier
t’huis. Het komt van Lorzenbach in Nasfau-
Siegen.
Op de Breuk is deeze Erts o f Aardachtig , Aardach-
dat echter alleen in de verweerde plaats heeft,tl§e*
of geheel digt, of fyn korrelig glinfterende,
H 4 ge*
lil. Dbkl.. V. Stu'X,
1