<8> < ® > & #
NEDERLANDSCHE INSECTEN
BESCHREEVEN EN AFGEBEELD.
Z E S D E S T U K .
wssisssfsssssïsissssisssisrsisisssssssfsïstsss!*
T WE E D E V E R H A N D E L I N G
O V E R D E
N A C H T-V L I N D E R S
van ’t Tweede Gezin ^ T w e ed e Be n d e .
De V L I N D E R het H E R C U L E S J E .
Tab. I I .
a
En kan het tegenwoordig Infedl allezins mede onder de rkarften
van ons Gewed rekenen, vermits het hier maar zelden gevonden
word, en ook, zo veel my bekend, nog niet door iemand
befchreven is ; de Afbeelding en Befchryving van hetzelye zal
derhalven, denke ik , mynen geëerden Lezeren zo veel te aangenaamer
zyn. Maar waarom zo een zonderlinge Naam aan dit Infeét gegeven ?
mogt iemand vragen, draks zal ik ’er de Rede van bybrengen, maar nog
eerd vooraf zeggen: dat, fchoon het geven van Naamen aan deie en
geene Vlinders inderdaad niet veel om ’ t L y f heeft, en Hechts daartoe
diend, om ze van elkander tekonnen onderfcheiden, men nochtans met
de Zaak zotntyds verlegen is, te meer alzo diergelyke Benamingen evenwel
van de eene en andere Eigenfchap van ’t Infeél dienen afgeleid te
worden en dus niet alte ongerymd voor te komen. De opgemelde
Vlinder dan, myns weetens, nog geenen Naam hebbende, en daarenboven
van geen byzonder Kenmerk voorzien zynde, dat ’er eenige Aanleiding
toe konde geven, viel het zo gemakkelyk niet', om voor denzelven
een’ bekwaamen Naam te vinden. Noem hem den Hercules, zeide zeker
Vriend en Liefhebber, zyne Reflexie nemende op de knodzige Gedaante
der R up s, als eenige Overeenkom!! hebbende met de Knods van Hercules,
gelyk men die gemeenlyk afbeeld; ik nam. Genoegen in dezen
Raad’ oordeelende echter, dat het Diminutivum van dien naam beter voor
onzen Vlinder zoude paffen , vermits dezelve van geene aanmerkelyke
Grootte is , en om die Rede is ’ t , dat ik hem het Hercules je noeme.
0 0 §• 2-
J