Brathys. De Kelk en Bloem vyfbladig:
geen Honigbakje: een éénhokkig eenzaadig
Zaadhulsje. Nov. Gen, Suppl Linn. p. 43,
VI. H e X AG y N i a . Zew yvige.
6 t r a T i oTEs De Kelk driedeelig: de Bloem
driebladig: de Vrugt eene zeshokkige Bezie
binnen een Scheede. u 18©
VIr. P o L Y g y N i A. Feelwyvige.
Hydrastis. Geen Kelk: een driebladige Bloem
een Bezie famengefleld uit éénzaadige Kor-
. reis. ü 265
A r r a g e n e . Geen Kelk; de Bloem vierbladig
grooter, van binnen veelbladig: veele gebaarde
Zaaden. jpg
Cl em at is, Geen Kelk: de Bloem vierbladig:
veele gebaarde Zaaden. i. 200
T h a m c t r u m , Geen Kelk: de Bloem vier-of
vyfbladig: veele Zaaden , byna effen, naakt. *',209
JsoPYRöM. Geen Kelk; een vyfbladige afvallende
Bloem; v y f Honigbakjes; veelzaadige
Huisjes. ƒ,252
H e l l e b o r ü s , Geen Kei k teen vyfbladige bly-
vende Bloem : veel Honigbakjes; veelzaadige
Huisjes. \ ƒ.2 54
. C a l t h a . Geen Kelk: een vyfbladige Bloem:
veel Zaadhuisjes.‘ geen Honigbakjes. ƒ. a63
A nemo n e . Geen Kelk: een zesbladige Bloem:
veele Zaaden. ƒ.182
M i-
B L A D W Y Z E R . Polyandrie
Michelia. Een geknotte Kelk: eeneagtbla-
dige Bloem : vierzaadige Besfen, famenge-
hoopt. c' 74
T R o l l i o s. Geen Kelk: een veertienbladige
Bloem: Liniaale Honigbakjes: veelzaadige
Zaadhuisjes, i* ajo
W i N T E R A . De Kelk driekwabbig: de Bloem
zes of twaalfbladig : geknodfte Vrugtbegin-
zeis; een ftomp Eyronde Bezie.Nov. Gtn.
■ SuppL L i n n . p. 43-Drimys Winteri. F o r s t ,
Nov. Gen. N. 42.Aft.'Ups. nova. IIÏ. p. 181.
Soland. Med. Obs. Vol, V. p. 46* T . 1.
Hac verum Cort. Winteranum prabef.
D n o n a. De Kelk driebladig: de Bloem zesbla-
dig: veele gedeelde tweezaadige Besfen.
Nov. Gen. Suppl. L inn. p. 46.
U var i a . De Kelk driebladig: de Bloem zes-
bladig; veelzaadige Besfen aan een langen
Stoel gehecht. . c. 77
A nno na. De Kelk driebladig: de Bloem zes*
bladig: een veelzaadige Bezie-Vrugt met
een gefchubde Schors. c. 82
L i R i o d e N d r.c M, De Kelk driebladig: de Bloem
zesbladig: veele Lancetvormige Schubbig
geplaatfte Zaaden. c.63
M agnolia . De Kelk driebladig: de Bloem
negenbladig ; famengehoopte tweekleppige
Zaadhuisjes: hangende Zaaden, c. ég
Hoüttüynia. Een vierbladige Kelk; geen
Bloem: de Meeldraadjes met de Stampers
vermengd- Nov. Gen. T hunb. Aft. Stockh.
T782. Flor* Japqn. p. 234. T , 2(5,
D lL -
mm m
B
feag
\w\
WIJ