Eti
i l t :
i
14» varfe, ten htmwelyk te geeven ; Met-
enboven nog bet Land van Valence ,
en dit tot een Hertogdom re verhef-
Welhaaft kwam Borgia , die het
purpet afleidde, bezitting neemen , en
bragt te gelyk den Kardinaalshoed voor
' G e o rg van A m b o ife,G ro o tg u n fteh n g des
K onings. D e e s, h eb ben d e zyne verbintenifl'en
met de Zwitferen en met den
Koning van Engeiand vernieuwd, ver-
2oende zich met dien van Spanje, wdke,
om de groote kofte van den Napelfchen
Kancelier , als hy door ’t land reisde, 1499
gewoon was te draagen ; aan des zelfs [CjT
zyde zag men twee Herauten in him- jAont.
ne wapenrokken gekleed. Dus doot J«-ni;
den drang der nieuwsgierige meenigte m.»,,',
tot in het Biffchoplyke Hof geleid, en
eenige dagen met bet regelen der zaaken
kryg, de in bezittinge genoomfi
ne Stedcn aan den Komng Fredeiik
overliet, en den grooten Veldheer
Gonfalvus met zyne Spaanfche benden
terugge riep. Voorts maakte Koning
Lod“ewyk ook zeker verdrag met de
(1) Corps (i) Venetiaanen en met Philibert
a™'- Hertog van Savoije , die hem voor
Mont. goede fomme, ten alien tyde, doorin
7.n l ' gang naar Italic over zyn Land beloof-
verloopen zynde, wierdt■ eindelyk
de vereifchte plechtigheid , den
vyfden van Hooimaand, op deezen trant
volbragt. .
In de tweede zaal van’t Biflchop-
lyke Paleis hadt men eene verheve plaats .
twee trappen hoog gemaakt, en hier
eenen zetel opgefteld, die met een ta-
pyt , met lelien doorwrogt , gedekt
de , mids de Franfche Koning voor
zich en zyne Opvolgeren den eiich
zoude afftaan, die men op het Land
van Savoije konde maaken.
Dewyl hy voorheen ook een beding
met den Nederlandfchen Vorft Philips
gemaakt hadt , en dat het alleenlyk
aan ’t voltrekken haperde , zoo gaf de
Koning thans bevel aan Guy van Rochefort
Kancelier van Vrankryk , en
zondt dien , om den handel ten einde
te brengen, naar Atrecht, alwaar
de verheffing der Leenlanden op zulk
eene zonderlinge wyze buiten ’s Konings
tegenwoordigheid ', door den
Aardshertog Philips', den eenigften,
die van alle de groote Leenmannen der
Franfche kroone overgeblcev'en was,
verrigt wierdt , datze waardig is in
de gefchiedenilTe geplaatft te worden.
De Gelaftigde des Konings , Rochefort
, deedt zyne intreede geheel ftaatlyk
eh met deftig gevolg , voor
(i) Procès hem ging een Deurwaarder (z) van den
lîo'miï- grooten Raad , houdende .de knots
gc ftitpsr met de Kôninglyke wapenen in de han-
d'Àïïfr' den ; naa deezen kwam de Zegelaar
des Konings , hebbende het zegel op
Amps, ¿e fchouder , gelyk men voor den Corps Di- ° •'
was. Omtrent tien nuten des
morgens kwam een Edelman Thomas
de Pleures, met eenige andere bedienden
van den Aardshertog , den Kancelier
Roehefort aanzeggen , dat zyn
Heer reeds op den weg was; hy antwoordde
, als de Vorft ter beftemder
plaatfe zoude zyn , dat men hem
niet zoude doen wagten.' Wanneer
deeze boodfchap een en andermaal her-
haald, en de Kancelier hieruit vernam,
dat de Aardshertog in de zaal , daar
de manfchap gedaan zoude , worden,
gekoomen was , ging hy, gekleed in
’t karmozyn fluweel, omringd van zynen
ftoet , en me't gedekten hoofde
derwaart , de Aardshertog ontdekte
zich.en groette den Kancelier geheel
eerbiedig, zeggende, myn H e e r , God
g e e f II goeden dag , dees zonder een
woord te fpreeken , bragt alleenlyk
de hand aan zynen hoed, zonder dien
van ’t hoofd te ligten, en voegde zich
voorts op den Zetel , die voor hem
gefteld was; ftraks naderde de Aardshertog
, met blooten hoofde, en zeide
, myn H e er , ik hen hier by » gekoomen
om manfchap te doen, d'le ik
aan mynen Heer den Koning fchuldig ,
hen, wegens myn T air fchap en de Graaffchappen
van Vlaandre , van Artois
en van Charlois, welken ik van den
Koning, ter oorzaake zyner Kroone,
houde. De Kancelier dus gezeten vroeg
hem o fh y g o r d e l, degen, o f fio k aan
h a d t, de Aardshertog zynen rok noepne--
» 4 9 9
'h!
