A : F üii';
liiI'ii
Il ly 11 : I.
T'II
I 'iiiii n
I!] ■- lii;
1468 nifltn met Engeliind , thans
dat dc Hertog van Borgonje hem
manfchap deedt voor de Landen die
(OChron. hy V an 2vn Ryk te leen ( i ) beiat ,
en itvionderheid voor Vlaandre ; maar
kleine vertrouwen en de onder-
, ver-
Vlaapd.
MSS. fol.
( i ) Corps
Diplomat,
par du
Mont.
T om . III.
Part. I.
fol. 392.
linge haat die dagelyks aanwies
hinderden het voltrekken, en ’t deedt
den Borgonjer op zyne hoede zyn.
Vermids de K o nm g te g en de fchriftlyke
beloften , zynen Broeder het
Hertogdom van Normandie weder
ontwrongen hadt, en den Hertog van
Bretanje in des zelfs Land vyandlyk
aantailte, fchoon zy beiden in verbond
ftonden met den Borgonfchen Hertog.
By welken de Brctanjer tegenwoordig
om hulp aanhielt ; doch als de zelve
niet t^dig genoeg overkwam, floot hy
met den Koning en des zelfs Broeder
een (2.) verdrag , buiten’ kennis der
andere Bondgenooten , en zelf van
den Borgonjer. Dees onbewufl van
dien tr e k , begaf zieh onderwylen naar
Perorine, om aldaar beter dan elders
zieh toe de verzaameling zyns legers
te bevlytigen.
^ De Koning , om op de beweeging
des Hertogen naauwe acht te flaan ,
lag met eenige benden te Compienje ,
en bedugt voor de naakende oorlogs-
buijen, ftelde doorzyne Afgezanten
aan dien kant alle middelen te werk
om die drift te iluiten ; gelyk hy aan
de andere zyde de Luikfen aandreef,
om by deeze gelegenheid, hunne ver-
drukte vryheid weder te herftellen.
Onderwylen kreeg de Hertog van Borgonje
kennis van den Bretanjer dat
de Koning dien tot een verdrag geperft
hadt ; waardoor decs in de uitterfte
verwondering verviel , om dat deeze
toeruftingen geen ander oogwit hadden
dan tot onderftand van ’t Bondgenootfchap
; te meer, wyl de Koning'
van Engeland in deezen handel
zooveel deels nam , dat ’er bereids
eenige fcheepen (3 ) met tamelyke
magt van Krygsvolk , tot byftand van
den Bretanjer vervaardigd waaren.
I n ’t midden van deeze dryvende
onluften , die den Borgonjer geweldig
(3) R. Tho y ias
Hift.
d'Angl.
T om . IV .
pag.234.
benarden , klampte de Koning van
Vrankryk hem aanboord , en liet nevens
den aandrang van goede reden,
den glans van voordeel hem in ’c oog
ilikkeren , beloovende voor de kofte
der aangevange wapenruftinge honderd-
en twintigduizend goude Schilden , en
van deezen de helft terftond te betaalen.
Welke aanbieding gevoegd by het gerügt
, ’t geene ’er van den opftand der
Luikfen overwoei , bragt zooveel te
weege, dat de Hertog her oor daaraan
leende, en o p ’t aanhoudcn van den Koning
, eene onderlinge byeenkoomft,
doch fchoorvoetende, toeilont. Naa
verzeekering van veilig te mögen gaan
en keeren , kwam de Koning Lodewyk
, van weinigen ( 4 ) gevolgd ,
zelf te Peronne , alwaar hy met eerbied
en vriendiykheid ontfangen wierdt;
doch, wyl Hertog Karel zyne benden ,
in dien ftand der zaaken , uit Borgonje
derwaart geroepen hadc , en
onder de zelven zieh verfcheidene
Edellieden bevonden, die eertyds van
den Koning, om des zelfs kwaade behandeling
, gevlngt waaren , en nu
te gelyk met hem binnen raakten, 200
fproot hieruit gccn geringe agterdocht;'
welke ten.deele door de beloften
van verzekermge voor zynen Perfoon
door den Borgonjer verdreeven wierden.
Maar als dees , om den opftand
der Luikfen uit den Weg te ruimen,
onderwylen hunne Biflchop Borbon
met den Heer van Himbercourt Stadhouder
dier Landftreeke , derwaart
gezonden hebbende, nu tyding k re e g ,
dat de zelve in de Stad Tongeren.
overvallen , nevens hun gevolg gevangen
naar Luik ( y ) vervoerd , en verfcheidene
Mannen van aanzien , des
Biffchops trouwfte Raaden, onder den
weg gcdood waaren ; ja , toen ’er
fommigen der vlugtelingen nog mec
verzekeringe by voegden , dat zy alien
omgekoomen , en dat zelfs ’s Konings
Afgezanten onder dien hoop gezien
waaren , ontftak de Borgonjer
met zoodaanige agterdocht,dat,meenende
verraaden te zyn , onmiddelyke de
poorten der Stad geflooten , midsgaders
1468 1468
Linoir- ae
Ccmines
‘ Liv, II.
