uii;
1416 fchen Gtaaf zyne gangen omzigtiger
deed beleggen , om zynen Schoonzoon
veilig in Vrankryk te gelei-
den.
1417 Als eindelyk de zaak geen langer uit-
' ■ ftel leedt, heeft hy dien fchoorvoetende
naar Compienje gebragt, en aan de
aldaar gekoome Koninginne zelve gewei-
gerd hem te vertrouwen. Dierhalven
den Dolfyn by des zelfs Vrouw en haa-
re Moeder laatende, begaf zieh Graaf
Willem vooraf naar Parys , om den
toeftand van het H o f en de gedachten
des Konings van naby te ondertaften.
Dan , wyl zyn Perfoon aan dat Hof
flteln ^ ^ gevaar liep , is hy de dreigende
Chron, gevangenis, met de vlugt naar Com-
c^'p!idt. pienje, ontfnapt; en heeft, vermids
hy den Dolfyn zynen Schoonzoon, door
toegebragt vergif, aldaar reeds zieltoo-
gende vondt , zulks die op den zes-
tienden van Grasmaand, i n ’t jaar veer-
tienhonderdenzeventien, den geeft gaf,
federt daaraf zoodaanige knaaging in ’t
gemoed ontfangen , dat hy naar Henegouwe
gekeerd zynde , in ’t bedde
ftorte , en voelende zyne kwaalen
dagelyks verzwaaren , eindelyk op zyne
nitterfte ftonden, het heftier der
Landen aan zyne Dochter beval , en
haar wederom aan de zorge der Raaden
; van welken de Graaf begeer-
d e , dat zy hunne aanflaande Landsvrouwe
, niemand anders zouden ten
huuwelyk befteeden, dan aan Jan Hertog
van Brabant. Dit dus befteld zynde
, is Willem de Zesde Graaf van
Holland , in den ouderdom van om-
(i) Mci- trent tweenvyftig ( i ) jaaren , op zyn
jeri Ao- Kafteel te ( 3 ) Bouchein , den laatften
iiaidt. van Bloeimaand in het zeventiende jaar
rafo.''*'’ deezer eeuwe , geftorven ; en van
iMef“”’ ‘' ““t Voorouderen te Valen-
Chion. chein begraaven.
Chap.lis. Uit het eindigen van ’s Graaven
leeven, ontftondt de tweedragt der
Hollanderen , en het verderf der
Landen was aan, de zelve verknogt;
wandt, terwyl de Hoekfen treurden
over het verlies van hunnen Befcherm-
heer, zoo verhieven de Kabeljauwfen
daarcntegen het hoofd wederom in den
wind, opgeftookt zynde door de Egmonden
, die vermaagfchapt aan het »4 *^
Huis van Arkel , het zelve ook geweldig
aankleefden , en deswege van
Graaf Willem eertyts verdreeven waa-
ren. Deeze Voorgangers, verzeld van
een faamgeraapten hoop volks , vermeefterden
de Stad (4 ) Yfelftein, hen WChri».
Z - Hot. voormaals van den Graaf ontwronge. de
Doch Walraven Heer van Brederode
en Jan Burggraaf van Montfoort ver- Gap. 3.
zaamelden ftraks eenige manfchap, ^an
die de Graavinne Jacoba genegen waren
, en gefterkt door eene menigte
Utrechtfen, die zy de Stad ten buit beloofden
, floegen het beleg voor de
pas veroverde Veiling , welke eerlang
voor dat geweld bukte , en by verdrag
overging. Invoege zy volgens beloften
,, naadat Vrouw Jacoba alvoorens
in Henegouwe gehuldigd en weder
in Holland verfcheenen wa s, met
haare bewilliginge den Utrechtfen overgelaaten
is ; welken het üerkfte bol-
werk der Hollanderen, aan dien kant,
zonder fammelen tot eenen (5) puinhoop
maakten , en den ploeg ’er door dree- fo l . 'i s j , '
ven.
Met het bluffen van dien brand der
verfchillen, kwam Holland voor een::
wyl in ruft, en hebben alle de Steden
toen , als met opene armen , des
Graaven Dochter tot haare Landsvroii-
we ontfangen en gehuldigd ; maar de
Stad Dordrecht b le e f, naar ’t getuigen
van weinige, doch myns oordeels
echter de geloofbaarfie (6 ) Schry- (O vd-
veren , Mer van uitgezonderd; de- a " L
wyl zulks niet alleen uit de gevolgen,
maar wel inzonderheid uit het ver-''“° ""'’
bond, van Graaf Willem, in ’t voorgaande
jaar met de Edelen en Steden
opgeregt , te befluiten is ; wandt
het was by die van Dordrecht ( 7 ) niet f7)Groot-
getekend , vermids deezen geheel
Kabeljauws , reeds met den Luikfchen Swaten
Kerkvoogd, den Oom van Vrouwe Ja- Tomju.
coba, heulden.
