I - U Ä I ' J , - :
•LÌ
Ë I Î L
N I ' ' m F Sii
P -
M '
FEIII
• ' F I ^
Hi.'
F I i
F A ,
T F Î S : ,
L À . '
I I I
B Ü - i ' ? i
H i ' - ? .
f ' Ä f r
liw
m e e r , naar de leer van het tiiiünur in velilitiii na 1787, om liet daaranu rerbonden gevaar.
I m m e r s verhaall Jodahscs di; Bruîkb, in een redevocring door hem op 13 Oclobcr 1794 iu
het Ecrsie Deparleraenl der Maatscliappij loi Nut van 't Algemcen gehouden (l), en waarbij
a l s icr sluik de nagedachlenis des overledenen werd gevierd, lioe in de dageu, dal hel dririken
der » g e z o n d h e i d vau ^ader Hoofl" aïs een slaalsmisdaad gerekend wcrd, men gcwoon
was te acht uren »/lei kiokje van achten" in le stellen ; wat, roor wie 't rerstonden, gelijkl
u i d e n d was met de hoveiigenoomde condilie. Wat echter tot de keiize dier geheimzinnige
^voorden aanleiding gegevcn, had of waaroj) die klok van achten zinspeelde, wordt er ongel
u k k i g niet bij vcrteld ; waarscliijnlijk wisl de man het zelf niet. Doch men kon de gezondh
e i d van IIooFT ook zwijgende d r inken, aïs men een glas liei rond gaaii met zijn por l ret , gelijk
er o. a. een op den Catalogus van Oudheden der Delftschc Tentoonstelling onder no. 7392
v e r m e i d wordl, waar men onder de afbeelding las:
Dit Holländisch Cato, Hooft, gevlugt voor dioinglandij.
KeeH h>j in ze^epraal, dan tcord heel Neerland ort/.
Maar fraaier dan op dit glas of op het door ons beschreven drijfwerk, werd 'smans naged
a c h l e n i s vereeiiwigd door de prachtige gravure, welke Jacques Kuyper op zijn afsterven
v e r v a a r d i g d e , en die het Vaderland voorstell, schreiende op de graflombe, die mei zijn
b e e l d t e i i i s prijkl («).
N. > o d m u n t e n
P i a a l LXXVIII. 1794.
M a a s t r i c h t . 1794.
819. I'oorzijde. Een duhbele vijfhock of slerreschans, het
l u s s c h c n twee gekartelde randen:
T R A T E C T U M AD MOSAM
[MAASTRICST.)
met een duhbel takje tol afsliiiting.
Keenijde. In het veld:
1 0 0
S t {uiv)R'S
T u s s c h e n twee gekartelde randen:
U E B E 1794 OBSESS A
TOEN BE STAD IN 179-1 BELEGERB JFESR
1 twee lakjes als boven
pen
0 als b De l e l t e r s zijn mlpuilmd {en relief) g e s t emp e l d e n n i e l i ij n®. 820 e n 821 (s).
820. Ecnzijdig.
Boven een langwerpig vierkante Stempel, met het juartal 1794; beneden een soorlgelijke
S t e m p e l , mei hel merk KM) St(uivers) en een klein stempeltje, met L:E\ in het midden
d e vijfhoek (*).
( ' ) Bcöordceld ii. de Vad. UU. van 1796, 1)1. 236—288. Het stuk, een allenreemdst staaltje van stijl, ichikking en l)ewoordinecn,
werd in 1795 te Araslcrdam eedrukt, wiuu-sehijnli.ik na de omwenteling.
( ' ) Het porfret vin Hooft ten Ualvcu lijve door L. Scìa.vonbtti , zijn • begrafenis" te Vrceland , 4 Sept. 1794 (in 8°. Zie
Vad. Chocol, bl. 32), alsmcde een monument-zinaebceld door L. A. Clabssens (folio), worden in de HUI. Atlas van Van
VoOKSr, n«. 852 , W, 45. vermeid.
( ' ) Deze Hoodiount komt zeldzaam voor : Caial. Dr. G. Muxnicks ta» CtBBp , 22— 25 Jan. .1862, u'. 387, / 61.—,
Kon. Kai.. In procf bij A. Perreav te Tongercn. Zie zijne Recherche» «IR h eilte de Maealrieht et «R tea Mouiiaiea ; Revue
de la ^^nmi^1)l. Belge, II. p. 391. Mc» bcweert wel eens, dat, hij lang ns 1794, in onzen tfid, zoude vervaardigd zijn,
( ' ) Door dat deze stimpels ecnvoudig werden ingeslagen, komen zij wel e«us onigekeerd voor.
Als no. 820, ,
121. Eenzijdig (l).
1' k l e ine r en met het merk 50 St(uivers).
