
gekröonde zestienveldige wapen, doch, ter onderscheiding, bevinden zieh thans
aan elke zijde van dat wapen twee gekruiste lanrierstokken. In den rand ver-
toont zieh het muntteeken van Antwerpen, en verder het omschrift:
DA * MICHI * V1RTVTE' * CONTRA * HOSTES * TVOS
Deze keerzijde geldt ook voor N°. 17, op welks voorzijde thans het wapen-
schild in het binnenste des kruises gezien wordt,. terwijl aan de buitenzijde der
inspringende hoeken van de bogen tusschen de beenen des kruises vier cirkeltjes
opgemerkt worden, Het omschrift luidt: j
KAROL i D * G * RO | IMP (de M en P aan elkander verbonden) * Z *
H | ISP * REX.
Afgebeeld in Beeldenaars, onder anderen die van 1557.
Deze munten wegen ieder 3 w.
Van deze muntsoort zijn te Antwerpen geslagen tusschen
7 Febr. 1520 en 8 Maart 1521, Rekening MM, 184,280 stuks.
18 Maart 1521 en 20 Aug. 1523, ,;-T— NN, 446,760■ ¿ 4 ,
21 August. 1523 en 23 Julij 1524, «ajjvr-m OO, 85,698 1;... ,
5 Aug. 1524 en 25 Aug. 1526, — PP, 128i912 —v
26 Aug. 1526 en 31 Maart 1527(8).,
voor Paschen, —— QQ, 209,400 mm i 1
(In deze Rekening wordt bij vergissing alleen gesproken van een gehalte van
8 penn.)
16 Maart 1527(8) en 28 Aug. 1529, Rekening RR, 265,090 ■ —
28 August. 1529 en 20 Dec. 1529, ----— . SS, 100,790
19 Jan. 1529(30) en 15 Aug. 15.31, ------- , TT, 468,848
7 Aug. 1531 en 18, Jan. 1532(3), vj-rv,— 1 UU, 393,380
12 Febr. 1532(3) en 11 Febr. 1535, r------- .w , 589,080 f, . ..
12 Feb. 1535(6) en J4 April 1537, ----Wff-, 140,553 — 1
15 April 1537 en 28 Febr. 1538(9), ------- XX, 198,120
en nog 249,290 —
28 Febr. 1538(9) en 29 Oct. 1540, ---- TY, 10.3,470 —
’ 30 Oct. 1540 en 6 April 1641(2) , -------ZZ, 601,870 Jl“ -
5 Julij 1542 en 23 Augustus 1545, AAA, 101.370 —
19 Octöb. 1545-en 4 Octob. 1546, Rekening BBB, 37>BOO stuks.
4 Octob. 1546 en 20 Octob’. 1548, c c c , 32,760 —
18 Dec. 1548 en 19 Maart 1551,
Stilo Brabant. DDD, 2^391,542 —
24 Maart 1551 en 12 April 1553, EEE, niet gemunt.
11 (sic) April 1553 en 9 Julij 1555, FFF, als-voren.
.9 Julij 1555 en 9 Julij 1558, GGG, 19,010 —
Doch, aangezien er tusschen 24 Maart 1551 en 9 Julij 1555 geene stuivers
met den Stempel -van KarelV meer gemunt waren, meenen wij, dat de volgens
de Rekening van 9 Julij 1555 tot 9 Julij'1558 geslagene stukken, stuivers met
den Stempel van Filips XV zullen geweest zijn, en zouden er dan 6,724,213 voor
Karel V gemunt wezen. — Te Maastricht zijn geslagen, tusschen
23 December 1520-en 30 Julij 1524, Rekening I , 24,950 stuks.
81 Julij 1524 en 25 Mei 1526, -------- E , 32,568 —
24 Mei 1526 en 15 Mei 1528,----------- L, 51,970 — '
12 Junij 1528 en 15 Julij 1531, jj M, 71,900 —
16 Nov. 1531 en 6 Maart 1535(6), (— N, 10,810 —
(De Rekening van 6 Maart 1536 tot 28 Julij 1542 zagen wij dat verloren is.)
28 Julij 1542 en 5 Septemb. 1545, -------- O, niet gemunt, zoo
öok niet voor
28 Deo. 1552 en 14 Octob. 1558, ---------- P, 27,560 —
welke laatste echter waarschijnlijk (zie hier boven onder Antwerpen) den Stempel
van Filips IV zullen gedragen hebben; schieten er dus 219,758 voor Karel V over.
N". 18 en 19 zijn halve stuivers, niet vermeld in § 10 der Ordonnantie van
het jaar 1520, en eerst in 1542 geslagen. Zij heeten in de Muntmeestersre-,
kening AAA: // nyeuwen penninck van een groote Vlems.r/ Zij bevatteden
grein zilver, en er gingen 134 stuks van in het mark.
Beide hebben de zelfde afbeelding en het zelfde omschrift op de vz., name-
lijk het ronde vijfveldige wapenschild, dat, met afschaffing van dat uit 16 kwar-
tieren bestaande, alleen op de latere munten van Karel als Hertog van Braband,
en in 'het algemeen op zijne Nederlandsche munten uit den laatsten tijd zijns
levens, voorkomt.
83