«
M
jfiiî
b l i j k t iiit de rceks dcr iiigekomeii slukkeii. De Verhandethujeu, rakende deii Natmirlijken an
Geopenbaardeu Goihdîemt, loopende vnn 1781 tôt 1861, beslaaii XXXVII deeieii ùi 4°. ('), De
Fcrhamhlingen , uitgajeven door Tei/lers Tweede Genootschap, over 1781 lot 1861 vormeii
XXVI stukken in 4°. (3).
De gcschiedschrijver raii Haarlem, G. \V. TAN OOSTES DE BUUÏK, liet aanleekeningen nu omi
r e n t de oprigting van TEYLERS s t ichlhig. Als liet eerste voorzittcnd lid van het Tweede Genoots
c h a p , schijnt hij het meeste decl jian het opgeven der prijsvragen geliad te hebben, Zie
Cataloytis zijner Boekcrij (in 1860 le Haariem verkochl), ii". 1902.
5 « 4 . ri a a l XLVIIl. 1778.
h e t Balaviaasch Genootschap. 24 Apr i l 17
« a a r a a n het wapeu
• e n boven de puni
E e r e p e n n i n g
Fuoi-sijde. Uil een Oostersche landoiiw, verlieft zieh eeii klapperbooin
v a n Balavia gehecht is, zijnde van keel, met een zwaard en pal van ziU
een zuevende huiwerkran'!.
O m den rand:
Ii A 'l' A Y I A - S (J E X 0 0 T S C II A P.
O J ' G l i R l G T APRl I.
1 7 78.
I n de iijst:
1- a. HOLTZIIEY
Keerzijde. Merkuur, kenbaar aan gevleugelden hoed en staf, staat aan het .Strand eener
%iaarop eenige schepen zeilen. Achter hein bevindt zieh eene Iheeki.st, Aiaarnevens een v;
e e n toffijbaal, voorls nog een peperbus , iheepol, labaksrol, porceleinen pot , .stiikerriet,
(') y.ie de bogordeelingcn > 1 Deel I RO; I). II. 1?S2: ib. IV. 1, 1.1. 423; I). III.
1.1. 19/; ]). VI. 1786: 11). II. W. 1; 1). YII.
1790, bl. 176; 1). X- 1790: ib. 1791,bl.I;
424 ; 1). XIII, 1793: Ib. 1/94,bl. 13, 03;
sbgen
: Mi/fm. lad. Lftt., III. 1,1. ,••;
; Ii. V. 1785: Kiemn A'g. Vad. LfH.. I. 1
1787: ib. 1788, bl. 381; D. VIII. 1788: ib. 1789, bi. 4-11; D. IX. 1789: ib.
J). XI. 1791: ib. 1792, bl. 266 ; D. XII. 1792: Vai. Ult.. 1793, bl. 329,
D. XIV. 1795: ib. i;9r,, bl. 30S; 1796, bl. 388; R. XVI, 1797 : ib, 1797 , bl. 505 ; B. XVII. 1797: ib. 1798, bl. 97, U5
cnz. Voorls ii. ilc AVrffrf. Jaerb., 1779, bl. 1313; 1780 , bi. 417; 1781, bl. 734, 1355, 2233; 1782, bl. 416, 1329; 1784,
1.1, 677 ; 1785 , bl. .'.0; 1786, 1)1. 324;I788 ,bI . 582; 1789, bl. 554; 1790 , bi. .363, -186. 2354 ; 1791, bl. 433, 1806 ;
1794, bl. 1157, 1281; 1795, bl. 2591 ; 1796, bl. 1380, 1575, 2761. Ii. dra AW- i» Uthrl,., 1788-1801 : II 113;
III. 179; V. 177; VII. 179; VIII. 21; IX. 1G9 ; X. 117; XI. 180; Sieuwé Kw,!-^n U IM. . 1. 114; II, lO.',, 178; III IM;
IV. 169; V. 113; VII. 113; VIII. 169; IX. 114 ; X. 178; XI. 114 ; XII. 178; XIII. 114; XiV. 169 e„z.
( = ) Ilet XXVI'" sink bfslnal i.u (1861) reeds inf n deelen , bcvottcndc (Jen uitgcbreidcn «iibciangri.ikc..arbeidv!.nde>i IIoojlecraar
I)r. I'. 0. VAN DUH CIHJS ovci- de iiiuntcn, in Brabanl, Oeldtriand, Gelderselie Steden en Ileerlijkheden, 0\erij8scl,
l'ricsinnd, Groningen, Dreiithe, Holland en Ulrecbt, van de vroegste tijrlcn lot aati de PaeificMie van Ocndgpslageii, waaropnog
n Limburg en de Frankisebe cn Builselie Koni.igs- en Kelzers-munten voor of in ons vaderUnd ge-
.8 Over bot ricifde Genoolschap : Kfd. Jaeri., 1779, bl. 1315—18; 1780 , bl. 004—90"; 1781, 1)1.
