■ ('I I ill!!''
L 'if , ' ‘ Ita! i i ,l '
tal' i i Í
I f l i t a it!
Ilii ii
I| i I Ir :
1470 1470
(OHub -
nets Geflacht.
Taf. 125.
(2) Aiinal.
Auflr. G.
d cR o o .
pag. id j .
(3) Corps
Diplomat,
par du
Mont.
T om. III.
Part. I.
foL 194.
Dees was de eenige Erfgenaam en Zoon van Frederik den Vierden Aardshertog ( t ) van
Ooftenryk , en van .Anna Dochter van Keizer Frederik van Bronswyk. Toen zyn V a der
in het jaar veercienhonderdnegcnendenig (2.) f tie r f, wierdt hy onder de voogdy
van zynen N eef Keizer Frederik den Derden opgevoed, totda t de vereifchte ouderdom hem
in ’t gebied ftelde, en gelegenheid g a f , om den fchepter cn het zwaard ze lf te voeren,
gelyk hy met het teken der Aardshertoglyke waardigheid , cenc byzondere Kroon , gedekt
tot dat einde alhier verbeeld isj wandt Keizer Frederik hadt., in het dricenvyfiigfte
jaar deezer eeuwe, alle de Hertogen van ( ? ) Ooftenryk , en hunne Kinderen, tot Aards-
hertogen verheven , en de oude voorrechten van dat Huis vernieuwd en bekrachtigd. Dierhalven
vindt men den penning omzoomd met deezen tyicl
S I G I S M V N D V S A R C H I D V X A V S T R U E 14S1.
S I G I SM U N D A A R D S H E R T O G V A N O O S T E N R T K 1481.
Op dc rugzyde is de Vorft tc -paerd gezeten , cn alsof hy ten oorlog t ro k ', af-
gefchetft. De rand van den penning praali met veertien wapenfchilden van de Ooftenryk-
fthe Erflanden, die eensdeels door hem , andersdeels door zyne Bloedverwanten , beftierd
wierden j wandc hec is meermaalen in gebruik geraakt, dat het wapen cn dc tytel van cen
en het zelve Land door verfcheidene Perfoonen gevoerdc wierdt. De bediedenis der wapen- '
fchilden bcvind ik dus tc zyn , in hec grootfte, ’c gene onder rcgc in ’t midden fta a t,
zyn v y f Arenden, o f , zoo anderen willen , zoo veel Leeuwrikken , voor oud Ooftenryk.
D e zeven fchilden, die men aan de regter zyde van hec zelve gefteld heefc, zyn i. Nieuw-
o f ’c Aardshertogdom van Ooftenryk, i . ’ t Hercogdom Carinte, 3. ’c Hertogdom Car-
niola , dat is Krain. 4. ’ c Graaffchap Habsburg. y. ’t Graaffchap Goritie. 6. ’t Graaffchap
Kyburg , dat hier niet wel verbeeld is. 7. D e Heerlykheid Poricnauw. Die hier
tegenover in de andere zyde van den rand ftaan , van hec groote Schild af tc teilen,
zyn du s, i . ’ t Hertogdom Stirie o f Stiermavk. 2. ’t Graaffchap Tyrol. 3. ’t Markgraaffchap
Burgouw. 4. ’t Landgraaffchap van der E lfa s , dat hier verkeerdlyk uitgc-
drukc ftaat. y. ’c Graafichap Pfirt o f Fcrrette. 6 . De Heerlykheid van Windismark.
{4) Me.
moir. de
Comines
L iv . IV.
Chap. I.
De Hertog van Borgonje onderwylen
bevreeft geworden , voor de valfche
ftreeken van den Franfchen Koning, dewyl
hem een gerügt i n ’t oor wo ei, van
dat ’er verraad, omtrent de Steden längs
de Somme (4 ) gelegen , gepleegd
was , dierhalven naar Hesdin verreifd
zynde , bezorgde aan dien
kant zyne Landfchcidingen cn Krygs-
magten , en wilde thans , op aandrang
van den Paus en den Keizer ,
andermaal beproeven , den Hertog
van Gelder Adolf met des zelfs
V ^ e r Arnoud te vereenigen. Met
dit inzigt ontboodt hy Adolf gchccl
ernftig derwaart , die ’er eerlang
met
147p
<;’S '
■ Geld. Ge-
I Jellied, fol.
‘ *93.
met taamelyk gevolg aangekoomen,
door drang van redencn overwonnen,
eindelyk fchoorvoetende zyns Vaders
( i ) ontllaaging bewilligde. ’t Gene
hem echter den naaften dag berouw
baarde ; omdat de minzaame bejee-
gening in de tegenwoordigheid zyns
Vaders , hem dermaate het agterdcn-
kcii van verraad in ’t hart prikkelde
|(3) P Me.
