II. De tweede vertoont op de voorzyde de Keizcrin Leonora , zittende op den troon ver-
fierd met de Kroone, den Schcpter, den Ryksappel en andere Vorlllyke optooifelen, en om-
vangen door deezen zoom van Letteren,
L E O N O R A F I L I A E D U A R D I R E G i s
F R I D e r i c i I I I . I M P E R a t o r i s
P O R T U G A L l i æ
U X O R .
L E O N O R A D O C H T E R V AN E D U A R D K O N I N G VA N P O R T U G A A L ,
V R O UW E V A N K E I Z E R F R E D E R I K D E N D E R D E N .
O p de keerzyde is eene roos, de Vorftin der bloemen, afgebccld, cn door deeze twee daar
op zinfpeclende lettcrkringen beflooten ,
U T R O S A F L O R E S S P L E N D O R E C O R U S C O P R . .E F U L G E T ,
S IG L E O N O R A V I R T U T U M A M A T O C H O R O P R .E S T A T .
G E L T K D E R O O S M E T H E L D E R E N G L A N S O N D E R D E B L O E M E N
: U I T S C H I T T E R T , Z O O V E R L E E N T L E O N O R A D E S T R A A L E N
H A A R E R D E U G D E N A A N H E T V R O U W L T K G E S L A C H T
III. De zelve Keizerin wordt, op den derden penning, ten halven lyve wederom vcrtoond,
( i ) Pie- mec eene Lclibloem , het zinnnebeeld der zuivcrheid cn fchoonheid, ( i ) in de hand, waar-
nevens dit randfchrift gevonden w o rd t ,
L E O N O R A A V G V S T A F R I D E R I C I I M P e r a t o r i s V X O R .
D E K E I Z E R I N L E O N O R A , V R O UW E VAN K E I Z E R F R E D E R I K .
D e tegenzyde , die onvolmaakr gebleeven i s , heefc op een Vrouwlyk ruicwapen het
Keizerlyke blazoen in de eerfte , en in de wcderhelft het wapenfchild van Portugaal, om
aan de gewoonte van dien tyd te voldoen. Vermids ik op geen andere plaats van haare
gevallen handele, dierhalven o"ordeel ik dienftig hier neder te ftellen, dat zy op
den derden van Herfftmaand ( z ) in het zevenenzeftigfte jaar deezer eeuwe, hec drieendertigfte
haars ouderdoms bereikt (3 ) hebbende, geftorven is.
( i ) Mei.
jeri Annal.
Fland.
fo l. 3.3.
vcrfo.
(3) imh
o f > Gc-
neal. Reg.
Portugal.
T ab . 11.
(?) n«-
tina in
vita Nicolai.
Fre-
leri
Script.
Getm.
Rer.
• T om . II.
fol. 17.
Door deeze egtverbintcnis is Philips
Hertog van Borgonje, wiens Vrouwe
eene Zufter was van den voorfchreeven
Koning Eduard , Oom geworden over
den Keizer Frederffi. Welke zieh, naa
’t voltrekken zyns huuwelyks, naar Alfonfus
Koning van Sicilie en (4 ) Napels,
den Broeder van zyner Gemaalinne
Moeder, begaf. Aldaar hcerlyk ontfangen
zynde, deedt des Keizers Gcheim-
fchryver ¿Eneas Sylvius eene defrigc (y)
redevoering, gevuld met gelukwen-
fchingen, die hy den Koning Alfoiiius
w,egens die trouwverbond opdroeg.
Doch fpoedig wierdt de Keizer te-
rugge geroepen, om den opftand der
Hungaaren, wier jonge Koning Ladi-
. ftaus onder zyn gevolg was. Waardoor
dees niet minder met dien Landaard;
te beflegten vondt, dan zyne Oom de
Hertog van Borgonje met de Gendte-
naarcn.
Wandt de oorlogsftorm, voor vier- ■
jaaren opgcreezen, blies thans eene zee
van verwoeftingen over Vlaandre, alwaar
de Stad Gend trots op haaren
rykdom, van andere Steden gdieel af-
gcfcheiden, alleen den aandrang van
’s X^orften verzaamelde magten weer-
ftondt , en talryke Legers, zoo haarer
eigene ingezetenen als gehuurde Engelfen,
te velde bragt; die menigwcr-
vcn de Borgonfen met voordeel in de
vlugt floegen, e n , door het ombrengen
van trouwe Amptenaaren en dap-
pere Veldoverften, den Borgonjer tot
in ’t harte troffen, te meer, wyl dit
ongeluk ook zynen oudften baftaard
Zoon Kornelis te beurt vie l, (6 ) die C^) Me-
by Rupelmonde fneuvelde, ’tgene den
Vader dermaate bedroefde, dat de zel-
ve dierhalven, te Bruflel in St. Goc- ^
delekerk, met zooveel plechtigheid,
( 7 ) zielinilTcn, cn iaargetvden inftel-(7I ciur-
, ties dc d c ,
1472 d e , als men voorheen den Vorften,
Annal.
Brab.
Tom. I.