Naamvelijks begon Maastricht le herademen van de angslen, die het bij het beleg van 1793
h a d ondervonden, of het moest ten tweeden male, en nu op feller wijze en voor längeren
d i t u r van tijd, de rampen des oorlogs ondervinden. Een nederlaag, door den linkcrvleugel
v a n 's Keizers leger in 'I midden van September 1794 bij Luik geleden, en het noord- en
n o o r d - o o s t w a a r t s opbreken van den rechtervleugel, die den rechteroever van de Maas tol
d i e n tijd gedekt had, verscliafte gelegenheid aan de Franschen om door le dringen en tusschen
2 0 en 21 September Maaslrichl van die zijden in le sluilen. Wel verdedigde zieh de bezetting
o p manmoedige wijze; doch loen's I lertogenbosch, Gulik, Coblenls en Keulen achtereenvolgens
in 'svijands banden waren gevallen, en deze reeds voor Venloo en Nijmegen slond,moest
men alle uitzicht op ontzet wel opgeven, en ging op 4 Kovember de stad bii verdrae aan de
F r a n s c h e n over (2).
De bezetting van Maaslrichl beslond nit Keizerlijke en Staatsche troepen en naluurlijk kwam
d e betaling der eerstgenoemden fen lasle van de Oostenrijksche krijgskas; doch deze was met
d e overige bagaadje bij het hoofdleger, loen dit voor de zegevierende Franschen teniglrok,
v e r h i e v e n (5), en zoo hadden de Staatsche bevelhebbers, gedurende hel beleg, behalve hunne
eigene troepen ook aan die van den Keizer, in 't geheel aan 80Ü0 m a n , hun soldij le voldoen.
De bankiers, zoo wel als de meesl gegoede ingezelenen, hadden de stad verlaten, en Wissels
w a r e n dus niet te Irekken of te verkoopen. Hicrbij kwam schaarschte aan brandslof, waarvan
evenzeer als van geldspecie de toevoer was afgesneden; en weldra was er volkomen geb
r e k aan geld. Eerst ging men een leening bij partikulieren aan; doch dit baalle niet gen
o e g z a a m , en zoo moest men wel lot een noodmunl zijn toevhichl nemen. Ter voorkoming
e e n e r gemakkelijke namaking van papieren geld, gaf de Gouverneur last tol het slaan van
s l u k k e n van zilver van 100 , 50 , 20, 10 en 5 stuivers. Het melaal daartoc benoodigd, werd,
hoe zeer dan maar ten bedrage van / 37082:10 sl., verkregen uit het zilverwerk der Kapiti
St. Servaas en de L. Vrouwe, waarvoor bewijzen werden afgegcven, renlende 4%-
t e l s '
Tegen het einde va
b r e n g e n ; terwijl die
zijden gestempeld,
die veel te uitvoerig v
I Oetober begon men de slukken van 100 st. en van 50 st. in omioop le
van lager bedrag nimmer geslagen werden. De noodmunl 819, aan beide
, volgens Pe r r e a u (*}, een proefmunt. Hij oordeelt, dal de Regeering
1 bewerking vond: en er was haasl bij de zaak; ook schenen, waar 't
7iood>mu,leu betrof, de eenvoudige stempelljes, als n". 820 en 821, voldoende. Zij werden
o n d e r het Stadhuis vervaardigd en bij resolutie van 27 Oetober 1794 voor gangbaar verklaard;
w a a r b i j de namakers mel de doodstraf bedreigd werden, en zij die ze weigerden te onlvang
e n , met als vijanden des vaderlands te worde n behandeld (5).
G e l d
P l a n t LXXVIIL en
s l a g e n le U t r e c h t , in 1794, le
LXXXVIII. 1794.
l o e v e van de West-Indiën.
822. Drieguldenstuk.
Keenijde Onder het wapen een 'W(est).
823. Gulden. — Als voren.
123*. 4 Gulden (8), Plaat LXXXVIII.
( ' ) Zelrtzamer dan n°. 820 . / 4—, hi^ Y. n. Chus , Tijdtohri/t, 11. bl. 856 , / 12.50, 1)1. 887, / 12.25.
(!) Ned. Jaari., 1794, bl. 164D-1665 CN 1476-1480; Vad. Iliel. Venolg, XXVU. bl. 289-305.
(3) A'ED.JAARI., 1794 , W. 1655.
(») Revue Numitmatique Helge. II. p. 391,
(«) p. 392! bcschrevmindeiVid. Jflori.. 1794 , bl. 1662; Vaa.HM.. FirP.. XXVII. 51, bl. 298
{ ») De2c halve gulden schijni niet geslagen te 2(jB. De afleekening bemst bij's llijks muni en gewierd oi
n plaat LXXVIII, door de welwillenlieid v. Mr. L. C. IIORA SiccAHA.