Steekfpeì u it, en fchiet de» papegaai. i f o .b
— Philips van Ooßenryk wordt aldaar , noch
geen zes Jaaren oud zynde met zegepraal ingehaald.
1 7 1 .b
penningplaat op die Inhaalinge. 171.
I Maximiliaan koomt in die Stad , en wordt
aldaar van den Brabantfchen Kancelier uit den
naam dier Stad ontfangen. 177-a
, Keizer Frederik wordt aldaar met ongemeene
vreugde en pracht ontfangen. 1 87. a
gefchenk van vierduizend guldens aldaar
aan Maximiliaan gegeeven, en verzekering aan
de Stad gedaan van vry de Koopmanfchappen
1er markt te brengen. ip i .a
—— de Overheid aldaar ftelt een vaften prys op ’ t
geld, V gene door de ongemeene fchaarsheid
. byfter hoog gereezen was. ip i .b
— Maximiliaan koomt met een goet getal krygsknegten
en ontwondene Vaandelen enz. in de
Stad , waar door de Stedelingen vergrämt^
den , en den Roomfehkon _ '
pen. ip i .b
— de neering verUopt aldaar
— heid der Ooftenrykfche Krygsknegten , en gaat
allengs naar Antwerpe over. 191.6
— in gevaar van door Maximiliaan n.
vermeefterd te worden, ip j .a .b
— — in gevaar van door toedoen van de
kers, door twee Mooren aan vier boeken in brand
. geftooken te worden. 194.8
----- de ruft wordt aldaar voor eerft herfteld , de
, Vreedè met Maximiliaan f f . ,
gekondigt, voorwaarden van dezelve, en ontftaa-
ging van Maximiliaan. 200.a .b .10 1 .a.b. 202.a
legpenning daar op. 202.
— Kinderfpel aldaar met ftokken en fweepen,
en bloedige partyfchappen tuffchen de zelve voor
■ den Roomfhkoning en de vryheid. 2 i8.a. 6
— groote beroerte aldaar onder 't gemeene volk
wegens 't niet wederkeeren van drie gevangene
. Krygshoofden , voor wien 't losgeld uit de beurfe
der Stad betaald was. 220.6
— groote vreugde aldaar over V treffen des
, Vreedes tuffchen Maximiliaan met Karel den
V i a en de Vlaamingen. 223.6
— — en Gend weigeren meer als het halve deel
■ gemeene munten in de afzetting van het
geld doorMaximtliaante willen verliezen. 226.
a. 6
— De 'regeering aldaar door den Graaf van
Nasfou veranderd. 247.3,
— - in gevaar om door de kwaalykbetaalde Duitfche
foldaaten overrompeld en afgeloopen te worden.
247.6
van Brugge
ontzeit, 52.6
Hertog van Orleans
, die den toorn van den Hertog van Borgonje
bevreedigt. 57,6
— vallen den Hertog van Borgonje te voet,
en fmeeken hem om vergiffenis. 57. b
— — haalen die twee Hertogen met ongemeene
prägt hinnen haare ftad, en bedryven over die
verzoening groote vrolykheden. 77.6 78. a
•----- meer op vermaaklykheden dan verweering gefleepen.
137.6
■■ treeden met Maximiliaan wegens den Vreede
in onderhandeling. 176. 6
— ßuiten den Vreede met de afgezanten van Max'tmiliaan,
envoorwaardenvanden zehen. 176.6
Willen Maximiliaan zynen eifch niet toeftaan,
van geen oorlog hooren, de Stadspoorten zelve
bewaaren , en de vreemde Krygsknegten doen
vertrekken. 192.3.6
handelen met die van Gend, om het Land
voor verder verderf te bewaaren. 192.6
ftellen Maximiliaan de Wet, die haar Stad
met geweld poogt te vermeefteren , V gene zy
verhinderen, en hem in bewaaring houden. 195.
