Gemeente. Ds. de Blau vervulde daarop Zondag den i9den Maart 1788
de namiddagbeurt in de Martini kerk — destijds de hoofd-beurt -
predikende over Amos V , vs. 13—-15: ,,Daarorn zal de verständige
te dier tijd zwijgen, want het zal een booze tijd zijn. Zoekt het goede
en niet het booze, opdat g ij leeft ,■ en alzoo zal de Heer, de God der
heirscharen, met ulieden zijn , gelijk g ij zegt. Haat het booze en hebt
lie f het goede en bestelt het recht in de poort; misschien zal de Heer,
de God der heirscharen, Jozefs overblijfsel genadig z ijn ' 1). Zooais
deze tekst doet verwachten was de predikatie een kloek protest tegen
de nationale zonden: de bijbelverachting, het toenemend ongeloof, de
ontheiliging van Gods naam, de weelde en het zedenbederf, terwijl
zij 00k een bemerking inhield over het verplicht model volgens 'sRaads
resolutie. In de -predikatie herkende de Oranjegezinde Raad toespelingen
op Regeeringshandelingen, kortom de preek wekte het ongenoegen
van den Magistraat2) , waarop Ds. de Blau op het Raadhuis geciteerd
werd tot het afleggen en onderteekenen van deze krasse verklaring:
„Ik betuige dat mij van harten leed is het ongenoegen, hetwelk ik
aan de Ed. Mog. Heren Burgemeesteren en Raad deezer stad hebbe
gegeven door de onvoorzichtige en ongemesureerde uitdrukkingen in
mijne jongst gedane Biddagsrede, waarover ik van hun Edele Mögende
ootmoedig verschooning verzoeke.” De Predikant kon aan dien eisch
niet voldoen; tot een zachtere verklaring was hij bereid, en toen
de Raad hiertoe niet wilde ingaan, werd hem, in weerwil van het
verzoenend optreden des Kerkeraads en een ongeveer dertigjarigen
Evangelie-arbeid in deze Gemeente, bij Resol. van den 29sten Mei 1788
de dienst in Groningen en hare jurisdictien opgezegd. Zelfs de „ge-
requireerde” preek ontving hij niet terug; zij moest „in ’sPresidents
pulpitum opgesloten en bewaard worden.” Het Consistorie werd afgewezen
met het onvriendelijk bescheid „dat Hun Ed. Mog. het adres
tot geen object van deliberatie zouden maken, en over die zaak nu,
x) De preek verscheen in druk te Groningen in 1795 . onder den titel:. Wat te doen in. enen
bozen tijd volgens Amos V, 13—15 op den algemenen dank- vast- en bededag enz.
-) Het was trouwens reeds de derde maal, dat Ds. de Blau de gevoeligheid opgewekt had.
In 1780 had hij Burgemeesters en Raad ontstemd door te waarschuwen voor een opera (Groningens
oudsten predikant enz., blz. 5), terwijl een preek over Joh. V I , 64, 65, den 4*»“ Februari
1770 in de A kerk gehouden, een protest uitlokte van de Hoogleeraren van der Marek en
Chevallier. Het Register der publicaties naar aanleiding van die predikatie telt 15 Nra' en
berust met verscheidene publicaties in de Gron. Universit. Bibliotheek. Zie aangaande hem nog
de Aantt. Gron. Volksalm., 1896, blz. 191); 1910, blz. 6 51), Vgl. over het geschil tusschen van
der Marek en de Blau A. Y p e ij en 1. J. D e rm o u t , Geschiedenis der Nederl. Hcrv. Kerk, I I I,
blz. 545 v.
nog in het toekomstige, eenige adressen van den Kerkeraad zouden
verwagten nog ontvangen” ). Zoo deden de Voedsterheeren der Kerk
A°. D. 1788 2).
ff Th. B r u n sv e ld D e B la u , Groningens oudsten jpredikant niet kerkelijk noch rechterlijk
maar bij jolitieke resolutie der Stads-regeering zijn amjt opgezegd of de toedragt dezer zaak enz.,
blz. 3 7 ,3 1 . Ook hielden Gedeputeerde Staten van Stad en Lande zijn credentiaal als correspondent
der Synode in. Daar de Blau niet kerkelijk veroordeeld, maar politiek van zijn dienst en
traktement was ontzet, bleef hij Predikant en mocht hij overal, behalve te Groningen en in hare
jurisdiction, preeken, zooals hij ook in de Ommelanden, te Leeuwarden e.e. gedaan heeft.Andere
voorbeelden van politiek ontslag waren o. a. die van vier Predikanten te Deventer, van van
Marie te Delft (de B la u , Groningens oudsten predikant, blz. 42). Zie over de dienstopzegging
Acta Consist., V Ia , 2 Mei 1788 v.
2) Ds. de Blau werd zeven jaren later in zijn eer hersteld. Den 15 den Maart 1795 trad hij
weder voor de Gemeente op met een leerrede over 11 Kor. V I , 1 , 2. Zij verscheen te Groningen
inv,T795 met den titel Hersteide predik-dienst van Groningens oudsten predikant enz. De Blau
werd toen honorair-predikant op een traktement van f 1000 en verbond zieh jaarlijks twintig
leerredenen of katechisatiOn te houden. Hij overleed den I7den Jariuari 1815 {Acta Consist., V I I I ,
24 Mei 1815);