ri)
t e t e
ì i f
i ; i3 dcrffift Utrecht, lich een wyl beraaden
“ hadden , zynze eindelyk, met toeftemminge
der gemeene Gildens dier Stad,
(■'¿¿•over een gekoomen ( i ) om de fchaa-
van Su de , zoo door den Hertoit van Gelder
“ mre "ht, als door Floris Hecr van_Ysfelftein_ geb
e ty td d
leeden, te beteren , en de agtevftallige
Liber L..
Terar. Pa
Lit- ' . . , -r-.i . .. . i fchulden van tagtigduizend Philipsgul-
Sjifoo. dens, welken in dien tyd gemaakt waren
, te betaalen. Dierhalven belloo-
tenze den twintigften van Lentemaand,
dat ieder goed huis i n ’t Nederftift, geduurende
de drie cerftkoomende jaaren,
twee goude Rynsguldens en de andere
naar gelang, doch het befte huis niet
meer dan vier Rynsguldens ieder jaar
betaalen zoude; naa’t eindigen van den
gemelden tyd , zoude ieder huis niet
meer dan eenen Rynsgulden opbrengen:
insgelyks zoude ieder vat biers, ’t gene
in ’t Nederftift gedronken wierdt,
’t zy in-o f uitheemfche brouwte, twee
Hollandfche ftuivers geeven , en de
Kloofters noch Geeftlyken hier van niet
uitgezonderd blyven , maar vervolgen
tot de fchulden van honderdenvyfdui-
zend Philipsguldens, wandt men hadt
den Bisfchop Frederik ook yjfentwin-
tigduizend guldens beloofd , met de
verloopene renten ten voile betaald waren
.O
nder het beloop deezer Nederlandfche
zaaken hadtmen, door verfcheidene
middelen , den Keizer tot onderftand
tegen de Gelderfen derwaart gezogt
te trekken ; maar de onbeften-
digheid der Italiaanfche gevallen baarde
hem nieuwe zorgen: eensdeels uit
de tweedragt der Milaneezen , welke
den Hertog Sfortia op glibberigen voet
ftelden, andersdeels door de aanbiedingen
der Venetiaanen, en des Franfchen
Cremona, Bergamo en Creme, onder be- iyi3
ding van zich ftil te houden in het weder '
overweldigen van Milanen. Sclioon de
Kcizer deeze voorftellen verwierp, ech-.
ter bleef de Bisfchop van Gurk met
den Koning Lodewyk handelen, omdat
(ijLettres Konings : wandt de eerften ( z ) be-
i o S i t . loofden den Keizer o f zynen Kleinzoon
Tom. ivi Karel, mids hy hen de voorheen be-
zetene Landen liet behouden, aan het
Hertogdom Milanen te helpen , en
hierenboven nog eene merkelyke fomme
gelds te geeven ; de ander boodt hem
al het land aan , dat de Venetiaanen
eertyds van het Hertogdom Milanen
genoomen hadden, te weeten Bresfie ,
de zelve zich niet met de Vene-
'tiaanen o f Zwitferen verbinden, en de
' heerfchappy van Sfortia hierentusfchen
beftendig worden zoude.
Hangende de onzekerheid van deezen
uitflag, en de wapenruiling van
den Paus ter vervolginge des Hertogen
van Ferrara , midsgaders het ophitfen
van dcn Engelfchen Koning, zooverre,
dat de Paus den tytel van Allerkrift-
lykften , dien de Koning van Vrankryk
voerde , aan Koning (3) Hendrik
en des zelfs Opvolgeren, verfterkt door rnnct
een raadsbelluit der Lateraanfche Kerk- JjTgte
vergaderinge , wilde overdraagen ; en
om de onderneeming op Vrankryk te
verligten zoude hy het zelve ten prooi
voor den eerften Overheerfcher verklaaren
: doch de uitvoering van dit opzet
wierdt verydeld door het fterven
van den krygszugtigen Paus Julius, die
den eenentwintigften van Sprokkelmaand
(4 ) zyne dagen, en t’evens het M L
grootfte deel der Italiaanfche beroerte
eindigde. T o t zyn Opvolger wierdt de
Kardinaal Jan van Medicis verkoozen , 3n.
welke zich Leo den Tienden deedt
heeten, en de zeldzaame omwenteling
der ondermaanfche dingen in zich zelven
konde befchouwen , alzoo hy den
elfden van Grasmaand , juift den zelven
dag , op welken hy in ’t voorgaande
jaar als Gezant van den Paus
in den flag van Ravenna gevangen was,
tot Paus gekroond wierdt.
Leo volgde het fpoor dat hem door
zynen Voorzaat, tot het verdryven der
Franfen uit Italie, gebaand w a s ; doch
met meerdere befcheidenheid, wyl hy
zulks door den Koning van Engeiand ,
die zyne fchatkift vol fchyven hadt, en
door den Keizer poogde uit te werken
; dierhalven zogt hy de Venetiaanen
eerft met Maximiliaan te verzoenen
, hen eerlyke voorwaarde beloovende
, om dus de verwydering tusfchen
»
ÏJI3
(i)Lettres
du Roy
LouisXII-
Tom. IV .
Lettres
du Roy
LouisXII.
T om .iv .
psS.36.
