
De Deniers van den oudstentijd, of nit de eerste jaren der r j r i n g ^ n
Jan I , zijn waarschijnlijk de door ons onder N°. 1, 2, H » alsmede op Ptaat
XXXII N° 1 , 2 en 3 afgebeelde munten. -
N \ l ’heeft op de vz. alleen eenen klimmenden leeuw; op de kz. een eenvoudig
kruis, tusschen welks beenen de letters :
1 D V K
Z. weegt 5,6 korrels.
Afgebeeld bij lelewel , Pl. XX, N°. 37.
De Muntplaats is onzeker. ' ' ™ v v v it N» o pn
. W. 2, geslagen te Leuven, N”. 11 te Maastricht en, Pl. XXXII, N . 2
3 geslagen te Antwerpen en Brussel, zijn van bijna de zelfde type.
N \ 2 heeft rondom een driehoekig schild, waarm een leeuw , en boven
welk schild zieh een versiersel vertoont, dat veel van een sje w ,
(De Heer Michiels te Maastricht bezit er een met een bolletje op ehe plaats
en twee dito met een kruisje van anderen vorm.) tot omschnft: I DVtt;Me
beide anderen hebben alleen DVR. % 2 heeft tusschen de beenen van
eenvoudig kruis: jjOVTS
Ñ". 11: rpHirp voor Trijectum (Trajectvm, Maastricht.)
PI XXXII, N°. 2 2SBTEW.
N«. 3 BRVR
Zij zijn alle Z. en wegen ieder ongeveer 5,6 korrels.
i ii l.** pi q UQ en iSP, 2 is afgebeeld bij den düyts, PI. 3, «... eu ilnu de Revue Beige I ,
PL X I, N°. 4.
N°. 11 in de Beme Beige I I , PL VII , N». 1 . t t t tv i
PI YWTT N°. 2 bij mertens eutorfs , Geschiedenisvan Antwerpen, ^ , ee ,
(1847) bl. 632. N*. 3 berust bij den Baron Michiels van Verduynen te Maastricht.
- N” 3 volgt waarschijnlijk in ouderdom op de vorige muntjes en is .tot Mus
verre alleen uitgegeven geworden in Mertens «. Torfe Gesch. mn Antw. bL 63 .
Wij ontie enZ d at muntje aan h * Koninklijk Kabmet te *. Gravenhage.
De vz. bevat het driehoekig wapenschild; rondom hetwelk het opschrift:
DVR 1 BR2SB I 2SBTW©
Op de kz. ziet men eeh eenvoudig kruis, tusschen welks beehéft zieh bloeim
of blddsieraden vertoonen. Ömschrift:
MOB I EW2S f TSBE! | WP.
Z. weegt 4,5 korrel of bijkans, V» wigtje.
Afgebeeld bij mertens en torfs , Gesch. van, Antw. III“ Deel bl. 631.
Van deze kleine munt zijn tot heden slechts twee exemplaren bekend.
De N”. 4 draagt op de vz. dé afbeelding des Hertogen blootshoofds en tot
aan den hals, links, in een parelcirkel. Omsehrift:
|§ lOfjTSBESS »SIS GRTSWITS
Op de kz. staat een krujs, geeantonneerd door vier roosjes. ;
W X i I BR7S ; B7SB | TW©
Z. weegt 0,62 w:
Afgebeeld bij lelewel, Pl. XX, N°. 38.
N°. 5, een Sterling van Leuven, heeft öp de vz. een kruis, dat in het midden
der beenen geopend is en als in twee belletjes eindigt; tusschen deze beenen
ziet men de letters:
L O V 3 Î
In den rand staat: ►[-< I | DSI | GR7S ] TW | TS.
dat op de kz., die het Brabandsche wapenschild draagt, aldus vervolgd worät :
D I VR BR2S I B2SBTW | ©.
Over den tijd, waarop het Bei gratia het eerst op de munten voorkomt, handelt
Mader in zijne Kritische Beyträge zur Münzkunde des Mittelalters, Th. III
S. 183—198, die opgeeft, wanneer deze formule het eerst op de munten der
onderscheidene Europeesche landen gevonden wordt. Omirent Nederlands ver-
schillende gewesten is de groote man minder goed onderrjgt geweest. Zoo
meent hij, onder anderen, dat deze formule in Brabant eefst in de 14e eeuw
yoorkomt, terwijl wij hier voorbeelden uit de 136 aan treffen.
Z. weegt 1,25 W.
7 *