t i l
«I l í l l i I
1490 wreedheden aanregteden. Ze lf in per-
foon trok hy op vrygeieide naar Sluis,
( . ) Die Escell.
Chron.
Vlaandr.
fol- löö.
vcrio.
[daar men even te vooren drie fchepen
geiaaden met zwaare Krygsgereedfchappen
, behoorende aan de Stad Zutfeen
, van voor Montfoort ( i ) naar
de Stad Damme koomende , ten buit
gemaakt hadt ] om thans met Philips
van Kleef , door tulfchenfpraake van
des zelfs Vader A d o lf , die van Piiilips
van Borgonje , Antoni Heer van
Bevere en anderen verzeld was , van
den Vreede te handelen. Doch toen
de Graaf van Naffou begeerde , dat de
Bruggenaaren hem, volgens zyne keur,
driehonderd perfoonen uit htmne Stad
te zyner befcheidenheid overleveren,
en hierenboven nog driehonderdduizend
{.VDefpa. goude kroonen ( 2 ) tot boete betaalen
zouden , ZOO onderftondt hy , naa
Vlaandr. d j voorilel als geheel wraak- en geld-
” ' gierig uitgekreeten en verworpen wa s,
om Philips van Kleef door groote beloften
van de Stad Brugge te verwei-
deren ; maar befpeurende, dat het eene
noch het andere niet baaten mogt, keerde
hy weder naar de zynen.
In deezen verbyflerden loop der dingen
wierden de Bruggenaaren , welken
zieh reeds van eenige armen, by
gebrek van mondkoft, ontflaagen hadden
, van ZOO feilen hongersnood aangetaft,
dat zy zieh , hoe ftuurs zelf
t’elkens van de hand geweezen , echter
geduurig in nieuwe raadflagen en
handelingen inlieten. Onder dit gaan
en keeren dachten de Ooftenryksgezin-
den op eenen Zondag, den eenentwintigften
van Slagtmaand de Stad
Biugge te overrompelen ; wandt by
gunft van den dikken mift, met twaalfhonderd
ruiteren en tweeduizend voetknegten,
tot niet verre van de Vetten
genaderd zynde , zonden zy twaalf
ruiters in vrouwe kleedinge, draagende
korven gevuld met boter en eije-
ren, naar de Ezelpoort to e ; deezen
van zooveel gew'apenden , om de
Poortwagters te dooden, ge
waren naauwlyks binnen, en door eene
Vrouwe , die den poorteren bekend
maakte, dat deezen waarlyk mannen ge-
( ! ) Die
N c d ! . Chion.
van
Vlaandr.
fol.ldS.
leeken , ontdekt , o f men floot den 1490
doorgang, en klepte met het poortklok- '
je de ganfche meenigte te hulpe, die
ylings om lyf cn goed te befchermen,
wyl het gerügt liep, dat de vyand aan
dien hoek al meefter was , zoo talryk
derwaart fto o f, dat de vermom-
den hier door , als -onbeweeglyk van
fchrik , ten fchouwfpel der Stedelingen
verftrekten. Zoodra het hunnen krygs-
genooten bleek het bedrog ontmaskerd
te zyn , -ftaaken die het vuur in eenige
huizen te Scheepsdale , en , eenige
fchooten op de Stad gedaan hebbende
, bergden zieh weder binnen Damme.
Schoon die van Brngge zieh middelerwylen
van verfcheidene mannen ,
vrouwen en .hinderen ontlaft hadden,
men vondt echter geen merkelyke verligting
in het drukkende gebrek. Dierhalven
befloot men in het laatfte van
Slagtmaand om met al de bezettinge,
gefterkt door eenige Ambagtslieden,
zieh wel toegeruft hebbende in te
fcheepen , en onder het bevel van
den Overften Joris Picavet naar Sluis,
längs de oude vaart , koren te zoeken.
Wanneer zy welgelaaden weder-
keerden , en vyfhonderd gewapende
Stedelingen , die zy tegens hunne tc
rugkoomft op zekeren tyd en hoogte
befcheiden hadden, niet verfcheenen,
zyn zy van den Graaf van (4 ) Naflou WJ«
met al zyne krygsmagt tuffchen Ooft- chi».
kerke en Damme overvaUen. Hier “ „j,.
wierdt lang gevogten, en van weder-
zyden veel bloeds vergooten ; doch
in ’t einde raakten de Bruggenaaren ,
mits het groot getal der vyanden overhoop,
voorts op de vlugt, verflaagen
o f gevangen. Hun Leidsman Picavet,
die zieh manhaftig gekweeten hadt,
verviel in de handen der Ooftenrykeren
, welken hem te Damme in verzekering
zetteden, en naamaals onthoofden.
