208
zelfde aanmerkingen, eer hy de uitlegging van zynen met de Zoo-
merkleuren afgezetten Renhirsch begint. Het is ook tegenwoordig
een ieder bekend, dat de Haazen in Noorwegen, Zweeden,
en het Noordelyke van Rusland des winters geheel wit worden.
Het was eene verdichte overlevering by de Ouden, dat het
Rendier even als de Cameleon allerleie kleuren aannam: Colo-
rem omnium arborum, fruticum, florum, locorumque reddit, zegt
riinius. ,, Hy neemt de kleuren aan van allerleie bosmen,
„ heesters, bloemen , en plaatfen. Ook verzekert Aeliams (a)
„ hetzelfde. ” Tarandus fe ipfum cum villis fuis vertil, £5? innu •
meras colorum fpecies cum fummo videntium Jtupore reddit eet.
„ Het Rendier verandert geduurig zyne hairen: en neemt eene
,, ontelbaare verfcheidenheid van kleuren aan tot verbaazing
,, van alle die hem befchouwen.”
De aanmerkingen v,m Hqffberg en van den Graave Mellin
over de kleurverandering van het Rendier | kunnen myns oordeels
den oorfprong van dit verdichtzel ontvouwen.
De vergelyking van zyne vagt met die van een Beer, door
Flinius gemaakt is niet onaartig , het hair is buiten tegenfpraak
zeer lang, en veel langer dan by eenig Hart. Om dit alles nu
nog meer vergroot, en ilerker uitgedrukt te zien, moet men
Solinus (F) leezen. Mittit (sethiopia) £? tarandum boum magni-
tudine, bifulco veftigio, ramojis cornibus, urfino colore, et parit er
villo profundo. Hmc Tarandum affirmant, habitum metu vertere,
et cum delitefcit, fierè ajjimilem cuicumqut rei proximaverit, jive illa
fano alba fit , feu frutetto virens, Jive quam aliam praeferat qualita*
tem. Faciunt boe idem in mari polypi, in terra cameleontes. ——
In boe novum e[i ac Jingulare, hirfutiam pili colorum vicesfacere.
„ Aethiopiè, geeft ook het Rendier ter grootte van een O x ,
» met gekliefde pooten , getakte horens, met het hoofd van
een
00 Hift. Anim. Lib. 2. Cap. II. p. 86. ( b ) Cap. XXX. p. 41. D-E.
„ een Hart, van kleur als de Beeren , en teffens met zulk lang
„ hair. Men verzekert, dat het Rendier zyne kleur door fchrik
„ verandert , en als hy zig verfchuilt, gelykkleurig wordt aan
„ alles waar hy by o f omtrent komt. Het zy het wit is als
„ marmer, groen als een heester, of van wat aart het ook zyn
„ mag. Dit zelfde doen ook de Zeekatten in de Zee , en de
„ Cameleons op het land. — Doch hier in is het zonderlinge
„ en het vreemde gelegen, dat zulk ruuw hair de verfchülen-
„ de kleuren aanneemt!”
Salmafius heeft reets aangemerkt, dat Solinus het Rendier ver-
keerdelyk aan ^Ethiopië toefchryft (a ) daar het alle de Ouden
alleen eigen aan Scythie verklaaren.
Naa maaten wy de Noordfche Volkeren meer en meer hebben
leeren kennen, en ook zy befchaafder geworden zyn, hebben
wy langzaamerhand geheel Noorwegen, Zweden, en Rusland
van Scythie afgenoomen, en alleen dien naam overgelaaten
aan dat Tartaryen , daar zig nu geene Rendieren ophouden,
gelyk zy ’er bevorens ook niet gevonden wierden. Om redenen
die wy reets in de 4. §. gemeld, en met het gezag der
Ouden, en van Cluverius geftaafd hebben.
§. 6. Wy befluiten dan, dat gelyk als nu, ook oudstyds het
Rendier, en de Karibon , gefchikt waren voor de koude , en
meest met fneeuw , en met mos bedekte Gewesten. E n , dat,
offchoon de Karibon reets onder de 4.0. graden Noorderbreedte
in Amerika, en in Tartaryen tot de 50. gr. gevonden wordt, die
luchtlireeken om andere, ons als nog onbekende redenen, kou-
der zyn dan de Landen in Europa, op de zelfde breedte liggende
: maar geenzints, dat Frankryk en omgeleegene Gewesten nu
zoo veel gemaatigder, o f ten tyden van Julias Caejar zoo koud
geweest zouden zyn , van immer Rendieren gevoed te hebben !
Dan,
(a) Exercit. Plin. in Solinum p. 276. E — F,
D d