11« I N H O U D.
§. 5. Over de nieren,
<5. ----- de longen, hart enz. o f ingewanden van de borst.
V I E R D E H O O F D - D E E L .
Over de Vrouwelyke Teedeelen in den Orang.
§. i . Over de uitwendige deelen.
2 . --------- Lyfmoeder, en Eyerftokken..
3* — ronde banden, en kokers van het buikvlies, de
Liverticula.
4. — — Schede.
5- — - ■— Blaas, en Schaambeens hoogte.
V Y F D E H O O F D -D E E L
Over de Mannelyke Teeldeelen in den Orang.
§. 1. Over de uitwendige deelen.
2. —— — koker of meatus van het buikvlies.
3. — —— Spieren van de ballen.
4 . ----het been in het manlyk lid der Aapen.
5. Dat de Orang niet gefchikt is om overeinde te gaan.
S E S D E H O O F D- D E E L .
Over het Geraamte van den Orang, vergeleken met dat van
Menfcben, en andere Aapen,
§. I. Geraamte van den Orang tegen het Menfchelyke vergeleeken.
2. Maat van den Romp van ’sPrinfen Orang.
3. De kolom en gedaante der wervelen.
4. Het Deyebeen en ichenkels van Menfchen met den Orang
vergeleeken.
3. Manier om een opzetzel van het Vel te maaken, met behoud
van het geraamte.
Z EI
N H O ü a ï i 9
Z E VENDE HOOFD-DEEL.
Over het Beenige hoofd en hahmrvelen van den Orang.
§. 1. Het bekkeneel zydelings.
s. Het opperkaakbeen, en verdeeling volgens Galenus.
3. Over de kiezen.
4. Over de wervelen van den hals, en hoe in de Buidel-rat.
A G T S T E HOOF D-D EEL.
Over bet Bekken, en deszelfs beenderen.
§. i . Over het bekken, en heupbeenderen.
2. Over den rand en holte van het bekken.'
3. Over het heilig- en ftuitbeen.
N E GE N D E HOOF D-D E E L.
Over het Deyebeen, de knie en voet van den Orang.
§. 1. Over het hoofd van het Deyebeen.
a. Over de knie en Beentjes in de fpieren van de Popliteus.
3. — —— Kuitlpieren.
4«---- - den lypet en deszelfs beentjes.
5. —— de Zaadbeentjes.
6. — de Teenen.
T I E N D E H O O O F D-D EEL.
Over de Hand in den Orang, en andere Aapen.
§. 1. Verfchil over het getal der beentjes inde voorhand der Dieren.
2. Galenus telt negen in de voorhand of carpus.
3. Euftachius tien in de Aapen.
4. Paubenton elf, en noemt drie overtallige.
5. De drie overtallige verfchillen van aart,
s. &