Dit ongeval bragt de Stad Brugge tot
de uitterfte neerflagtigheid , en maakte
de Ingezetenen zoo wars van den oorlog
, dat zy by het aanftellen van eenige
nieuwe Hopluiden, hen deeden be-
loo-
1490 looven den Vreede te zullen bewer-
ken : waartoe deezen nog dien zelfden
dag i onder ’s Graaven Standaard, ter
lomipj" markt ( i ) trokken , roepende a l, die
de Stad en den Vreede ¿ef hadt, der-
jj“ *' waart. Zulks ’er terftond -een gewel-
dige drom van menfchen , ja al wat,
van vreedzaamen bloeden was , heen
hep, tegen den zin van Jan van Ranft,
Mai'kgraaf van Antwerpe , die met
eenigen zyner aanhangeren , om dit
opzet te keeren, groote beroerte verwekte
, daar zy om .gevat en gevangen
-wierden. De volgende d a g , zynde
de negenentwintigfte van Slagtmaand
, heeft men, op gemeen goedvinden,
weder -Gezanten naar Damme
gezonden , welken den Graaf van Naf-
i fou in aBe -ootmoedigheid te voet vielen,
en * om Gods wil baden , hen
I beter Vreede te willen verleenen dan zy,
: in opzigt van den Roomfchkoning, des
zelfs Zoon Philips, en van hem, verdiend
hadden.
Hierop heeft de Graaf hen deeze pun-
(.)c«fsten ( i ) voorgehouden; dat de Stede-
Gemagtigden , als
*y lft®f toe vermaand wierden, buiten
tüi ii. ' hunne poorten eenen voetval doen, en
tot boeten voor de fchaade , aan den
Roomfchkoning en deszelfs Zoon Philips
gedaan , honderdenvyftigduizend
(j)Dtipa- Andries guldens, o f , zoo ( 3 ) anderen
melden , tagtigduizend ponden grooten
J ” *' betaalen zouden ; een derde deel bin-
£ “ ”■ dagen , het andere deel op S'
Jans mis, en het overige een jaar laater.
Byaldien de eerfte betaaling binnen
ZOO weinige dagen in de geeifchte
muntm niet te vinden w a te , zoo zou
de Graaf zieh voldaan houden , als de
Bruggenaaren hem voor iederen gulden
twee looden ziivers van hunne nieuwe
munte, o f der zelver waarde, opbragten.
Nogtans zouden allen, die uit de Stad
geweeken, en zieh onder de gehoorzaamheid
des Landsheeren begeeven
hadden , aleer Picavet tot Krygsoverften
van Brugge aangenoomen was, hier
van verfchoond blyven. Wyders bleeven
de Stedelingen echter volffirekt ver-
hondem tot het volbrengen van den
fohöz.
Vlazndr.
. fol. 169,
im fo.
Tourfchcn handel , buiten welken zy 1490
van alle bezwaaringen en misbedryven '
zouden ontheven en ontflagen zyn ;
uitgeflooten zeftig (4) der voornaam- (alDsfpa-
fte roervinken., wier naamen in eenen
-verzegelden brief met deezen overge- msT“*''
■leverd, wierden , opdat men -hen en
hunne goederen aan het welgevallen van
den Roomfchkoning en des zelfs Zoon
Philips zoude overgeeven : ook zouden
die, welken ftaande dees kryg-uit-
geweek-Cn waren, in dit verbond niet
begreepen zyn , cn die hierover eenigen
lafter o f befcliuldiging aan anderen
deedt , ter befcheidenheid des Graaven
van Naffou geftraft worden. Dit
alles, met brandenden yver aangenoomen
■en ten zelven dage getekend zynde ,
wierdt op den zesden van Wintermaand,
te Brugge, tot zulke onbefchryflyke blydfchap
der kwynehde Gemeente afgekondigd
, dat men alom de uitgelaatenheä
der Stedelingen, die als uit den grave
verreezen waren, zag doorftraalen, voornaamenlyk
in den Burg; wandt aldaar
hadt men , omdat ’er geen hout tot
vreugdevuuren te krygen was , vyfhonderd
nieuwe ftoelen ( ? ) op cen (s) Die
geftapeld, en ’er de vlam ingeftookcn.
Al deeze vrolykheid wierdt niet wei-
nig vermeerderd door de toen overge- foifo"
waaide tyding , dat Maximiliaan tot
Koning van Hungarië gefaoond was ;
waarvan de beweegende oorzaak hieruit
fproot. Toen Matys Corvinus, die
niet dan eenen onegten Zoon naaliet,
in Grasmaand van ’t jaar negentig den
geeft gegeeven hadt, zyn de Hungaaren
ter verkiezinge van eenen nieuwen
Koning byeen geroepen , en hebben
vooraf den Gezanten des Keizers gehoor
verleend , -welken uit zeker (6 ) ver- («'G.*
borid , tuffchen de Keizers cn de Ko-
ningen van Hungarie ftand grypende ,
tragtten aan te toonen, dat Maximiliaan,
niet alleen om zyne zonderlinge eigenfchappen
, maar uit hoofde dier verbinteniffe,
boven anderen verkiesbaar
was ; zyne Mededingers ■waren Jan
Corvinus, natuurlyke Zoon des overleeden
Konings, Ladislaus Koning van Boheme
, en des zelfs Broeder Albert.
Mm m 2 Het
ä i i t
f o ..fff'T
l i u l t I ! ' h f e .