(3) Lettres
du Roy
LouisXII.
Tom. IV .
pag. 49.
(^Lettres
6u Roy .
LouisXII.
Tom. IV.
psg. n o .
fchen Vrankryk en dien Staat te kweeken.
Hierdoor bleef de Keizer, met
meenigvuldige raadflagen belemmerd,
in Duitsland vertoeven , onaangezien
het fmeeken der Nederlanderen zoo om
zyne overkoomft: als om hulpe tegen
de Gelderfen. Wanneer men veele
klagten vrugtloos befteed hadt , en
Hans Renner ’s Keizers Geheimfchryver
de zaak by de hand nam , fchreef
( I ) hy eindelyk aan de Landvoogdesfe
Margarita v.in tienduizend goudguldens
naar Trier te zenden, om ’s Keizers
reiskoften goed te maaken , en hem
des te ligter tot het beleggen van eenen
Ryksdag , in een der naaftgelegene
Steden van Duitsland, te beweegen;
meenende door dit middel denHertog
van Gelder eerder tot reden te brengen
: maar de Keizer zulks hoorende
betuigde met den Hertog van Gelder,
die zyne belofte niet gehouden ( i ) en
hem dikwylen bedroogen hadr , niet
te willen Lindelen ; te meer , wyl
zyn voorneemen was den Koning van
Engeland tegen Vrankryk te onderfteunen.
Desniettemin hadt hy zyne Dochter.
Margarita verzogt van niet te bewilligen,
dat de Engelfen krygsvolk in
de Nederlanden zouden ligten,, dan naa
zy alvoorens door verbintenis verzekerd
was ; omdat de Keizer zich fterk
maakte naa dien tyd den Koning een
genoegzaam getal van knegten te zullen
bezorgen. Betreffende ’s Konings
begeerte van Hendrik Hertog van Bronswyk
(3 ) en den Heer van Vergy tot
Hoofden zyns Legers te ftellen, hier-
omtrent vondt Maximiliaan eerlyker en
voordeeliger zelf het bevel te voeren ;
en deedt zulks den Koning Hendrik
voordraagen. Onlangs hiernaa gaf hy
de Landvoogdesfe te verftaan , den
Koning van Engeland vryheid verleend
te hebben van op des zelfs kofte volk
en fcheepen (4 ) nit Nederland in 'z y nen
dienft te neemen , wyl de Koning
Lodewyk zelf oordeelde , met
het zenden van geld en manfchap aan
den Hertog van Gelder, den Vreede
niet gebrooken te hebben.
Koning Hendrik, reeds naar den roem
haakende , deedt , om den Keize-r l y i l
fchriftlyke verzekering te geeven, zyne '
Gelaftigden naar Mechele vertrekken,
alwaarze met de Landvoogdesfe Margarita
, Volmagtigde van den Keizer ,
deeze punten van ( y ) verbintenisfe (s) Corjii
fmeedden: dat Paus Leo , de Keizer, de p Ä ” ” ‘
Koning van Arragon en die van Enge- to“ ''iv.
land binnen dertig dagen, naa het re-
kenen van deezen handel, den oorlog
aan Vrankryk verklaaren , en binnen
twee maanden den zelven daadlyk,doch
buiten Italie , beginnen zouden ; de
Paus was van gedachten in Provence
o f in ’t Dauphiné , de Keizer in een
ander Geweft , de Koning van Arragon
in Bearn Langedok o f Guijenne
, de Koning van Engeland in Normandie
o f Pikardie, met talryke heir-
kracht te vallen : ook zoude de laatft
gemelde den Keizer voor de kofte des
oorlogs honderdduizend goude Kroonen
in drie deelen te Grevelinge doen betaalen
; de eerfte drieenderijgduizend
eene maand naa ’t verklaaren van den
oorlog, een gelyk getal naa de zelve
begonnen was, en het overige zes maanden
laater. De Keizer beloofde dit verbond
nevens den Koning van Engeland
binnen eene maand te zullen bekrachtigen
, mids hy in het zelve niet als
Voogd van zynen Kleinzoon Karel begreepen
wierdt ; maar de Koning van
Arragon , van andere inzigten gedreeven
dan hy beloofde , hadt ’er twee
maanden toegefteld en bedongen, zoo
hy het zelve in de bepaalde dagen niet
verfterkte, dat het tuffchen den Keizer
en den Koning van Engeland echter beftendig
blyven zoude ; het welke den
vyfden van Grasmaand ten overftaan
van Jan Heer van Berge, Laurens van
Gorrevod en Gerard van PJayne, door
de Landvoogdes Margarita en de Engelfche
Gemagtigden getekend wierdt.
De Koning van Vrankryk , ziende
zulk een onweer opkoomen , en
niet weetende op welke wyze zieh
te dekken , fchreef de Landvoogdesfe
Margarita (6 ) verftaan te hebben, (fltottr«
dat men in Nederland van zin was den LoTifLu
Engelfen onderftand te verfchaffen,zoo tom.iv.
Y y y y y X
'ii!;'!" filb 'i:.
¡!M
Ita
¿lili ii: •
te !,
■'! ; . i!| i f e i : :
f e i l / !
(11 '!.! : 1
ii;
m i- ''
:iV