nende antwoordde neen, waar op de
' Kancelier hem by de handen vattede
en die tulTchen de zynen te faamen
voegde , als de Aardshertog zieh boog
om zich op de knien te leggen, heeft
de Kancelier zulks verhinderd , daarby
voegende uw goede w i l z y genoeg. Terwyl hy dus de handen des Aardshertogen
vaft hielde , ' deedt hy hem
de gewoone vraag ; ■ gy wordt een
Leenman van den Koning uwen Opperheerfcher
, en doet hem Leenman-
fcbap en trouw m t reden van het T a ir -
fchap van Vlaandre , ' 'insgelyks van
de Graaffchappen van A r to is en van
Charlois, en van alle andere Landen,
die gy van den Koning en van zyne
Kroone houdt, belooft gy hem te d'le-
nen, z e l f tot den dood, tegen alle de
genen welken können leeven o f fle r v en ,
zonder iemand m t te ßuiten , zyn
goed te bevorderen en zyne fchaade te
■verhoeden , wyders u tegen hem te
gedraagen , als tegen u wen Opperheerfcher
? Daar de Aardshertog op antwoordde
, op myne trouw d'lt beloof
ik zoo te doen. Toen zeide de Kancelier
, en ik ontfang u , behoudens
het recht des Konings in andere zaaken
, en eens anders in alles ; t’evens
de wang aanbiedende kufte hy den
zelven.
De Aardshertog verzogt ftraks bewys
en brieven van’t ontfangen zyner manfchap
, ’t gene de Kancelier aan dcn
Geheimfchryver Amys, uit wiens verhaal
wy dit getrokken hebben , beval
te verrigten. Naa alle deeze omftandigheden
, rees de Kancelier uit dcn
zetel , en den hoed en de muts, die
hy droeg, van’t hoofd geligt hebbende
maakte eene diepe eetbewyzing aan
den Vorft, dien hy dus aanfprak, myn
H e e r , kortel'mg deedt 'ik den dienfl
des Konings , verbeeldende des z e lfs
perfoon, en tegenwoordig ben ik Guy
van Rochefort uwe z e e r ootmoedige dienaar,
altyd gereed om u te gehoorzaamen,
omtrent den Koning mynen Opperheerfcher
en Meefler , in alles wat u
z a l behaagen my te gehieden. De Aardshertog
voegde ’er weder op, myn Heer
Kar.cel'ter, ik bedank , en hid. u van 1499
m y , in alle myne zaaken omtrent my- i
nen Heer den Koning, voor altyd aanbevoolen
te willen houden. De Franfche Koning bragt , terwyl
men in de Nederlanden met het overleveren
en inruimen der bedongene Steden
bezig was , magtig volk ■ op de
been , en den Hertog van Milanen in
wonderlyke verlegenheid , niet weetende
werwaart zich te keeren , zockende
alom befchermers en onderftand,
(i) en vondt by niemand heul , dan (OLnHiii.
alleen by Frederik den Koning van Na- tesik-
pels , vermids dees van ’t zelfde ge- “ito.
vaar gedreigd wierdt, hebbende den
haat van den Paus niet weinig ontfteeken
door het weigeren van zyne Dochter
voor eene Vrouwe van des zelfs
Zoon Cmfar Borgia ; dierhalven, fchoon
het hem aan geld en magt haperde,
toonde hy echter zyne gcneigdheid omtrent
Lodewyk Sfortia in het ophitfen
van den Turkfchen Keizer Bajazet,
welke den Venetiaanen fttaks den Oorlog
deedt aanzeggen. Dit nogtans verminderde
de bekommering van Sfortia
zeer weinig ; orndat do Franfche Koning
die te Lions zyn heir vergaderde,
het zelve in ’t laatfte van Hooimaand
over de Alpes deedt trekken ,
beftaande uit negen (i) of tienduizend fjiDinici
ruiteren , uit agtduizend Franfche en "‘ateÌ
vyfduizend Zwitferfche voetknegten ,
over de welken Lodewyk van Luk- ° '
femburg Graaf van Ligny , Robert
Stuart Heer van Aubigne , en Jan Jacob
Trivulce het bevel voerden , welke
laaftgemelde, boven zyne bekwaam-
heid en ondervinding,eenen ouden wrok
droeg tegen den Hertog van Milanen,
die hem gedwongen hadt zyn Vaderland
, den Milaneefchen Staat, te verlaaten.
Zoodra het Leger, dat agténvyftig
ftukken grof gefchut meélleepte , in
orde was , wierdt de Stad Arezzo j,
(33 ingeilooten , en op ’t eerfte los-(,|l,hìb;
branden overgegeeven, op diergelyken '¿“5'
trant volgden Anon , Valence , Bu- daViteg;
fignano, Voghera, Pontecorone , Ca- "S'"'**'
ftelnoyo, cn Tortone ; de Venetiaa-
li ii 2. nen
te Ï I'
■i'ii i'fo ' ib
Il te'
■ ■ lij
' ‘■'fote
ilh