
ScAildjes (Heine) op de munten als sieraad,
bl. 68.
S c h m i e d e r , HandwôrterbucA der MwnzAunde,
hL J12.
ScAoonvorst en SicAem (zeer vroege plaatsing
van het jaartal op eene munt der Heeren
van), bl. 166.
ScAuytAen, naanr eener gouden munt, bl. 184;
was de Aalve Nobel, bl. 185.
ScAurmannen. Naam eener muntsoort, bl. 98.
Scitting voor Schelling, bl. 96.
Scutum aureum, Latijnsche naam der gouden
Sçhilden, bl. 68.
S e r r u r e (Notice sur le Gàbinet Monétaire
ft Prince de Ligne), bl. 19, 20,endoor-
Servaas (Kapittel van /S7.).te Maastricht, bl. 89.
S e r v a t iu s (Munt met de afbeelding van den
Heiligen), bl. 84 volgg.
Seshin, SesJcen of NegenmanneJce, bl. 258;
(’t gold zes miiten VI. en negen miiten
' Brab.)
SevenAalfven stuver oft grooien Vlems, bl.
282.
SicAem. Zie ScAoonvorst.
S ig n u m c r u c is . Opschrift op middeleeuw-
sche Brabandsche munten, bl. 61 volgg.
Silveren BourgoinscAe daelders, bl. 284.
Silver en penninc, genaemd Cromstert, bl. 142.
Slang enAoppen (phantastische draken- of) op
munten, bl. 110.
SleiscAat, bl. 75; zie vooral de noot op bl.
100; verder bl. 106 , 240 enz.
Sleutel in de hand eens Heiligen, bl. 93.
Snede (munttaal), bl. 141.
Solidus,' later Schelling genaamd, bl. 59.
SpreuAen op de munten, bl. 177, 178, 181,
185, 394.
Stadspoort op munten, bl. 60.
STAURE (THIERRY d e ) o f DIEDERIK VAN STA-,
v e r e , Muntmeester te Leuven, bl. 147.
S t e p h a n u s of s t e v e n , Bisschop van Luik,
had reeds vroeg het jus monetae te Maastricht,
bl. 90.
Ster (eene zespuntige), het wapen van Maastricht,
bl. 213.
Sterling. Naam eener middeleeuwsche muntsoort,
ook in.de Nederlanden, bl. 5 1 , 5 8
6 8 ; komt waarschijnlijk van Easterling,
bl. 5 5 ; men bootste ze na om daardoor ge-
meenschapsmunten tusschen de volken daar
te stellen.. Aldaar.
Sterretjes op de munten, bl. 2 6 , 2 7 , 8 5 .
S t i e l s te Maastricht (wijlen de Numismati-
ciis, Pastoor), bl. 8 4 .
S t o c k m a n s ', Bedstones Braba/ntice, aange-
haald bl. 1 6 , 1 7 noot.
S t r ic k e r (de Heer) t e ’s Gravenhage, Nu-
mismaticus, bl. 1 5 8 , 1 5 9 .
Stuyvers, Muntsoort, later ook enhel vuur-
ijzer genaamd, komt reeds' voor ten j are
1 4 6 6 , bl. 1 5 7 , 2 5 5 , 2 8 7 . Er kwamen
ook dobbele voor, aldaar bl. 1 5 7 , 1 5 8 ,
1 6 8 ;* halve stuiver, bl. 1 6 9 , 2 5 7 .
Supplement au Cabinet de Vienne, bl. 1 5 0 ,
2 4 2 ,
T#
Tabellen van de munten der aan Braband na-
burige landen, te vergeefs door den Schrijver
gemaakt ter onderscheiding van de munten «
der Hertogen j a n I , H en HI, bl. 5 8 ,
5 9 , 6 2 .
Teelcenen van Munten (het eigenhandig)
hoogst huttig, bl. 7 .
T h e o d e r ic u s , opschrift op eene munt, bl. 8 5 .
TAienen (Muntjes toegeschreven aan de stad),
bl. 2 4 . Deze stad gaat met Leuven en
Brussel een muntverdrag aan met Herto-
gin j o h a n n a , bl. 1 0 8 ; Meiierii van Thie-
nen, bl. 1 0 9 .
TAoisoenen (gouden) of vliezen, bl. 2 0 8 , 2 0 9 ,
2 1 4 , 2 2 5 .
TAoyson dor (sic) .,, bl. 2 0 9 .
T h o m s e n , Numismaticus te Koppenhagen,
bl. 23.
TAresoor (het), Beeldenaar van 1 5 8 0 , bl. 2 7 1 .
T in e . Begin van eenen Muntmeestersnaam ?
bl. 2 7 .
Toren [dobbele) van Leuven, bl. 9 5 .
Torens {gouden), Brabandsche munt, bl. 1 0 7 .
Torentje van Leuven. Naam eener muiitr
soort, bl. 9 5 .
