I -i i ( t (I !
- 1477 geq voorzien zynde , het geding te-
-------" gen de Vriezen niet agtervolgde, en
de begeerte van den Leenheer dier
Landen dus ftilzwygende toeilont.
Gelyk de Hertog het verzoek der
(ilMon- Gendtenaaren ( i ) , als behaaglyker ,
Chron.' openlyk inwilligde. Vermids deezen
l i ' I N denVorlt meermaalen hadden aangezogt,
75. veifo, voorheen' geflooten vreede , met
zyne tegenwoordigheid , te willen be-
veftigen.
Deswege is de zelve , verzeld van
zynen Zoon Karel , nevens den Dolfyn
en eenen drang v a n Edellieden ,
1478 aldaar,.op den dertienden van Gras-
■-------- maand, met zooveele tekenen van
' uitmuntende vreugde en zonderlinge
achtinge ontfangen , als ooit eenigen
Landsheer te vooren beweezen waren.
Invoege zieh de Hertog toen
meerder van de ongemfte Vlaamingen
, dan zyn bailaard Zoon , Biffchop
David , van de Utrechtfen ge-
ilreeld z a g ; wandt deezen verlekkerd
op de voorfmaak van den minnelyken
ommegang des voorgaanden Bis-
fchops , Brederode-, kreegen allengs
eenen afkeer in de wränge heerfch-
ziigt des nieuwen Kerkvoogds, die hen
van dag tot dag verweiderde, en tot
befcherming naar de wapenen deedt omtaften
; vermids de BilTchop, buiten
de gewoone Zetelftad verblyvende ,
de Utrechtfen, die van de Bredero-
dens onderfteund wierden , wilde dwingen
om de uitgeweekene ballingen,
die zieh te Amersfoort onthielden,
in te (x ) neemen. En dewyl de
Stedelingen hier tegen druiften , en 1
zieh zooverre te weere ftelden , dat ,
zy zelfs uittrokken, en hunne party ;
met geweld te keer gingen : zoo
heeft dit de Borgonfche Myterdraager
niet können verzweigen , zonder
het ftraffen der weerfpahnelingen.
Dierhalven riep hy zynen Vader te
hulpe, die hem zynen Zoon Antoni,
betyteld met den naam van den
grooten Baftaard van Borgonje , • een
dapper krygsman , tot byftand af-
vaardigde.
Dees , met omtrent (3 ) duizend
knegten , meeft Lyffchutters , ddr-'
waart gekoomen , verkondigde ftraks
met opene brieven de Stadt Utrecht den
oorlog , en ftigtte in de omgelegene
Landen menigvuldige verwoeftingen.
Zulks de Stedelingen hen hierop
aanvielen, en den Borgonfchen Veldheer
, tot bmnen de muuren van A-
mersfoord, dwongen te wyken. Hoewel
dit gevai den Borgonfen niet
voorfpoedig w a s , zoo is echter door
dien to g t, de vreede , welke weinig
tyds laater volgde , verhaaft en 'ge-
flooten geworden. En dewyl de gemelde
Baftaard in veele aanmerkelyke
onderneemingen van zynen Vader ge-
bruikt is , en meermaalen in ’t fpel
zal koomen , 10 heb ik by deeze
gelegenheid , als een einde van
dit bedryf en des Stiftfchen oorlogs
, zynen penning hier nevens
gefteld.
Cliron.
Vol. l i t
fol. 77.
verfo.
Decs Antoni w a s , onder de meenigvuldige baftaard Kinderen van Philips Hertog van
Borgonje, by verfcheidene Vrouwen g ctce ld , thans de oudfte; wandc hy kwam in ’ tjaa r
(4) L o c r ii veeriienhonderdeenentwintig ter waereld, (4) zyne Moeder wierdt Jola Prellea geheeten.
Chron. Van zynen Vader mec aanzienlyke Ampten , zoo van den Tabbaard als den Degen be-
5 0 3 ^ ' fchonken zyndc, deed zieh Antoni in beiden gelden, des hem uit die verdienften de GuU
( i) Du
( , ) met welken hy alom genoemd w o rd t , a g te r , die als cen teken van e e r , in den >4?8
- Icttcrlykcn zoom van deezen penning, ook gevonden wordt.
. a n t h o i n e g r a n d b a s t a r t d e b o v r g o i g n e .
A N T O N I D E G R O O T E B A S T A A R D VAN B O R G O N J E .
