A n j. (5) Koper , dat gemineralizeerd is, Zwavel•
XX VI. achtig, rood - Lazuurblaauw en hard.
Hoorn» TU*’ Deeze, die men Lazuur of blaauwe Koper-
CuprumErts noemt, is minder ryk en minder zeldzaam.
rem*' Wallerius tekent ’er twee Verfchei-
^.Lazuwr-^nheden van aan , eene Violette, die in de
K u s . Sweedfche Kopermynen ,en inHongarie valt, en een als ook in Lapland q blaauwe, nen roodachtig , voorkomende te Lauvtaenr bbeirng
ebny AFnrenyabbeerrgg iinn DSuaxitefpnh elann idn. hMete nW vuirntdemtzeb eorogk- feen, gbryo eSnceh Silptaaachth ,b raelwekaat,rh zoyu dienn dwei tinte ,’ t rCoeondte- mneern twzoee -v eeenle-z evsetrifgc hPiollnedn dKeo pSetor.f feNni edt alairg tv zaanl aanwyzen , als zig in ’t Kabinet van den Heer
vaGeannr.gdoeehn, aouavlidt i;du eos n hdboeenrvd owenerddlke, enz ev,s ietirdg o uoPirto SniLdbeeinnr ineK,jo Egpeeders-. Uhoito gCkolerunrwiga ll, heand t zeyenne Eudi.t ’edre ooLka uvtieerrb, ezregefer Mynen aan den Haarts , welke van zeventig tot
(5) Cuprum mineralifatum Pyritkofum rubro-azureum
durum. Syst.\Nat. XII. Sp. 5. Cuprum purpurascens. Syst.
N a ttVm . p. 17S. N. 5. Cupram Violaceum. Gron. Supett.
p. 36. N. 14 -28. Cuprum nigricans Iplendens plerumque
violaceo. W o l t . Min. 30. Cupr, min. Min. fraftura ui»
tente fragili. Wall. Min. 282. Cuprum Lazureum. W a l l .
Syst. Min. II. p. 279. Cupr. arrofum coeruleum durum
glabrum nitens. Carth. Min, 70. Minera Cupri Pyrita*
cea Lazurea. Cronst. Min, §. 1 gé. ,
tot tagtig Pónd Koper uitleverde. Deeze wer- A^ u
den, door gedagten Heer, blaauwachtig gety- x x v i.
teld; maar van de Violette», by zyn Ed. daar*TUK.
op volgende ( O s fchynen my ook eenigen
hier t’huis te hooren. L i n n ^eüs , immers, Erts.
z e g t , dat dit Lazuur - Koper op de breuk
glanzig paarfch is , eindelyk Violet wordende
als Staal. Een Ader van die Violette Koper-
Erts, met Yzer - Oker overtoogen, en Roestkleurig
op de breuk, agt Voeten hoog en zes
Voeten breed zyn de , liep als een Muur,
duizend Voeten lang , tusfchen brokken van
witte Spaath,Noord- en Zuidwaards, op’ t E iland
Guarda , volgens den Heer Lawson,
van wien de oude Heer Grono v 1 u s ze bekomen
hadt. Deeze hieldt meer dan een vierde
deel zuiver Koper. Veele Schryvers en
Berglieden geeven ook den naam van Laz
u u r -Koper aan verhard Koperblaauw.
Van de volgende Soort verfchilt deeze door
hard en broofch te zyn en niet fnybaar; weshalve
die glanzig Violette Teerlingjes, welken
ik in een glimmerige Talk-Aarde of Flets
heb uit Tirol, hier ook zullen behooren. Van
dergelyke paarfchachtig blaauwe Kleur , heb
ik dit Lazuurkoper uit Siberie en een fraay
ftuk uit Saxen. Voorts bezit ik een zodanige
Stoffe
(p~) G ron- Supett. Lapid. Ind. p. 37. N. 29 -36«
III. Db i . V* Stuk.
«