Als de gewoone plechtigheid ook in
Zeeland, enin cen deel van Vriesland,
met het bezweeren der Voorrechten
door de Graavin , en aan deeze
wederom de beloften van gehoorzaamheid
door de Landzaaten , voltrokken
1417 ken wa s , is ’er tegens den eerften dag
" van Oegftmaand eene dagvaart te Bierv
liet, niet verre van Sluis in Vlaandre
, beleid : om over het tweede
huuwelyk der jonge Weduwe Jacoba
te handelen. Deswege de voornaam-
ften van ’s Lands Grooten met de
Graavinne , en die uit Brabant met
de hunnen vergaaderd zynde, befloo-
ten , ten overftaan van den Luikfchen
Biflchop en Philips Zoon des Hertogen
van Borgonje , dat de trouw
tuflchen Jacoba ( i ) en Jan Hertogvan
dp Dinier ßpabant, naar begeerte van den over-
ira°Etib. Iseden Graaf Willem , zoude voltrok-
vfcaii? ken worden ; mids dat de Paus voor-
af ontflaaging der bloedverwandfchap
verleende (wandt zy waren Zufter-en
Breeders Kinderen , die , volgens de
inftellingen der Roomfche Kerke, zonder
dusdaanige ontheffinge, niet wette-
lyk können verzaamen) zoo ’er echter
geen middel was om behoorlyk ver-
lof te verkrygen, als dan zoude het
(1) Chif Xienen iedfir van hen vryftaan ( i ) zieh
ties de pn ¿en egt te verbinden' met die hem
viivöordc o f dien haar zal gevallen.
blned?''' Terwyl men by den Paus om de
i 8?- verzogte ' tek. im- , =■ vryh, eid aanh,ield1tt , en den
^ Bez de zelven, om dat verzoek klem te gee-
. Moriogt. ^ duizend Kroonen
I (5I Eb, (3 ) befchonk , kwam middelerwylen
t ™ ‘ud iie Luikfche Myterdraager , verflin-
insgelyks het Kafteel, ’r gene Graaf 1417
Willem aldaar geftigt hadt, fterk be-
ftormden , ( y ) maar de Graavin door (,) vei-
deezen flag opgewekt bragt ftraks ,
met hulpe van haaren pas aangeftelden van hoii.
Stadhouder Walrave Heer van Brcde-
rode , een geweldig leger op de been,
en voerde hec , door menigte van
fchepen , zelve voor Gorkom ; ’t gene
reeds, door wakkerheid van den jongen
Mencke- ggpft op grooter vcrmoogen , tot in
Gb” . Holland afzakken , en begeerde , als
T ?m I tt^aft in den bloede , tot Voogd der
fol. U13. Graavinne in de Landen erkend en
aangefteld te worden ; dan , dewyl dit
op ’s Lands vergadering te Schoonhove
n t - (4 ) gsheel verworpen wierdt, keerde
hv zieh naar Dordrecht, en is aldaar
(4)G
hOCYC
Chron. zonder •' tegenftreeven - tot . Voogd . .
van'Holl, zyner
fc'-ass- jsügte en des Lands ontfangen.
Sedert dien tyd trok hy het Land
van Voorn ook aan zyne lyn , en zogt
eerlang door geweld, ’t geene hem de
gunft der Landzaaten weigerde ; dierhalven
wierden in ’t algemeen alle Ka-
beljaauwfen , en in ’t byzonder de Eg-
monden en van Arkel, door den glimp
van groote vergeldingen , aangedree-
ven , en tot zoo verre opgeruid , dat
zy de Stad Gorkom ovcrweldigden,
van Arkel, mec Gelderfen en Luik-
•fen gevuld was. Onaangezien deezen zieh
dapper verweerden, zoo heefc dit echter
Brederode niet verhinderd van de belegerden
allengs meerder te benaau-
wen, zulks hy eindelyk op den eerften
van Wintermaand , (6 ) door een g e - (6) Snoi
floopt ftuk muurs, zoo hevig met de S 'f jö ’
zynen, onderfteund door menigte van
Stiftfen, op de Stedelingen aanviel, dat
van A r k e l, nevens omtrent duizend
zyner aanhangeren , verflaagen , en Jan
van Egmond mec geen minder getal
Volks gevangen zynde, de Stad dus
wederom onder de gehoorzaamheid der
Graavinne gebragt wierdt.
Het zoec der vreugde van deeze
overwinninge was nogtans gemengd
met het bitter der droef held , door het
verlies van den Heer van Brederode ,
die ’er met eenige Hollanderen fneuvel-
d e , en niet weinig van de Hoekfen
betreurd wierdt, maar inzonderheid van
de Landsvrouwe Jacoba. W elke eenigen
der gevangene muitelingen met den
dood ( 7 ) ftrafte, en eindelyk, naadat
zy hec beftand met de Vriezen voor Chr^n.
een jaar ( 8 ) verlengd hadc, van haa- SaV.'si.
ren ondertrouwden Man vcrflondt, dat (81 Scho-
. . . . , , , , taJuisHid-.
de Pauslyke ’ brief, mhoudende hec vanVnesi,
verzogte verlof van trouwen, door Marr
tyn den Vyfden op den tweeentwin-
tigften van Wintermaand ( 9 ) getekend,
hem in den aanvang van het jaar was tces de
Brab. te ter hand gekoomen. Met deezen on-
derleid zynde is de Hertog en zyn ge-
volg in Holland ontfangen, en het huu-fe.gctek.
welyk, op hoope van onderftand tegen
de Kabeljauwfen, des te fterker by de ■
Raaden en Moeder der Gravinne aan-
gedreeven; niettegenftaande de Vorftin,
als zynde fterk van geeft en lighaam,
zichrechtfchaapenerMan(io) dan deezen
E X onno- ßttiec