Chap. IX.
(4) Hid:
dc Louis I.
XI. par I
Mattliieu
pag. 179.
Corps
Tom. III.
iatt, I.
fol. 394-
f f “
Fland.
fol. 34Ö.
(S) Memoir.
de I
Comines [
Lib. II. ;
ders liet Kafteel daar de Koning xyn
verblyf hieldt naauw bexet wierdt : en
byaldien de gramfchap des Hertogen,
toen door bexadigdcn raad niet waar ver-
• l a g t geworden , deeze onderneeming
zoude geweldig dier geftaan hebben aan
den onbedachten Koning Lodewyk.
Dees maakte xich , ftaande die on-
ftcltenis , door goede beloften , en
de uitdecling ( i ) van vyftienduizend
Schilden onder de Raaden des Hertogen
, eenige vrienden , waardoor hy
in die zwecvcnde bekommeringen , cn
in ’t beraamen der oorbaarfte middelen
, ook verfchillende gedachten verwekte
, die eindelyk tot een vaft be-
iluit gebragt wierden ; ’t welke hierop
uitliep ; dat de Koning. alle verbin-
teniflen , die de Hertog van Borgonje
voorheen geflooten hadt, erkende van
waarde te ( x ) xyij , en welinzonder-
heid die met Eduard den Vierden
Koning van Engeland was aangegaan,
insgelyks beloofde hy den voorgaanden
vreede texullen onderhouden, en zynen
Broeder , voor het afhandiggemaakte
Normandie , de Landfchappen van
Champanje en Brie te zullen geeven ;
hierenboven nog , in gezelfchap van
den Borgonjer tegen de Luilden op
te trekken , om dien Landaard te
ftraffen , cn wraak te pleegen over
des zelfs bedryf ; ook ontfloeg hy de
vier Leden van ( 3 ) Vlaandre , nevens
de Steden Ryffel, Douay en Orcliiers,
dat der zelver Ingezeetenen voortaan
niet meer beroeplyk zouden zyn voor
het Gerechtshof van Parys, maar in
hunne Landen zouden te recht ftaan.
Op deeze wyze , de voornaamfte pun-
ten van dien handel getroffen zynde,
wierdt de voorwaarde des vreedes, te
Peronne, op den veertienden van
Wynmaand in het agtenzcftigfte jaar
deezer eeuwe , getekend en heiliglyk
bezwooren , ftraks ook den Bondgenooten
in Bretanje toegezonden.
Naauwlyks hadt men het gemelde
verbond uitgeroepen , en de Hertog
aan den Koning manfchap beloofd voor
het Hertogdom van Borgonje en de
Graaffchappen van Vlaandre en Artois,
o f de optogt tegen de (4 ) Luikfen >488
volgde , en Koning Lodewyk , met (4) mc-
weinigen der zynen , verzelde de Bor- cLm s
gonfche benden , tot verderf zyner n.
eigene Bondgenooten , die door hem
in dezcn oorlog gewikkeld waaren.
Niettegenftaande de innerlyke wrok
den Koning knaagde , echter gaf hy
uitterlyke tekenen wel gemoed te z y n ,
en naderdc dus omtrent de Stad Luik,
met de ganfche Borgonfche krygsinagt,
die in twee deelen gefcheiden w ie rd t;
waaraf de Hecr van ' Hinbercourt
Marfchalk van Borgonje en Stadhouder
des Lands van Luik , die uit de
gevangeniffe ontfnapt wa s, het gebied
ovcr den ecncn hoop voerde, met
welke dees meende in de Stad te trekken,
dewyl men de poorten en muuren
voorheen hadt afgeworpen. Maar dit
Legerhoofd , wierdt in zyn opzet,
door de onverwagte uitvallen , geftuit,
welken voortkwamen uit het aandryven
van den Pauilyken ' Afgezant ,
derwaart gezonden dm den twift tuffchen
den Biffchop en de Stedelingen
naar te fpooren ( 5 ) en te verdryven,
in ’t tegendeel den zelven meerder ont- Bi.ndk
vonkte , met het volk te raaden de
wapens op te vatten , om längs dien
weg den ^ Biffchoplyken zetel zelf te
beklimmen.
Wanneer dees muitmaaker gevangen
, en de uitgevalle menigte Stede-
waart gedreeven w a s ; zyn de Borgonfen
in den avond tot aan de voor-
ftad genaaderd; en vermids de Luikfen
de aangeboode voorwaarde verwierpen,
zyn zy des nagts onverhoeds be-
fprongen, en 2 0 0 fterk geprangd geworden
, dat ’er wel agthonderd koppen
kleefden en omtrent tweeduizend
vcrliepen, Middelerwylen door den
Hertog van Borgonje , met het lighaam
des heirs , onderfteund zynde,
hebben zy de Voorftad ingenomen,
en vermids de Hertog aldaar nevens
den Koning zyn verblyf nam , en ieder
een gemeen huis daartoe verkoozen
hadt , heeft men de toegangen
naar gelegenheid der zaaken , eeniger
maate verfterkt. Doch niet
C C X ZOO
, li