T o r f s . Zie m e r t e n s en t o r f s .
Torre [gulden), naam eener muntsoort, bl.
111 ; verschilf weinig van den gouden Peter,
bl. 112.
Tournoois[ of Tou/rscAe groot, b\. 68 , 77.
TourscAe groot, bl. 68.
TricAt. Oude naam van Maastricht, bl. 64.
Triectum. Oude naam van Utrecht, bl. 22.
Trit en Treit, oude verkortingen voor Tra-
jectvm (Maastricht), bl. 50, 53, volgg.
Trooisch marJc of mark van Troyes in Prank-
rijk, bl. 106*. ;
Turn (eene), het oude ; wapen van Holland ,
bl. 188.
Tuyn.’ Naam eener zilveren munt, bh 132,,
137; oorsprong van den naam, bl. 138.
Twaalf onderdeelen der éénheid, waarschijn-
lijk door evën zoo vele bölletjes op demünt
aangeduid, bl. 56.
Tweeblanhspenni/ng, bl. 253.
Tweemijtstukhen, bl. 167, 171, 177, 206,
235.
U.
Uitbreiding der wetenscAappen sedert 1815 ,
bl. 1 en 2.
Utrecht (oudtijds een deel van ' Neder-Lotha-
ringen), bl. 16.
UtrecAtscAe mijten, bl. 263.
V.
Vaandel (een) op de munten., bl. 33, 87.
Valençyn of Valewçiennes (Munt geslagen
te), bl. 185.
Valkenbwrg. Misschien zijn de aan Daalhem
toegesehrevene munten aldaar geslagen. Zie j
Errata enz.
V e l p e n (h e n d r ik v a n ) , Stempèlsnijder der
munten van f e l i p s I), bl. 141.
V e r ä c h t e r (f .) , Locimens pour servir à F histoire
monétaire des Pays-Bas), bl. 19 en
vervolgens. Deszelfs aanstaande Histoire
monétaire du Marquisat et de la ville
d?Anvers, bl. 88.
VerAoudmg van de munt- en andere kosten
op 100 deniers, bl. 100 noot.
V e r k a d e ( p . ) ,ook munten uit het werk van dien
Heer in het tegenwooTdige opgenomen, bl. 12.
Vemarrmg i/nl'de, Munt tijdens\ den opstand
. tegen m a x im i l i a a n , ; , | 3 1 . 197. ,
Eieryser. ’. Zie Vueryser. ¡IU
Vierde Brielander 186 , 137.
Vierde Groot of: PricsJcen, bl. 148.
Vierla/nder of PAilippus stuyver oiplack, b\.
155. ; Naamsoorsprong dezer munt, aid.
Halve Vierla/nder, bl. 156; vierde dito, aid.
Yier.mij.te1/uATcen, bl. 167,176,191,206,223.
Vierstuiverspemving, bl. 249 volgg. 286.
Vilvoorden (muntjes toegeschreven aan het stad-
je), bl. 24., 25. Munten aldaar met zekerheid
geslagenbl. 7*1, 107, 113,120,131.
VlaamscA geld, gewoonlijk 50 pCi. hooger
dan het,Brabandsche, bl. 233., .
VlaamscAe Engelen, bl. 103 nqot.
VlaamscAe Reaal (groote), 1)1., 202.
Vlamderen (Gemeenschapsmunten van den
Graaf van) met de Hertogin van Braband ,
bl. 100 volgg. Zeldzame Stuiver van
Vlaanderen, bl. 287.
VUecAynt. Zie Yfyeguit.
VUegmt. Naam eener muntsoort, bl. 94.
Vliezen [gouden]bl. 209. , Hadden de waar-
de van twee Eilipsguldens, bl. 214. .
Voetdrager. Naam epner muntsoort, bl. 114.
Vonjcen bij de Gulden Vlies-Orde, op munten
afgebeeld, bl. 292.
Voogdij van m a x im i l ia a n over f i l i p s den
ScAoonen, bl. 185 en volgg. ,
Vrede (bede *om) op de munten in droevige
dagen, bl. 198, 199.
Vrije steden van Braband. i In deze, alleen
. sedert j a n HI munt geslagen, bl. 69.
Vroenhove (kasteel van), de munt van Maastricht
aldaar geslagen, bl. 180 en volgg.
VronAof. Opschrift op de Maastrichtsche
munten, zie Vroenhove.
Vueryzer (dobbel), munt van k a r e l den Stouten,
bl. 169; m a r ia , bl. 174; m a x im i l ia a n
bl. 187; en f i l i p s den ScAoonen, bl. 205, geslagen
te Antwerpen en te Daalhem; enAel
vuv/rijzer, bl. 169 enz.
Vuurstaal (het) der Gulden Vlies-Orde op de
munten afgebeeld, bl. 152 en volgg. 178.