t
1.- i ' l l f . «
O p do
a a t LVII. 3 Seplcmhcr 1783.
j s , dcu S-i" S e p t emb e r 1783 j
Een groote »lad , aau cen rivier gelegen, sleliende ^uiarscliijnlijk Parijs v
waar de vrede ijeslolcii «erd. Daarboveii:
P K V Ü E N T I A & FATIS
ßOOli ߣLEIJ) EN LOOP DJili ZÄKEN.
Keerzijde. De Vredc, met palrnlak cn lioorn van overvloed , verlrapt den Oorlo?,
gebrokci» zi^aard ondor haar ligt. Reclils een rotsvesling («ederom Gibrallar?), die ei
bcsrhiet: links de rij/ciide j
ken de l'aam, met liaar bazi
komen.
(') Vad.mt. f>rr., VI.1,1, 43-15.
(S) Zie IW, //;«/. IViT., VI. bl. i:.—Sl; Jatrb., 1783, 1)1.
IV. 1)1. 59. Ken fdicht. gctilclcl: Op he! Uekmen der praeliminai
yeaeri. rfr« 2 1783 (Ifi !)!.), -IraaRt het multo: Fùeil wriw.
3—lüSSi de ni1ikekn,lil. i;i39 l.-.IH; Vas
Vrcedei-ariicnlfn lutscAfii Cr. UriliiiiijeH ei
Eon harji is cigenlijk lict Ijlazocii \ a i i / f rWc n een iiiry dat van AaWiVie«; de
ninkllike »a|iciicii v.iti Orouc-Uriiuiijc en vrni Spanjc «Ulekcurig cen grecp pcJaaii to iicljleii.
m
hooren vaii cen afsland ran Negapatnam cu vau de vrije vaarl in de Indisebe zeeen. Engeland
bluef echter onTcrzeltelük op zijn stuk; eu de Slalen-Generaai, ziende, dal Frankrijk en Spaiije
op hei punt waren een eindvrede te sluiten, gingen er eindelijk, met eenc mecrderbeid van
vjer Geweslen legen dric, die zieh ongelast verklaarden, toc over, Lij resobitie van 2S Aiignslus,
onze Gezanten le Parijs le mächtigen, om, voor het gcval dat zij vöör het sbiilen vati
dien eindvrede geeiie betere voorwaarden konden bedingen, voorloopig aan de vorderingcn
van Groül-Briltünje toe tc geven (i). Üet liep echter tot 2 September 17S3, eer de pröliminairen
geteekend werden (ä); ierwijl den volgenden dag de vrede geslotcn werd tusscheu
Fraukrijk, Spanjc, de Vereenigdc Staten van Amerika en Grool-Brittanje. De beide penningen,
•vvier besebrijying volgen zal, werden daurop geslagen. Xij dragcn 't jaartal 17S3, en Kederland
komt er op voor, als iu dal jaar reeds in bei vreeverbond be?repen; maar, als later
zien zullcn, bei dnurdc nog tot aan 20 Mci 17S4, eer lusscben Groot-lirittanjo eu de Nederlanden
cen eindvrede lot slaad kwam. Het is dns alteen onder waarscbuwing eu voorbcboud,
dal «ij die penningen bier op bei jaar 1783 brengcn.
Voorzijde. Twee vrouwen, door het Alzicnd Oog bestraald , de cene met cen palmlnk, de
andere met een vrijbeidshoed eu speer, geven elkander de rechter band. Zij zijn omringd
door de -vvapenschilden van de Nederlanden, van Groot-Briltanje (een karp (»)), 'van Frankrijk
(drie Iclicn), van Spanje (een bürg (i) ) en van de Vereenigdc Staten van Amerika. Link.s
en reclils Uvee vcslingen, die de vlooten welke haar oraringen beschicten en door de namen
MAH()(n) eu GIDR(alt.ik) zijn aangcduid.
Om de« rand:
S t C HOSTEN OO^^OOllDIA IVNGIT AHTGOS
ZOO MA AKT OREJLUBKSMMMING VIJANDMN TOT RRIENDJLX.
I n de afsnede:
, als de plants
e een kalme zee cn eenigu bcrglop2)cn be^traall. Ii. de wollaruit
de woorden :
I ' I A T PAX
IIET y j j riìEDE
- 2()9 -
Om den rund:
E N S l I i V S EX MAJITIS LVX i'ACIS L.ETA RESVlUilT
UIT DU ZW A AU DEN DM OORLOGS lIEliRIJ ST II ET Ii LIJ Dl: LI CUT DKH iUHDKS.
I n a f s
O P E VVLCANI
1 7 S a
nOOR DU 111} r.P VAN V ULK A AN {den God (kr Smeilm, .jekhvkei,) IN I7S:{.
ÄO». IMaat LVII. 1783.
Speer, en kenbnar, zoo aan bei schild,
an den olijflak, die ncvens haar uil den
n Frankrijk, Groot-Briltanje , Spanjc en
A l s boveu
Voorsljdc. Paltas Minerva , gewapend met helm ei
met het Hedii.salioofd , dat aan baar voelen ligt, als !
grond opsebict, boudt in de linkerhand de wapens vi
de Nederhinden, met cen strik te zamen gesnoerd.
Om den rand:
O O M J I V N l GONSKNSV
DOOR ONDERLINGE ZAMENSTEMMING.
Keerzijde. De Koning van Frankrijk, kcnbaar aan de lelien, waarmede zijn klecd cn de voetbank
van zijn troon, zijn bezaaid, wijst op een wapenscbild van zilver, beladen met dcrlien
banden van lazuur (zinspelende op de derlien Vereeuigde Stafen van Amerika) , 't >velk door
een jonge vronw wordt opgebangen aan een zuil, met een vrijheidslioed gedekt.
Om den rand:
L I B E E T A S AMEllTCANA
M: VMJIIEU) RAN AJÌERIKA C).
I n de afsnede:
M D C C L X X X I I I
cn bel nierk dcs .slempcisnijders CF of CR.
PI a a t LVII. 23 November 1783.
V i j i - - e n t i g - j a r i g huv e l i j k
d a de
H c r w e r d c n
j c r 1783.
Foorsijde. Het Alziend Oog bestraalt een allaar, op 'l welk een slangerond gebciteld is.
Links daarvan een Oyevaar en recbls een Olifant, al.s zinnebeeiden van godvruchliffbeid ^
en milddadighcid (3). t, \ j
( ' ) DE {ot EE^•) AilElUKAAKSCUE VltlJIlEID,
Ecne zccr bijxoiidcrc in Laar soort.
(«) Oniclat lie jonge oyevaars gezegd worden, do afgcleefde eii
Roomie ÌIoogeMeii, Lcydcii, 1723, bl. 368, Tab. LXXIX. 6; Vondui, ;/oro»de (Deel I. bl. 946—GJ9
NEp), gceft cr twee niiderc redciieii vnii oi>.
( ' ) AUboiis Uj de Uomeinen. Zie Ovdaen- . t. a. pi., Tab. LXXVIIt. n». 3. bl. 357.
volkonien lietzelfdc is. Zekcr w as c
do vicugels to dr.igon,