16; 1782 ,1.1.1539; 1783,1.1-2049; 1785,11.17; 1786, bl. i i l9; 1789, bl. 1468; 1790 . 1,1. 69 11791 , bl. M ; 1792 , bi. 28 ; 179i,
bl. 1461; 1795, bl. 137 , 5170 cn 6851. Voorts beoonlcelingcnOver de IVAonrffiinjw van Deel 1. 1781: A/gem. lad. Liil., IV.
1. bl. 302; D. II. 1783: ib. V. 1. bl. 262; I). III. 1785: ib. VII. bl. 585 ; 1). IV. 1786: larf. i i / / . . 1787, 1,1.220 ; Î). V. 1787 :
ib. 1787, hl. 291; D. VI. 1788: ib. 1788, bl. 331 ; 1). VII. 1789: ib. 1/90, bl. 20 ; I). VIII. 1790: ib. 1791, bl. 260 ; 1). IX.
1796: ib. 1796, bl. 320 ; I). X. 1798: ib. 1798, bl. 488; I>. XI- Brie verliamlelingen belreffemlc de Pcn.ii..gkundc, Goud en
Ziiver, Tcekenen van waarde of Ri.ikdom door Prof. G. F. SARTORU'S enz. onz., zie M". DE Vos. lad. .USY. r. ((>/,, Kunsl en
Smeat. 1800, bl. 481 ; 1). XII. 1804: Vad. Uli.. 1804 . bl. 506; J). XIII. 1804: ib. 1805. W. 586; D. XIV. 1805:'ib. 1806,
bl. 15—21. Zie voorts A W . « R e g . , 1788-1800, bl. 82; ^/j««. Aoni/-e« ie//irA., 1788—1800: IV. 42; X.26!
Nituwf Komt. en LHUrl., I. 33 ; II. 170; IV. 146; VIII. 170; X. 201; XIII- 2, 137.
( ' ) Verpelijk de - verklcinde" sfbeeldiiig , zo.ider omsebriften , viör bot Ernte Deel der VerhaadeliMjni nmMBaMaaKh
GmmtKhap, Uolterd. en A inst., 1781 en ald.ar liet Joorirny/, bl. 22 en 31. De pcnniiig op het litelblad van bft Tweede
Deel Rfgebeeld, verloont echtcr reeds omsehriften. 't Sel.i.jnt, dat wen aanvankelük voornen.ens \vn?, een pem.ing van veel
grootercn omvnng te <loen slnnn ; allhans de kcerjijde viin eon rondanig groolPr cxeinplaar in laud it ons vonrgekoine«. Welligt
werd die prorf nfgekeurd.
Oni
0 . n den vand:.
T E X XUTTIi YA.\ JIET G EMK E
De afsnede is open gelalca voor den naam des bekroonden.
l l e t eersle Deel <ler Verhandelingen oan het liutaoiaasoh Genootschap der Künsten en H'edensvhappen
(') verd door het Bestuur daarvan voorzien vaa een /^ow/«'/-»;//, den toenmaligcn
.slaal dier instelling vermeldende. Daarbij wordt het Genoot.schap »om zoo te spreken een
D o c h t e r van de Hollandsche Jlaatschappij der Wetenschappen" genoemd De üirecleur-
V o o r z i t t c r , Mr. J. C. M. RADERM.VOIIER , Raad van Xed. Indie, had met eeuige andere liefhebber.
s der wetenschap reeds laug vöör het j a a r 1777 getracht een aanzienlijk gezelschap bijeen
te b rengen, om den smaak voor k l ins t en wetenschap in onze Oost-Indischc Beziltiiigen aan te
w a k k e r o n , en dat tevens als een voorlooper der Evangeiieverkondiging mögt strekken. Do
k r a c h t i g s t e spoorslag tot volvoering van dit plan werd gegeven door het te Batavia ontvangen
p r o g r a m m a ter oprigting van den Oeconomisclien Iak le I laar lem, in de zitting der Jlollandsche
M a a t s c h a p p i j van Wetenschappen van 21 Mei 1777 goedgekeurd. De Gouverneur-Generaal REVÎIIER
i)K KLERK eu zijn schoonzoon R.VDI:RJI.\CHER , beiden tot Directenren der Ilaarlem.sche .Maat-
•schappij gekozen, oordeelden het raadzaam dcze op le rigten afdeeling van den Oecononii sehen
t a k , in een zelfslandige niiiatschappij te veränderen. Ken Genoolschap, loi nul oan 't ¡/etneen,
o p hoedanig een nog geen handeldrijvende nalie in een overzeesche bezilling had gezonnen,
w e r d tot stand gebragt.
