' I ' 51 1481
den Lanslieer zoo vreemd in de
■'ooren, dat hy den Stadhouder Lalein
uitdrukkelyk - bevel gaf , ora deeze
geweldenaaryen met magt te keer te
gaan , cn opdat zyne orde beteren
klem mogt hebben , zondt hy hem
aanilonds Jan van Ranil , Margraaf
van Antwerpe, met eene goede meenigte
:i " - '•— ■
' im'■ i*. 1 '
K V hi
( 1 ) Bever-
•wykBe-
fchryving
van Dordrecht
pag. 319.
(a)Chron.
van Holl.
de XXXI.
Divifie
Cap. 31.
gewapende , Knegten , agternaa.
Waardoor de bitterheid in ’t befpringen
en verweeren , ten kofte veeler
huizen en hoven , tot verderf des
Lands herbooren wierdt. Het ftoute
beftaan der Hoekfen prikkelde eerlang
de uit Dordrecht verdreeve-
ne Kabeljauwfen dermaate aan, dat
zy door het beleid van Jan van
Egmond, Slotvoogd van Gorkom , en
des zelfs fchranderen vond van twee
met rys overdekte fchepen in den
buik gevuld met Krygsknegten, op
den zesden van ( i J Grasmaand, de
Stad Dordrecht overweldigden , en
niet zonder bloedftortinge de Hoekfen
vingen of verjoegen.
Onder het rydcn van dien binnen-
lahdfchen kryg , en het belegeren
van L e yd e , dat van weinig duurs
was , kwam de Aardshertog Maximiliaan
zelf met groot gevolg des
Adels naar Holland afzakken , ’t gene
de Hoekfen , die Leyde nog in
bezittinge hadden , zoo benaauwd
maakte , dat zy een en andermaal
door Gemagtigden by den Landsheer
ora vergifnis aanhielden ; doch als
die beede niet naar genoegen uitviel ,
is Reijer van Broekhuize met zynen
aanhang heimelyk naar Montfoort
vertrokken , binnen wellce Veiling
hy eene wyl van den Aardshertog ,
met zoo weinig gevolgs, beflooten
wierdt , dat dees, in korten tyd terugge
gekeerd zynde , nog op den
zeventienden van Grasmaand met die
van Leyde , door bemiddeling van
vyftigduizend ( z ) guldens , verzoen-
de.
De zaaken dus in Holland bezorgd
zynde ', vertrok Maximiliaan naar
’s Hertogenbos , om op den toeleg
der Gelderfen bet te können paiTen, ,
enhcn, ware het moogelyk, weder on- X481
der zyne gehoorzaamheid tc brengen; " '
doch , aleer hy verder ging , bshaag-
de k hem zieh aldaar te doen huldigen
; zulks men tot dit einde eene
verhcevc ftellaadie opgeregt, en prächtig
toegetakeld hadt , op welke
naauwlyks de belofte van trouwe van
den Landsheer en zyne Gemaalinne
gegeeven,, en by deezen die van
gehoorzaamheid der Stedelingen wederom
ontfangen . ( 3 ) was , o f het {3) Dij
houte tooneel zeeg met al den laft, en
met zoodaanigen gelukkigen val ter
aarde , dat zieh byna niemand ver- foi!«i
zeerd hadt, rot weezenlyke vreugd
der Gemeente , welke ook geen ge- -
ring vermaak fchiep in de plechtigheden
van de hoofdvergaaringe der
Guldevlies Ordere , die Maximiliaan
aldaar, op het laatfte van Bloeimaand,
inftelde , en naar de gewoone wyze
volbragt. Wanneer men voor de Af*
geftorvenen nieuwe Leden aanftelde ,
en dät ’s, Hertogen Zoontje Pliilips,
daar tegenwoordig , fchoon nog
geen drie jaaren oud , mede onder
de zelven verkoozen (4 ) wierdt , en WChm
door den Heer van Raveftein den .viaandr,
vereifchten Ridderiyken flag met het
zwaard zoude ontfangen , zoo greep
het Kind ilraks naar zyn degentje ,
en ftelde zieh vaardig te verweeren;
door wellt teken van kloekmoedigheid
, hem met meerder blydfchap
de goude Keten wierdt om den
hals gehangen.
Geduurende het voltrekken van deezen
handel , hadt Maximiliaan gelegenheid
om zyne krygsbenden in ftaat te
brengen , met welken hy de Gelderfen
dacht op ’t lyf te vallen; wandt
fchoon van deezen verfcheidene voorflagen
van den Vreede , in dit als
i n ’t voorgaande jaar ontworpen, maar
niet beftendig gemaakt wa ren, zoo,
hieldt men ondertuflchen den oorlog
fleepende , die thans met meer ge-
weids weder oprees ; wyl Maximiliaan
de Stad Bommel ( y ) meende tc
veri-aflen. Doch als die togt misluk- Geideri
te , en in de Bommelerwaard
vor-
1 1481
.¿'?(i;Chron.