. a.b 194. a
----- ontfangenvan Gend, een groote Lyft-van Ooftenryksgezinde
Heeren , om zich van de zelven
te verzeekeren. 194.6
weigeren de Gezanten va» Gend met tweeduizend
gewapende mannen in te laaten. 194-6
— worden daar over van den Roornjchkoning
van Banier tot Banier , en van Standaard tot
Standaard op de Markt bedankt. 194.6
koomenmet deGezanien V'in Gend overeen,
en zetten de hoofden van ieder in de Gendfche
lyft vervaite Heeren op prys. ip f-a
beftuiten den Roomfchkoning met zyne Raaden
in verzekering le neemen. 19 5. a
wyzen Maximiliaan zyn verblyf aan, op
Kraanenburg. 19 7.a
neemen de Heeren, die met Maximiliaan op
de Markt koomen gevangen. 197.a
veränderen de Regeering op den naam van
hunnen wettigen Heer Philips. 195.6
—— roepen de Stedelingen, die uit vreeze voor
den Roomfchkoning uit de Stad geweeken waaren
, te rugge. 195.6
loopen naar 't Hof, en haalen al het 0
gereedjchap enz. daar van daan. 195.6
loopen naar den Burg, flaan de poort van de
Loove open, haalen de gevangenen van Staat van
daar , mitsgaders den pynbank, fleepenze naar
V Schavot op de Markt, en pynigenze aldaar.
ipö.a . , .
deGevangenen wordenvanBrugge naar Gend
\en den Roomfchkoning van wooning veran-
, naar het huis van Jan de Gros, by de
_ >rugge. 196.6
ftaan hem zyn verzoek toe , van eenige
perfoonen , veilige befcherming zyns perzoons,
en van niet naar Gend vervoerd te worden.
196.6
herneemen bet Kafteel van Middelburg in
Vlaandre. 196 b ‘
— doen de enkele en dubbele ftuivers, voorheen
ep den naam van den jongen Graaf Philips ge-
n,unt, onder het volk ftrooijen. 196.6
— doen voor de Gemagtigden der drie Leden van
Vlaandre hunne ftadsrekei ■ ' ■
vinden dat de Stad door
veel is ten agteren gegaan. 197.3.6
ontfangen een brief van verfcheidene Virften
des Duitfchen Ryks, waar in zy vei maand worden
denRoomfchkoning geen hed te doen, en leezen
dien in V openbaar. 197.3
vatten de Oofienryksgezinden en gunftelingen
van Maximiliaan pymgen dezelven in eenen
oploop, en brengenze opentlyk ter dood. 197.3.6
198.a b
—— gevaar dier Stad, om door de Ooftenryksgezinde
» in brandgefiooken en vermelt te worden.
ipS.a
— dt
; de Herauf des Franfchen Konings roepfaldaar
den Vreede Ult. 198. a
— — Keizer Fredrik aldaar met tagtigduizend
kroonen uit de beurze der Stad befchonken. 198.6
— de toevoer naar Brugge wordt verhindert,
waar door naauwer bepaaling op de eetwaaren
gefteld wordt. 198.6
— het gebied en de oude vryheid dier Stad,
aldaar herfteld. 199. a
— raaken op nieuw , door de - overkoomft van
het Duitfche Leger onder Keizer Frederik, met
Maximiliaan overhoop. 203.3.6
— krygen onderftand van de Franfen , en flaan
eenige Keizerfen , hen den buit omtrent Brugge
bemagtigd , ontjaagende. 205.6
— dekken de Stad Damme tegen den toeleg der
Keizerfen. 205.6
— ftellen zich in ftaat van tegenweer, zoeken
zieh van Sluis te verzekeren , maar worden aldaar
afgeweezen. 204.6 207.3
— zoeken vergeefs het Vlaamfch Middelburg
magtig te worden. 207.6
— veroveren het Kafteel Kokfie,maar zich aan
den buit vergaapende, worden door de Keizergeflaagen.
205.6
doen aan Albert, Hertog 'van Sakfen , den
geeifchte» voetval door Maximiliaan 214. a
■....... ontfangen van Philips van Kleef, Joris
Pykavet voor hun Krygshoofd. 227,3
— — raaken in groot gebrek en nood. 228.3 t ip .
b 230.3
r krygen eenige manfchap en verkwikkinge
van Sluis. 228. a
V zenden een gezandfchap aan den Graave van
Naßou , maar worden nors hejegend. 229,6
> neemen een vertwyfeld opzet, om zieh tot
den dood toe te verweeren. 229.6
— - worden bynaa in een dikken mift overrompeld.
230.3
trekken uit naar Sluis om hooren, en worden
in de terugkoomft door den Graaf van Naffou o-
vervallen, en geflaagen. 230.6
— doen de nieuwaangefteläe Hoplieden belooven
den Vreede te zullen bewerken} zenden daar
over aan den Graaf van Naffou , en verkrygen
eindelyk den Vreede onder zeekere voorwaarden.
231.3.6
— . — uitgelaatene vreugde te Brugge daarover.