»Het Genootschap" — om hier de «oorden van het meergenoemde Voorberigt tegebruiken —
)) Icreeg den 24 April 1778 eenigiinn ziJn volkomen beslag door de inteekeuing van den Gouvern
e u r - G e n e r a a l en van aile de leden der Hooge Kegering le Data v i a aanwezig als Direcleuren eu
v a n eene menigte der aanzienlyk.ste lieeren en Beambten dier hoofdslad als leden. £eu Comm
i l l é , dat maandelijks byoenkwam onder den Voorzittenden Directeur Mr. J. C. M. RADEK.IIA-
(¡HEA (3) ^^el•d geko7.eu. De wcvk/.ame, kundige JO7.UA VAS IPERES, Predikant te Balavia (vroeger
le Vlissingen), slaat bovenaan op de lij.st d e r Dirigerende leden. Over Landhomc, Fi-ischi-n/en,
Werktuig-, Geuees- en Letlerkunde, liepen de 46 vragen , 1er beaul « oording voorgesleld. Een
g o n d e n médaillé, of 100 gekarlelde dukaten 1er keuze, was de prijs van beanl\\üording. De
e e r s l e algemeene vergadering, met zekere .staligh.-id vergezeld , en op den 8 .Maart ['.s Prin.sen
v e r j a a r d a g ] 1779, op het ka.steel van Balavia gehoiiden, werd door eone aanspraak van den
v o o r z i l l e n d e n Directeur RADCRIIACIIR.N geopend, welke door den Direrteur-Geiieraal ALTISO
w e r d beantwoord." In 1781 telde het Genootschap 1 Opper -Di rcclenr , I l Diroclcuren en 176
l e d e n . Ilet bloeide lot aan het j a a r 17!)2, loen de tijd.somstandighcdcn het dednn insliiimeren,
zoodal het, na gedurende vier-en-twinligjaren niels van zieh te hebhen doen hooren, als geheel
vernieligd scheen te moelen worden aangemerkt. Ilel herleefde echter — vreemd genoeg
— onder het kortslondig beslmir der Engel.sriien en onder de bescherming van Sir THOMAS
STAIIFORI) BAFFI,ES, zoodal he( , loen weder de oude vlag te Balavia werd opgesloken,
g e n o e g z a am weder was hersteld om zijn wer k mel lu.st cn ijver voort le zelleii. Van helgecn
i n die beide verschillende tijdperken van zijn bloei door het Genootschap werd verrigl, gelingen
de Ferhanddin<ji-n van 1781 lot 1860 nilgcgeven, Deel 1—\X1, in 8°., Deel XXII —
X X V I I I , in 4"., en Iiel Tijdéckrifl ooor Indhehe Tuai-, Land- m Folkenhunde, door hvl Genoolschap
uitycgecm, Balavia, 1833—60, Deel I—VI I , in 8°. (t).
'M Rottenlsni en A.nsierdnin , 1781.
{>) Vi.n het fonds (4 dukaten of 11 rijksdaalders per lid j.
arlyksl werd ook de helft (volgcns beilu!t van 1 JuniJ cn 1
guMiis 1779) aan de ^Vctenseha]>peliJke Maatseliappijen te An.s
lerdam, «otteKlam en Missingen uilgekeerd, on. te strekken
belooniiig voor ingekonien Prijsverhsiidelingen. Zie t. s. p. I. hl.
2J, 30, en IVr/ia.irf. der Hol'. Moalich. Tan Itflmscli. If Ih
/em, Xli' Deel, foorride, bl. XI.
( ' ) Zie over deîcn ilen AarorïeAer, VIII. (1858), bl. 147, 322, 332.
(<) Zie Calai, dur Boeierij Tan df Ko». Akad.,\. bl. 14: over de oprigting: AW. Jàeri. <1778), bl. 1314 -1334; verrier-
(1783), bl. 2183, (179.-.), bl. 4208 ; IW. //i,/. , V. bl. 229; STUART, III. bl. 257. - Over de «crken, Deell.(1781):
Atg. Vad. un., IV. 1, bl. 162; Beel II. (1784):: ibid. III.
bl. 384; Deel III. (1786): Vad. 1787, bl. :,19 ; Deel IV.
(1787): N. AI}. Vad. Utt., 1. bl. 493 e
; LfUrrMe, 1788—1800 , Äfj. , bl. .34 ; VI. 1
^ III. bevnt . beknopt Clironologiseb ei
Ali.liabitisch Hegisler oj. Deel i. (
> 1860, bl. 174—183.
•e Äreii, III. bl. 193,
XVIII. (vr.n 1781—1842), :
m
w
i i i ' ï i -