
nSsHII I
I
Ket droogt ook al te fterk loopende Zweeren op, inzonderheid
aan kwaade beenen, of die haaren oorfpronk van ’tBlauw-
fchuit hebben.
Dog de voornaamfte en onwaardeerbaar nuttige kragt die de
Oefterfchulpen bezitten, is in het verbreeken van de Steen, als
van de daar uitgebrande K a l k n a de kunft, het Jqua Calcis gemaakt
en gedronken word (6).
De leevendige Oefters hebben ook hunne byzondere genee-
zings-kragten, zy voeden fterk, en zyn ruft verwekkende , .a lthans
men kan s’nagt na het eeten van Oefters doorgaans wel
fiaapen: En die geene, die een flymige, zwakke, en veel met gal
bezette maag hebben, zullen meer baate vinden, met ’s morgens
nugteren, of een uur voor het middagmaal, een ftuk a<rt, tien
o f twaalf rauwe Oefters met een weinig gebraade brood te eeten
als van andere, in den Apotheek bereide, Medicamenten: ten
welken einde te Parys en in fommige Zee-fteden van Vrankryk
rauwe Oefters, voormiddags, door menfchen, te koop gebrast
worden.
Een levendige Oefter uit zyn Schulp genomen , en op een
Peft-buil gelegt, trekt daar het Vergift uit, volgens het fchryven
van L emery ( i ) en D ale (£) , welke laa.tfte nogverfchei-
de andere Medicinale kragten aan de Oefters, en het poeijer van
nitgebrande Oefterfchulpen toefchryft.
( b ) Verhandelingen der Hollandfche Maatfchappy. H«ie rw t
pag. 36.
f j j Diftionaire des Drogues. pag. 393.
(k) Pharmacologia. pag, 365-. Edit. ia 4%
Fa»
Van de Kreeft-SIak.
De Kreeft-flak, die men met regt de (a) Koekoek der Zee-
infeÉten, mag noemen, ter-wyl hy zig altyd onthoud in het neft
van een ander, is een wonderlyk Diertje, zoo van maakfel als
van manieren. Zoo dra het gebooren is, zoekt het aanftonds,
na het eene of andere Hoorntje , en kruipt in het geene hem
beft aanftaat, omdat zync teere Staart, die met geen harde Schaal,
als de reft vat^_ zyn lichaam bekleed is, geen ongemak zoude ly-
den. Als hy. groeit, en dit eerfte Hoorntje hem te klein of te
nauw. word, zoo verlaat hy het zelve, en zoekt een dat hem beter
paft en aanftaat, zoo dat de grootfte Kreeft-flakken, zig in
de Hoorns der grootftè Wulken-onthouden.
Het verwondert my ten hoogden, dat de Heer Swammek-
dam (b) , die anders zeer nauwkeurig is, in de ontleedkundige
befchryving der Kreeft-flakken , durft verzekeren , dat dezelve, t
gelyk andere Schelpviflen , hunne eige byzondere Hoorntjes hebben.^
daar zy aan vaft zyn, en die gelyk met haar groeijen; en
dat hy zig niet ontziet, R o n d e l e t van onagtzaamheid te be-
fchuldigen, omdat die fchryft, dat de Kreeft-flak altyd woont in
het Hoorntje van een ander Infeft, en zelfs geen eigen byzonder
Hoorntje heeft: Daar zulks*egter waar, en alreeds van ZEe ia -
Nüs ( c ) erkent is, als hy zegt, dat dezelve zonder Schaal ter
wereld koomen , maar grooter geworden, de Hoorns, van de
Purpura en Turbo zoeken.
R um-
( 3 ) De Kreeft-flak word ook wel de Soldaat genoemt, om dat
zy geen eigen huis hebbende, zig mpefter maken, van het eerfte,
dat haar voorkomt c En de Hermiet, om dat zy als kluizenaars omzwerven
, en ’t eerfte huis voor ’t befte neemen.
(_b) Bybel der Natuur, pag. 196.
( c ) Lib. VII. Cap. 31, Dog worden door hem Caninades genoemt.
L 2