moorden en branden , in het bloed
en onder de afch te zullen fmooren.
, 1 •
Nademaal ¿ees rydende oorlog bit-
t e r , wreed en verderflyk aan de overwinnaaren
en overwonnelingen was,
zoo heeft dit eenen iegelyk der Ingezetenen
duidelyk doen gevoelen, dat
de gerechtigheid , waarheid en trouwe
, door het geweld en de vals- 148!
held verdreeven waren. Invoege de '
meSdoogenswaardige ftaat der gemeene
zaaken oorzaak verleende, dien fmert-
lyken toeftand op d.eze drie penningen
, die ik vertrouwe , dat geduurende
deeze beroerte gemaakt
zyn , zeer kiachig uit te drukken.
a / d d 'n , e„ nevcn. haar fta« eene Fontein , moogelyk op den oorlog, i e de bron rs daar
t r r ? r r s r r ’x j Ä , r r r
rymdc regels begreepen zyn ■,
I V S T I C I A I S G E S L A a G e n D O o d ,
V E R I T a s L e i t I n G r o o t e n N o o d ,
F A L A C i A i s G E B O oR E n ,
F I D E S H E e F T D E n S T R I i T V E r L O r e n .
D E G E R E C H T I G H E I D I S G E S L A A G E N D O O D ,
D E W A A R H E I D L E I T I N G R O O T E N N O O D ,
D E F A L S H E I D I S G E B O O R E N ,
D E T R O UWE H E E F T D E N S T R TD V E R L O O R E N .
I I . D c tweede penning , wiens letterlyke zin gelyk is aan den voorgaanden , heelt
op de voorzyde eene bloemplant , cn op dc rugzyde eene naakte Vrouw , met eene
bloem in de regter hand , waar door de hoope , als de voo.bode der aanftaande vrugt,
woidt te kennen gegeeven. En dewyl dit verlangen niet anders dan door de eeudrag
der ftrydende partyen voldaan konde worden , zoo draagt zy tot dat einde rn de fluiket
hand de cenllemmige harp. Dus ging het den Landzaaten tocn met den oorlog , als teer-
tyds met den doos van Pandora gelegen w a s , die geopend zynde alcrljm loorten v n
r L p c u cn ongemakken onder de menfchen vetfpreidde , en alleenlyk de Hoope , well«
op den grond zat , overhieldt. j j ^
gg I I I . Het voorftuk van den derden is in alle deelen gelyk aan dat van den eerften pen-
ning ; doch de tegenzyde verfchilt niet alleen in de letteren, maar ook in de bccldniilc;
wandt de omtrek des doods , die hier ten halven lyve gevonden wordt , hccft de regter
hand opgeheven , als dreigende met drie fcherpe pylen , die , myns oordeels den
hongersnood , oorlog cn de peft betekenen , welken van God eertyds tot ilraf aan den
(j)ChrO' Koning David ( i ) voorgefteld waren. En. vermids deeze plaagen de menfchen ten grave
[/xXI. ficepcn, zoo heeft men dat fchriklyk einde door de doodkift , die onder den flinker arm
' si. u- gefteld is , zoowel als de gevolgen van eens jegelyks doen cn laaten , door 'dit rand-
. fclnifi willen te kennen geeven ,
, H E V S a V I D G E S T I S ? E N H I C T E M A N E T . E X I T I S .
G
H O O R h i e r , W A T V E R B E U G T G T V ? Z I E D I T Z A L V W
E I N D E ZTN.
1488
Hierentuflchen joeg de wind der
beroerte eene zee van ongevallen o-
Ver Vlaandre en de nabuurige Geweften
; wandt Philips van Kleef,
gehoord hebbende , dat die van
Diksmuide en Nieuwpoort , welken de
party van Maximiliaan aankleefden ,
het Land omtrent Ooftende afliepen,
fpoeide zieh in allerhaaft , met ze-
ventienhonderd ruiteren en tweeduizend
voetknegten , derwaart. Deezen
nog van zeshonderd kloeks man-
men , uit het noorder- en weftcrdeel
van den Vry en , verfterkt zynde, ruk-
,,IN. ten naar Nieuwpoort ( z ) en bragten
cifo’r tegenftribbelinsM
’ gen , zooverre ter gehoorzaamheid ,
m f ' dat zy de drie Leden van Vlaandre
voortaan hulp beloofde ; maar deeze
woorden waren niet beftendig , wyl
zy eerlang weder tot den Roomfchkoning
overvielen. Omtrent dien zelven
tyd ging S'. Winoksbergcn ? en
wemige dagen laater Borborg , door
’t beleid van den Franfchen Veldheer
Creveceur , tot de Vlaamingen
over. Des te eerder , omdat
de Roomfchkoning toen zyne
. wapens tegen de Stad Biervliet
(5)Bit (3) gewend, en die met groot ge-
aS; weld van fchepen ingeflooten en be-
vLd ftormd hadt ; doch de Belegerden
fol.ii8. verweerden zieh zoo dapper , dat de
Beftookers met merkelyk verlies afgeflaagen
, en naar Zeeland veivaaren
zyn.
I Deel.
Onlangs hiernaa , op den agtienden
van Herfftmaand , kreeg Philips van
Kleef, door de gnnfl van eenige Stedelingen
, en door ’t middel van vyfhonderd
ruiteren , de Stad BruiTel
(4 ) aan zyne lyn ; ’t gene naauw-MHarri
lyfcs ter kennifle van den Roomfchko- Bra“ ''
ning kwam , o f hy vaardigde Jan ¿¡J” / '
en Kornelis van Bergen , Gebroeders,
met onderftand naar Mechele , om
de Stad en zynen Zoon Philips ,
die ’er zyn verblyf hadt , te verzekeren
; welke laft door de voornoemde
Gebroeders, niet alleen vly-
tig verrigt , maar zelf Vilvoorde
ingenoomen en verfterkt , midsgaders
door dagelykfche uitloopen de
Stad en de Landftreek van Bruflel,
in geduurige onruft gehouden wierdt.
Hier tegen waren , die van Duin-
kerke , Diksmuide cn Nieuwpoort
wakker voor den Roomfchkoning in
de Weer , en ontveiligden zoowel
de zee als de naaftgelegene Landen
; des de burgers en bezetcelingen
van Sluis , van Blankenberg en van
andere Steden , zieh daarop gew'a-
pend hebbende , by deeze gelegen-
heid tien fcheepen ( ? ) met leevens-bl^N.
middelen , die voor den Keizer en c w "
den Roomfchkoning naar Antwerpe
gefchikt w'aren , insgelyks een met mss.
Koopmanfchappen geiaaden , ovem
weldigden , en den buit te Sluis
opbragten en onder elkanderen ver-
deelden. Zulks de Keizerfen uit
G g g weer-
M i -
.. ...'
' fo:
. t:;