D c tegenzyde , zoo ik my niet bedriege , vertoont ccn werktuig , dat in dc bclegcrdc
Stcden tot verfterking der muuren gemaakt, cn Earbaiam (z) genoemd w ie rd t , vermids ik .
bcvind, dat dees Antoni, i n ’ t trekken voor Oudcnaarde, den voortogt hadt, cn op cen wit-
icten Standaard ( ? ) een geborduurdc Barbaium tot cen Icgcttckcn drocg. ’t Gene ik on-
’■ derftcl zyn Zinnebeeld tc weezcn , dat met de Borgonfche laurierftokkcn, midsgaders'dc
,5 daaruit gevrcevene vonken en vlammen vermeerderd, hier door dit manhaftig, cn op dc
eigcnfchap van den lautier fpcclendc, b yfchrift, verklaard wordt:
N V L N E S I F R O T E .
G E E N E ( V O N K E N ) ' T E N Z Y M E N VRYF T .
1 Hell. 1
!l.?66.,
i>4?9
Z yn oudfte Broeder CorncHs, voor zes jaaren in
(s)Mauri-dcvlies order ( y j gegeeven was.
« Waf. ¿cn Gendfchcn oorlog gcfneuvcld ,
CCS Che-
liet hem den rytcl van Baftaard van Borgonje,
m e c
Weinig tyds naa ’t treffen van den
vreede , volgde het fterven van Jacob
van Gaasbeek Heer van Duur-
fc?l G»ai-ftede, Abkoude, Putten en (4 ) Stryen.
De twee laatftgemelde Heerlyk-
■ heden , zynde Leenlanden van Holland
, fchonk de Borgonfche Hertog
aan zynen Zoon Karel, Graaf van
Charlois. En dewyl de Stad Gorkom
en ,’t Land van Arkel van den
zelven Gaasbeek te leen bezeten waren
, en Jan van Lannoy , als Stadhouder
van Holland deeze beftierde, en
■ nu fterk daar naar dong, zoo zyn die
echter', om dat Lannoy te veel naar de
Hoekfen helde , den zelven Graaf ins-
P gelyks ( 7 ) opgedraagen, die ’er tot
- dat einde , op den vyftienden van
Lentemaand , openlyk gehuldigd
wierdt. Eene heerfchappy die des
te aangenaamer was , wanneer men
I- hem (6 ) aantoonde , dat de naam
van A rk e l, d o o r ’t verzetten eener let-
'■ ter , dien van Karel uitthaakte.
De Stad Duurftede en het Dorp
Abkoude zyn de Utrechtfche Kerke ingelyfd
; vermids Gaasbeek de laatfte
van .dien ftam , hebbende geene wettige
erfvolgeren , die' aan den BilTchop
.Diepholt , van wien hy voor eenige
jaaren gevangen wa s , voor zyne ont-
flaaging , . hadt afgeftaan, om die naa
zynen dood te aanvaarden. Invoege
de Kerkvoogd David thans , in de
voEe vergairinge der Staaten van
het Opper- en Nederftift ( 7 ) te
Utrecht beleid , de zelve in gerufte
bezittinge nam , en de Stiftfchc heerfchappy
op deeze wyze vergrootte.
Weilte nogtans- verfcheidene Vorftendommen
overtrof, en haare gebuuren
zoo ontzaglyk wa s, d a t, als de
nood zulks vereifchte , de Biflchop
veertigduizend ftrydbaare mannen te
velde bragt. Waar van men de getuigenis
vindt in de naagelaatene fchriften
van den toen leevenden Paus , Pius
den (8 ) Tweeden, dien wy veele ge-
fchigtkundige aantekeningen dankwee-
ten. .
Dees was van geringe geboorte, door
zyn verftand en wakkerheid, tot de
hoogfte waardigheden der Kerke by
trappen opgeklommen , en zoo arme-
lyk opgevoed, dat hy nevens de beginfelen
zyner letterkonft (9 ) ook
het boere werk moeft waarneemen.
Maar federt, van zyne Vrienden onderfteund
zynde , deedt de natuurlyke
fchranderheid hem in geleerdheid dermaate
uitmunten , d a t, naa verfcheidene
Staatlyke Perfoonen als Geheim,
fchryver gediend te hebben , hy tot
het zelve Aropt op de Kerklyke ver-
V X gaä-
H S 9
(7) M o o .
nen
Chron.
van Dc-;
venter
pag-jy*
(8) Mneis
Sylvius,
de Statu
Eu rop a
Cap. 36.
(9) Platin*
in V itaPii
II,