¿ifol. 422.
die aldaar begraaven wierden, plceg te
viivoor- verfchaften.
ierde^ Dcczc oncenlgheden mocdigdcn Wil-
t i V lem Hertog van'Brunswyk aan. om, in
•tek. Bon- verwarden ty d , den Borgonjer
S ' 'X het Hertogdom van Lukfemburg tc
ontwringen; maar toen de Stad Die-
i 4?3 denhove reeds overweldigd was, ( i )
(V tto i viel hem de Landvoogd , Jan van
C ro y , met taamelyke manfchap loo
onvoorriens op ’t ly f, dat hy.niet al-
leen gedwongen wierdt, die Land-
ftreek te verlaaten, maar eerlang ook
al he; recht op de zelve af te ftaan,
ten voordeele des Borgonfchen Her-
togs. Dees befeffende, dat noch eige
toegeevenheid in de aanbiedinge des
■(,)Mei- Vreedes, ( x ) noch tuffchenkoomft des
| S ,£ d , Konings van Vrankryk op de Gendte-
Vfoirao-. jet vermögt, eindelyk uit verfcheidene
Geweften zyne magten by een
tro k , waartoe de Hollanders, onder
her geleiden van den Stadhouder La-
3 lein, en de Heeren van Brederode
■:(3) Me- en Veere , (3 ) omtrent drieduizend
£ koppen , meeft boogfchutters, op dat
•|i[arche ultlevcrden. Door deeze vcrilerking
wierdt de oorbg ftrenger
gedreeven, en al het Land om Gend
toe eene woeftyn en puinhoop, zonder
huizen o f inwooners, gemaakt: wandt
dat de roofzugt niet mceflccptc ver-
dierf het zwaard of de-vlam.
I Dus byfter liep de hitte des woedens,
I in welke de Borgonjer zyn heir by het
' t Slot te Gavere ncerfloCg, en perfte
I den Slotvoogd, door geweld en beloften,
■| niet alleen tot de overgaaf dier fterk-
V te, maar ook tot verderf van dc Gendfche
meenigte; vermids hy naar de Stad
gedreeven, den ingezetenen het onvermoogen
van ’r Borgonfche heir dermaate
(4)Chron. affchilderdc , (4 ) dat al wat llegts ee-
viaand. nen ftok kon draagen naar Gavere
MSS. fol. loopen, om den Heitog uit het
veld te jaagen. Op die maare repte zieh
ieder , om ’t eerfte op den weg te
zyn , ja de wyven dwongen zelfs hunne
mannen, hoe oud o f ftram die wa-
ren, uit te trekken. Invoege die Stede-
lingen, op zoodanige wyze tot vyfentwintigduizend
koppen aangewaffcn, J4H
met onverfchrokken mocd , alsof zy
de overwinning meé fleepten , hunne
vyanden , op den drieentwintigften
van Hooimaand aanvielen ; maar zoo
raauw cn ruftig van de Borgonfen
ontfangen wierden, dat de zelven het
talryke Legcr der Gendfen, door verraad
van deezen en verbaaftheid van
anderen geholpen, naa weinig tegenftands
, ganfch over hoop ftieten, en in
de hitte van dien ftryd ruim tienduizend
verflaagen-, cn zeftienhonderd
gevangen bleeven: men reekene hoe veel
’er in de Schelde verdronkcn, dewyl
het verlies op zeilienduizend koppen begroot
wierdt.
Langs dien bloedigen weg fchreef
de Hertog hen zoodaanigen vreede
voor als hem behaagde, van dat na-
menlyk ( y ) de aanzienlykften der ísichrón.
Stad, tot over de twecduizend fterk, viaand.
buiten de poort , vooraf, in linne
kleederen, bloodshoofds en barrevoets,
hem op de knien om vergiffenis en genade
bidden, veele hunner vryheden
ontnoomen, en driehonderdcnvyftigdui-
zend goude Ryders betaald worden,
midsgaders al hunne Banieren, daar
zy onder opgetrokken waren, verloo-
rcn blyven zouden. Hoe wrang die
teug fcheen, zy wierdt echter , in
deeze vcrflaagenheid, van de Stedelingen
nog met blydfchap verzwolgen,
en Vlaandre zag niet alleen , maar
ook de overige Nederlanden , uit
deeze kalmte , het gewenfchte heil
te gemoet. Doch deeze aanflikkcrende
vreugde wierdt ylings, door de tyding
van den voorfpoed der Türk en,
in eene algemeene droefheid der Kris-
tenen verkeerd.
Naardien Conftantyn Paleologus ,
die hec Oofterfche Keizerryk, naa den
dood zyns Broeders den mcergemel-
den Jan Paleologus , beheerfte , door
Mahomet den Tweeden, [die op zynen
Vader Amurat in de Oppcrheerfchap-
py der Türken volgde, 'en met geen
minderen yver zyne overwinningen
in Griekenland' voortdreef] in de
Stad Conftantinopole ftreng belegerd
R z was,
it
. i l
I i ,1
4 'Í
) : ;,il
. . ,r*l
y