■f rula van 4deWil-
i/dcrniiTcn
jfol.3.
, dat ’er geene middelen magtig
waren dit wantrouwen te verzetten,
fchoon hem de bezitting van geheel
Gelderland , uitgezonderd de Stad
Graave , wiel'dt afgeftaan , en de
Hertog Karel hem de Landvoogdy
van Borgonje ( x j beloofde ; mids
zyn Vader zesduizend gulden ’s jaars,
en de voorfchreeve Stad Graave , zoude
behouden. A l dit mogt niet baa-
ten , ' i n ’t tegendeel de verweidering
liep ZOÓ h o og, dat Adolf zieh in onbekende
kleederen op de vlugt begaf
i maar in ’t overzettcn der Maaze
by Namen ontdekt zynde , wierdt hy
gevangen , en federt op bevel des
Borgonjers naar het flot te Vilvoor-
de overgebragt, alwaar men hem tot
den dood van Hertog Karel in verzekeringe
hielt ; vermids dees den
Vader Arnoud ftraks met raad en
geldmiddelen voorzag , om Gelderland
tot gehoorzaamheid en erkente-
nis te brengen.
Hierentuffchen oiitviel den Hertog
een magtige fteun in Holland , door
het overlyden van Frank van Borfelen
Graaf van Ooftervant , die op den
negentienden van Slagtmaand ( 3 ) deezer
waereld overleedt , en dewyl hy
het ampt van Houtvefter aldaar bekleed
hadt , zoo wierdt het zelve
federt aan den Baftaard Antoni van
Borgonje, voor des zelfs leevai, opgedraagen.
Doch aleer deeze gevallen ten einde
liepen, ' hadt Lodewyk de Elfde, Koning
van Vrankryk , een onderling (4)-
verbond met de Swidfers tegen de
Hertog van Borgonje, op den twintigften
van Herfstmaand , geflooten ;
en vermids de zelve Hertog , als
Leenman van het Ryk , voor het
Parlement van Parys gedagvaard was, >47°
om zieh aldaar , wegens de inbrcuk
des Vreedes ( ? ) en het ongelyk den
Graaf van Eu in des zelfs bezittin- comincs
gen aangcdaan , te verweeren, doch
niet wilde vcrichynen, zoo heeft Koning
Lodewyk , gemagtlgd door de
Staaten van zyn Ryk , den vreede
van Peromie , in ’t begin van Wintermaand
, vernieligd, en zieh ontflaagen
van de (6 ) belofte , in het zel- (o) Corp.
I V T ■ XT TV . Diplomat. ve verbond den Hertog van Borgonje par du
gedaan. Waardoor het fmeulcnde
verraad des Konings , ’t gene ont-
worpen was, federt dat de Graaf van
Warwik , op wien hy eertyds zyn
vertrouwe ftelde , het Ryk van Enge- •
land , door het vernieuwen van het
verdrag , met den Bbrgonjer verzoend
hadt , thans , door het krenkcn en
omkoopen der Borgonfche bedienden
uitgelekt, in vollen vlam uitberftede.
Inzonderheid wegens den Borgonfchen
Baftaard Boudewyn , wiens
brief aan zynen Broeder Antoni , den
Grooten Baftaard , by misverftand
befteld wierdt , waardoor men de
faamenzweering tegen ’s Hertogen leeven
( 7 ) ontdekte ; ’t gene Boude-(7)Meijeri
wyn met fommige anderen in Win- píSdlfo!.
termaand naar Vranltryk deedt llui- 349-verfo.
pen.
Twee dagen naa deeze vlugt , ging
S'. Quintyn (8) aan den Koning van (8) Me-
TV Tr an1k ry1k o ver, en A» mi•e ns fot ond1 t i. n ™oir. de comines
den evenaar , om door ’t gewigt van c ” , / ” '
’t gond , ook aan die zyde te hellen
; toen de Borgonjer zieh met
eene hand vol volks in ’t veld ver-
toonde ,'met gedagtcn om de wanke-
lende Stad te verzekeren. Maar de
onmagt , en hieruit het fammelende
overweegen , gaf den Afvalligen
moeds genoeg , om ’s Konings Krygs- '
knegten in te laaten, en door de
overgaave der Stad den Hertog naar
Atrecht te dryven.
Dees meende dus verre , dat de
oorlog uit den wrok des Koning gefprooten
was ; maar het bedryf zyner
Bondgenooten , Hertogen van
Bretanje en Guijenne, ondekte wcl
E e 1 haaft
>4 7 >
I I
I ' - j t
'/''il::