231.6
■■ door die van Sluis en Gend benaauwd, zoeken
te vergeefs een gewenften Vreede. 137. n
worden door de eene en andere bevelhebber,
een maandhefolding voor de krygsknechten afge-
perfl. 244. b
. gaan een verdrag in van hoofdgeld te betaalen
, met den Hettog van Sakfen , zoo dra de
doortogt te Sluis vry zoude zyn. 244.6
— — dat hoofdgeld voor V volbrengen dier belofte
geeifcht zynde, weigeren zy het op te brengen.
244.6
-— ftaan op nieuwe invordering, de helft van
dat hoofdgeld toe. 245.6
—— door den Graave van Naffou geld tot het be-'
taalen der Soldaaten afgeperft. 247.3
— groote vreugde aldaar over het overgaan van
Sluis. 2 7 1 .a
— doen een aandagtigen omgang ter behoudene
aankoomfte van haare aanftaande Landsvrouwe,
de Bruid van PhiUps. 280.6
— ^ verkrygen den prys van V fchoonfte inkoomen
ie Gend op de vergaaring van S', jorisbroeder*
fchap. 301.6
Brugfche Koopvaarders , door Philips van
Kleef aan den band geleit, en hoe geloft. 226.6.
227.a
Bruflel. De Rekenkamer van Brusfel, wordt naar
Mechele van Karel den Stouten overeebraet.
1 2 0 .3 . 6
——- de wyze van Rekenen met Legpenningen wordt
aldaar van Antoni, Hertog van Brabant, over
gebragt. 120.
— krygt door Forftin Maria haar Rekenkamer
weder. 147.
----- Francifcus, tweede zoon van Maximiliaan
en Maria , wordt aldaar gebooren, en fterft
naauwlyks vier maanden oud zynde. 1 79.3
Keizer Frederik wordt aldaar met ongemteve
vreugde ontfangen. 187. a
de Rekenkamers van Brabant en Limburg in
een lighaam ie Brusfel geveftigd. 199.
— door Philips van Kleef overreed, om tot de
Vlaamjngen overtegaan. 209.6
— de aanhangers van Philips van Kleef worden
aldaar overvallen, gevangen en gedood.
z io .a
wordt door Philips van Kleef behouden, die
Maximiliaan met de zynen op de vlugt ßaat.
210. a
door Philips van Kleef gefpyzigt. 220. a
•----- belooft, om onder den naam dos Roomfch-
Konings gedekt te zyn, meer gelds aan den Herlog
vanSakfen,ats vermag op te brengen. 222.6
—— - geeft vierduizendrynsguldens aanPhilipsvan
Kleef, voor dat hy de Stad in den uitterften nood
gefpyzigt had. 222.6
----- de Bruiloft van Philips van Ooftenryk en
zyner Gemaalinne Johanna, wordt aldaar met
Koninglyken toeftel gehouden. 2 8 1 .a.b
— — Prächtige intreede aldaar, van Philips van
Ooflenryk, benevens zyne Gemaalinne Johanna,
(tflegging van den eed en huldiging. 290. b
— — Philips wordt aldaar voor het Land vanden
Vryen gehuldigd. 291. a
—— Keizer Maximiliaan beroept aldaar de voof-
Nederlandfche Steden , en krygt,
onder voorwendzel van don Gelderfchen oorlog
veel gelds vanhaar. 406.6
Bullen enz. van den Paus, worden in Vlaandre
hy Plakkaate van Philips van Ooflenryk niet ge-
hoorzaamd , da» op fcbriftelyk bevel van den
Landsheer. 291.3
Buren door Maximiliaan tot een Graaffchap verheven.
243.3
■ — door HertogKarel van Gelder bemagiigt, die
het Kafteel tot een puinhoop maakt. 2^4. a
Buren (Frederik, Graafvan) gaat eene wapen-
fchor fing aan met HertogKarelvanGeJder. 260, a
Buren (Willem van) fchiet den Heer van Langt-
rak dood. 82.3
wordt in 's Graavenhaage onthoofd. 82.6
Burg met drie ioorens , wapen va» Antwerpen ,
en waarom. 97.
^\ixg‘gmvenenSlotvoogdenverfchillenweinig. 167.
Burgo ( Andries van) Afgevaardigde des Keizers
naar Engeland, ter ondertrouw van Prins Karel
met Maria. 409.6
Keizerlyke Gezant by Lodewyk den XII.
G g g g g g 1
'fo l I