I2< O P D R A G T.
ren, om te oordeelen, o f aan U H. W. GEB. moeite, en groo»
te kosten beantwoord is door myne poogingen.
Met verfchuldigden eerbied , en hoogachting heb ik de eere
my Uw HOOG W E L GEB. aan te beveelen, en te zyn:
HOOG W E L GEBOREN HEER!
U H. W. GEB. aller gehoorzaamfte,
en aller verplichtfte Dienaar
P E T R U S C A M P E R .
Klein - Lankum den 23 van
Louwmaand 1775.
V O 0 R.
V O O R B ER IIG TG
eachte L e.ezer!
D e Verhandeling over den Kop van den Rhinoceros met den
.Dubbelen Horen, is gefprooten uit eene Openbaare Lesfe
door my in het Ontleed - School te Groningen , den 6 van
Sprokkelmaand van den Jaare 1772. gehouden als het befloo-
tene Water eene hindernisfe toebragt om de Ontleedkunde op
verftorvene Menfchen lighaamen , die ten dien einde uit Am-
fterdam gezonden worden , te onderwyzen. Dit keurig voorwerp
verfchaft teffens eene allergunftigfte gelegenheid , om de
aangenaamheden der Natuurlyke Historie in een klaarer daglicht
te Rellen, en de naauwe verknogtheid te doen zien , welke
zy onderling heeft met de kennisfe der fraaye letteren , en
der Oudheid.
Het fcheen my ten uiterfte nodig , dit vooraf te berigten,
op dat men zig niet verwonderen zoude over de byzondere onderwerpen,
die in de Inleiding voorkoomen, en die om verfchei-
dene redenen niet hebben konnen agtergelaaten worden: te minder
om dat ik my vleidde , dat ook de aangehaalde voorbeelden
in het algemeen niet onaangenaam zyn zouden.
Zedert dien tyd heb ik gelegenheid gehad meerder onderzoek
omtrent den Rhinoceros te konnen doen, en ook een Levendi-
gen te Verfailles te zien : en dierhalven gemeend verplicht te
zyn 5 ’t gene ik tot nadere opheldering ontdekt, en van anderen,
inzonderheid van den beroemden Heere Pallas geleerd heb-
be , ’er tusfchen in te voegen.
De