130
met den dubbelen Horen, welke my onlangs door den Hoog Wel
Geb. Heere Joacbim Baron van Plettenberg , van de Kaap de
Goede Hoop, ten gefchenk gezonden is!
Men zou my te gemoed konnen voeren, dat deeze Schouwburg
, deeze Hooge School, en myn Hoogleeraarfchap, alleenlyk
gefchikt waren tot het onderwys in de kennisfe van ’s Menfchen
lighaam! En in dedaat, men zoude fchynen wel te treffen, indien
wy deezen plicht verzuimden: Maar, wie zou zig, zonder eenige
geoorloofde uitipanning, alleenlyk binden konnen aan deezen
ftrengen regel? Wie niet teffens een inwendig vermaak gevoelen,
wanneer hy de inneemende bevalligheden der Natuurlyke Historie,
duidelyk voor oogen gefield, befchouwen konde?
Nauwlyks konnen wy in het voorjaar een voet buiten ’s huis
zetten, o f wy worden verrukt door het geurig tapyt van duizende
bloemen, welkers Ipeelende gedaantens, en fchoone kleuren onze
verwondering bezig houden. Onderzoeken wy , welk eene
verbaazende verfcheidenheid de Hyacinth, de Aurikel, de Tulp,
de Ranunkel, ik zwyge , duizende anderen konnen vóórtbrengen
; wanneer haare bollen, en wortels wel bezorgd, en de teelt
door weelderig voedzel behoorlyk onderhouden wordt. Hoe fhel
loopt de tyd niet henen in deeze befpiegelingen ?
Hoe menigmaalen verwisfeit Gyl. uwe dagelykfehe bezigheden
niet met dit onzondig vermaak ? Niemand is gelukkiger, niemand
ryker, dan de bezitter van deeze liefelyke voortbrengzelen der
dartelende Natuur!
Gelooft G y , E. T . dat de befchouwing der verfchillende kleuren,
welker fchoonheid in de Vogelen allermeest uitblinkt, en
die der bloemen in glans en flandvastigheid overtreft, minder flree-
lende is? Het is in dit geval de bekrompene omtrek van Uwen
hof niet, nog de uitgebreidheid van Uwe beemden, die voldoen
kan? Uw Vaderland, Europa zelve is te klein, alle de Wereld-
deelen te zaamen genoomen ,zyn nauwlyks groot genoeg om Uwen
yver
yver te verzaden! Aarde, Zeeën, Bergen, Rivieren, alles wemelt
van levendige fchepzelen, en praalt met duizende fchoone
plantgewasfen, met Visfchen, Vogelen, en Dieren, welker gedaante
, aart en verwen Uwe greetige nieuwsgierigheid vervullen
konnen, en Uw ziels geluk vergrooten!
Hoe zeer andere Volkeren onzen gelukflaat benyden , en onze
gierigheid ter kwaadertrouwe affchilderen, zy is de eenige, z y is
de grootfle drift niet die ons bezielt! Doorloop de voornaamfte
Steden van ons gezegend Nederland, honderde ryke verzaamelin-
gen, opgevuld met alles wat de vier Wereld-deelen, en derzel-
ver Elementen opleveren, zullen UI. welhaast overtuigen •, dat de
nyvere Koopman ook fehatten vergadert, om zig in zyne eenzaamheid
over de Wonderen van Gods Almacht, en oneindige
Wysheid te verheugen!
Hy befchouwt, bekenne ik , alleenlyk de oppervlakte van die
keurige voorwerpen , en vergenoegt, zig flegts met hunne vets,
wonderlyke verfcheidenheid, terwyl de Wysgeer, dikwyls meer
uit eene grillige geaartheid, dan prysfelyken yver, juist alleenlyk
dat fraai vindt, ’t geene verborgen ligt, en niet dan door ontleding
, o f flerk vergrootende glafen kan ontdekt worden. Men
kan niet ontkennen , dat ook dit uitneemend , en prysfelyk is.
Zy zullen beide geen einde vinden, noch in het doen van hunne ontdekkingen
, noch in het vergaderen van nieuwe voorwerpen- HeC
vermaak van den Wysgeer zal grootfcher fchynen, dan het inder-
daat zyn zal. Beide zullen zig gelukkig maaken, en beide zullen
aan de geheele Maatfchappye een oneindig nut verfchaffen!
Alle verftanden zyn niet even verheven. Leeuwenhoek achtede
geen fchepzel bynaa waardig aan zyne befchouwing, o f het moest
wegens zyne kleinheid het fcherpst oog ontwyken; terwyl Huy-
gbens de onmeetbaare Starrenhemel te klein vondt, om zyne weet-
lust te voldoen. Het is waar, de ontdekking van den Ring van
Saturnus was waardig aan de onfterfelykheid van zynen grooten
R 2 naam,