
-, Muntmeesters en stempelsnijders (tijdens de Republiek), in De
Geuzenpenning, 1967.
-, en J.S. Boersma, Munten in muntvondsten, Bussum, 1967.
J J. Grolle, De muntslag van de Heren van den Bergh ca. 1320 - ca. 1440, in
Jaarboek voor Munt-en Penningkunde, 1993.
-, De muntslag van de graven van Holland tot de Bourgondische unificatie in 1434,
Amsterdam, 2000 (3 din).
S. Gropp, Die Städtische Münzprägung zu Deventer und Nimwegen 1528/43 -1591.
Städtische Partikularismus gegen habsburger Zentralismus in den östlichen
Niederlanden, Oer-Erkenschwick, 2001 (diss.).
S.P. Haak, De rijksmunten in Gelderland, in Bijdragen Vereeniging ‘Gelre’, 1910
en 1912.
C. van Hengel, De munten van Holland in de 13e eeuw, Amsterdam, 1986.
-, Penningen Hollants, Amsterdam [eigen uitgave voor vrienden en kennissen],
1998.
D.J. Henstra, The Evolution of the Money Standard in Medieval Frisia. A treatise on the
history of the systems of money of account in the former Frisia (c. 600 - c. 1500),
Groningen, 2000.
C. Hoitsema en F. Feith, De Utrechtse munt. Uit haar heden en verleden, Utrecht,
1912.
P. Ilisch, Die Münzprägung im Herzogtum Niederlotharingen, 1. Die
Münzprägung in den Räumen Utrecht und Friesland im 10. und 11.
Jahrhundert, inJaarboekvoorMunt-enPenningkunde, 1997/8.
H.W. Jacobi, Hetis gebeurd met de gulden, Leiden, 1999.
TH. H. R. Kiezebrink, De munten van Overijssel (1578-1796), Amsterdam/Brussel,
1971.
WA. Korthals Altes, De geschiedenis van de gulden. Van Pond Hollands tot Euro,
Amsterdam, 2001.
J. de Mey, Les monnaies belgo-luxembourgeoises de Charles III à Guillaume I, Brussel,
1963.
-, De Zeeuwse munten, Brussel/Amsterdam, 1969.
A Mignolet, Les monnaies de la Principauté Liège. Description commentée des monnaies
gravées dans l’ouvrage de baron de Chestret de Hanneffe, Luik, 1986.
T. Passon, De stedelijke Munt van Nijmegen 1457-1704, Nijmegen, 1980.
P. Pietersen, Munten van de stad Utrecht, Utrecht, 1978.
A. Pol, Schepen met geld. De handelsmunten van de Verenigde Oostindische
Compagnie, 1602-1799, Oegstgeest/’s-Gravenhage, 1989.
M. Polak, Historiografie en économie van de ‘muntchaos’. De muntproductie van de
Republiek, Amsterdam, 1998 (diss.; 2 dln.).
J. Porteous, Aangemunt en nagemunt, Amsterdam, 1969.
-, Coins in History, Londen, 1969.
H. Povee, De gulden. Geschiedenis van Nederlands nationale munt, Bussum, 2001.
A.T. Puister, Friese stedelijke munten, in Jaarboek voor Munt- en Penningkunde,
1981.
-, Groningse stedelijke munten, in Jaarboek voor Munt- en Penningkunde, 1986.
D. Purmer, De stedelijke muntslag van Arnhem 1461-1599, in Jaarboek voor
Munt-en Penningkunde, 1996.
AA.J. Scheffers, De Nederlandse gouden dukaat 1586-1986, Naarden, 1986.
W.F. Schimmel, Geschiedkundig overzicht van het muntwezen in Nederland,
Amsterdam, 1882.
F. Von Schroetter, Wörterbuch der Münzkunde, Berlijn, 1930.
P. Spufford, Monetary problems and policies in the Burgundian Netherlands
1433-1496, Leiden, 1970.
F.B.M. Tangeider, Muntheeren muntmeester. Een Studie over het Berghse muntprivile-
ge, Arnhem, 1955.
H. van Houdt, Atlas der munten van België, Herent, 1996.
J.P.A. van der Vin, Hetgeld van Grieken en Romeinen. Inleiding in de antieke numis-
matiek, Leuven,1984.
W.J. de Voogd, Geschiedenis van het muntwezen der Vereenigde Nederlanden, I
Gelderland, Amsterdam, 1874.
A. van der Wiel, Munten als nieuwj aarspenningen geslagen, in Jaarboek voor
Munt-en Penningkunde, 1954.
-, Valse en echte Nederlandse dukaten, a.w., 1952 en 1956.
H.J. van der Wiel, Reeks artikelen over zilveren munten van Utrecht, in
Jaarboek voor Munt- en Penningkunde, 1960-1978/9.
-, De stedelijke muntslag van Zwolle, Vriezenveen, 1994.
A. de Witte, Histoire monétaire des ducs de Brabant, Antwerpen, 1894-1899.
DA. Wittop Koning, Balansen en gewichtenmakers, in K.M.C. Zevenboom en
-, Nederlandse gewichten, Leiden 1970.
-, / G.M.M. Houben, 2000Jaar gewichten in de Nederlanden, Lochum, 1980.
Tijdschriften
De Beeldenaar. Tweemaandelijks tijdschrift voor numismatiek en penning-
kunst Uitgave van Stichting De Beeldenaar, Postbus 2407,3500 GK Utrecht.
Jaarboek voor Munt- en Penningkunde. Uitgave van het Koninklijk Nederlands