Honden, welken men gewoon is in Duitschland, met d enh a am van
Pudel Hunden van anderen te onderfcheiden; Hier te Lande draagd dit
Infecl by demeeste Liefhebbers denNaam’van Schaapje, o f Katje, welken
eerftenNaam ik derhalven ook niet.goed achte te veranderen De HeerLiN-
ü ® üs heeft in zyn Syjlema Natura Edit. X I I. pag. 1 38. No. io p . dit Infeol
genoemd L epokina. In het Werk van de Ge e rv ind men in deszelfs Me-
moiré VI. pag. 2.10. Tab. 1 2 / Fig. 10 a 17 . deze Rups ook befchreeven
en afgebeeld, doch voor zo verre my bekend is by geenen anderen
Autheur, want de Rups by R'ófel in deszelfs Infeden belustigung in ’ t
Vierde Deel Tab. IV. Fig. 5. geteekend en naderhand door deszelfs Opvolger
Kleeman , in zyne Beytrage zur natur oder Infeften Gefchichte op
Tab. XV II. Fig. 1 . 2. en 5. afgèbeelde Rups .en Vlinder, is zekerlyk eene
geheel andere Soort, dewyl anders de afbeelding aldaar,, geheel niet aan
het Natuurlyk Voorwerp zoude beantwoorden.
5: s .
Omtrent in de helft der Maand Augustus, vond ïk op een Elfe Blad
en wel op deszelfs bovenfte zyde, Drie van elkander afgezonderde Eitjes,
dus een bewys, dat de Moeder - Vlinder dezelven enkeld en niet by
Schooien 'le g t, een van deze Eitjes hebbe ik in zyne Natuurlyke grootte
Tob. afgebeeld by Fig. 1 . op Tab. X X I I I. en door het Microscoop gezien
fig a ,2 . zynde by Fig. 2 . Uit deeze Eitjes kwamen na verloop van nog maar
een a twee Dagen de jonge Rupsjes v o o r t , zynde ruig H a irig . Dat
dezelven zo fpoedig by my uit Hunne Eieren kwamen , was zekerlyk
uit dete oorzaak, dat dezelven naar alle waarfchynlykheid reeds ver-
fcheidene Dagen te vooren gelegd waren geweest, om welke reedenen ik
ook
-óók niet ilellig verzekeren durf, o f de kleur welke deze Eieren hadden,
■wel juist dezelve is , d ie zy hebben moeten wanneer dezelven nog niet lang
sgelegd zyn gewe est, want dat verre de meeste Vlinder Eieren een a
twee Dagen voor het uitkomen der Rupfen , van kleur, veranderen en
doorgaands donkerder worden, is genoeg bekend by eiken Infedben Lief-
thebber.
.$• 3-
T)e jonge Rupfen, lieten zich de Elfe en Willige Bladen welken ik
-Hun gaf zeer wel fmaaken,met welke laatften ik myne meeste Rupfen
-gevoed hebbe en waardoor zy wakker groeiden, dus dezelven na eenige malen
verveld te zyn , ruim half September volwasfen waren , eene dusdanige
Hare voile grootte bereikt hebbende Rups, ziet men afgeteekend by
Fig. 3- De Haken dezer Dieren geeven aan dezelven eene zonderlinge ^ ||
•Gedaante en lopen als ’ t ware van het Staarc-eindenaar den Kop en hiervan
daan als naar den Staart toe, waardoor men, als mede door derzel ver menigte,
het eigentlyke Lichaam der Rups by naar niet men kan, doch kort voor
dat dezelven zich te r verandering -in Poppen zullen begeeven, verliezen
zy bynaar alle Hunne.Hairen, dus men alsdan het Lichaam zeer wel
kan onderkennen maar worden teffenszeeronaanzienlyk, ontlasten zich ook
nog vooraf van meerdere vuiligheid als wel anders gewoonlyk is , welke
afgang nu niet zwart zo als te vooren , maar roodachtig zich vertoond,
§- 4-
Deze Rupfen zich ter verandering zullende begeeven , verkiezen hiertoe
uit, het eene o f andere Stuk H o u t, en maken in hetzelve ter zyde
s 2 een