''fvbandr.
liWSS. fol
hiSweer.
tii. Monument.
Sepulcral.
Brab. pag.
290.
verwoefting , midsgaders in Geldcr-
land dc algemeene fchrik geftigt was,
zoo zyn eenige Gemagtigden van die
van Nimmegen , welken de bui van
’s Vorften gramfchap zogten te maa-
tigen , naar ’s Hertogenbos gezonden
, cn booden den Aardshertog
aan , hem , op billyke voorwaarde
, voor Landsheer te zullen erkennen.
Decs fpoeide zieh , op die
tyding , met zyne Gemaalinne aan-
iionds derwaart, cn zy beiden wierden
tc Nimmegen met ongemeene
vreugde voor alle dc Steden Van ’c
Hertogdom Gelder gehuldigd j bc-
halven voor Venlo , welke Stad ,
eerft weinige dagen laater, met geweld
tot het volbrengen van ’s Vorften
begeerte gedwongen wierdt. Maar
de Landzaaten van Zutfeen deeden
den eed van getrouwigheid aan Adolf
van Nalfouw , die tot Stadhouder
over geheel Gelderland gefteld
was.
Majdmiliaan de Gelderfen dus ,
zonder veel bloeds te plengen , bc-
teiigeld hebbende , nam zynen aftogt
over Utrecht , door Holland, naar
Bruflel ; alwaar zyne Egtgenoote
Maria op den tienden van ( i ) Herfftmaand
in het kraambedde viel , en
eenen Zoon ter waereld bragt ,
diq , ten overftaan der PrinfefTe van
Oranje , van den Biflchop van Doornik
en den Hertog van Bretanje gedoopt
, en de naam van Franciscus,
naar den voorfchreeven Hertog , gegeeven
wierdt ; doch in den tederen
ouderdom van -omtrent vjcr maanden
is hy uit dit leeven ( z ) w^eggenoo-
men , en zyn lighaam in de Kerk
van S'. Goedele te BruiTel begraaven
geworden. Weinige dagen naa deeze
geboorte , kwam de Aardshertog
wederom . in Holland , vermids ’er
eene algemeene dagvaart in ’s Graa-
venhaage beleid w^as , om den aanftaanden
oorlog tegen de Stiftien te
beraamen , en Biffchop David , die
een geruimen tyd buiten Utrecht
geflooten b le e f, door het middel
der wapenen , weder binnen de
gewoone Zetelftad te brengen.
^59
Zòo draa, de zaaken geregcld , -eri
die van het Stift ontzeid waren, bragt '
de Utrechfche Myterdraager insgelyks
een goeden hoop Volks tc velde,
met VYelkcn , door branden cn blaakeren
, de vj'andlykheid haar begin
nam , die het cerile de Amcrfoor-
ders met een harden fmak trof , welke
hen honderd dooden ( 3 ) en
tweehonderd gevangenen kwam te
koften. D i t , door de Biffchoplyken
verrigt zynde , dreef de Hollanders
met zooveel yvers aah , dat men
uit alle Stcden een zeker getal Poor-
teren by lotlng derwaart deedt trekken
, en by de Zeeuwen fterk aandrong
j om die mede aan het fnoef
te krygen ; maar deezen floegen
dien handel glad af , wyl zy bemerkten
, dat ’er vry groote haat en
partyfchap onder (4 ) fpeelde ; vermids
de Stadhouder Lalein naauwlyks
tot binnen Gouda met zyn
Volk gekoomen was , of hy hadt
de Hoekfche Regeerders af en de
Kabdjauwfche in hunne plaats wederom
aangefteld. Als eindelyk do meenigte
der . HoUandfche benden tot
omtrent agtduizend koppen vergroot,
en de Eems van de Weftvriczen te
water geftopt was , floeg het Leger
zieh neder by het Blokhuis, dat de
Utrechtfen op de vaart gebouwd
hadden ; en dewyl men eene geweldige
meenigte van Krygstuig uit
Brabant bra gt, en naar dien kant
meélleepte-, zoo zyn die van U-
trecht , dit verneemende , met Bürgeren
en Knegten hierop afgekoomen
, en hebben het HoUandfche
Leger dermaate aangegreepen , dat het
zelve ftraks aan ’t ( ? ) deinzen , en
eerlang zoo fchandig verftrooid raakte
, dat de Banieren van Dordrecht
, Delft , Rotterdam en Heus-
de , midsgaders alle voorbereidfelen
tot het beleg , veele dooden
en gevangenen in den loop bleel
ven.
De Stiftfen , door dit toelachgende
geluk aangeblaazen , vervolgden den
verkreegen voorfpoed nog met het
verraffen van Naarde , dat zy uit-
R r 1 plonts)
Snoi Rci. B>2
tav. fol.
17*.
(4) Gout-
hoeven
Chron.
van HoU.
fol. 516.
C>) Heda
Hift.Epifc.
T r a je ó .
fol. 196.
]H;e
I l Y , 0