^et ®aagscne tosch en te Katwijk in de duinen.
Meerburgh Lij G. Bij Amsterdam. R.
IV. Kruikdragende Dekmossen.
(De takten verspreid; de bladen eenigzins openslaande.)
43. (jeelachtig Dekmos, met de steng nederliggende en
getakt, de takken rolrond regt; de bladen opgerigt-open-
staande, overeenliggende, eirond-lancetvormig, zeer lang
gespitst, gestreept, gaafrandig, de nerf naar den top toe verdwijnende';
de vruclitsteel ruw, de zaaddoos aan den voet
verdikt, rolrond, opgerigt-hellende, het deksel kort-
scnmns-gesnay eld.
De binnenste monding bestaat uit 16 gelijke een weinig
doorboorde slippen,, hetgene, .indien er geene wimpers tus-
schen elke slip aanwezig waren, zoude bewijzen, dat dit
plantje tot het geslacht Laddermos behoort.
Zij is op bet eerste gezigt te onderscheiden aan hare bla-
dep, die van eene fraaije geelachtige of bleek-stroogele kleur
zijn, glanzende, haarvormig-gespitst, bij opdrooging aan
den steng aangedrukt en aan hare vruchtsteel, die door öu-
aerdom schier altoos kronkelende wordt^ vH.
PA Aan de boomen op het Loo en aan den zeekant tusschen
Harderwijk en Doornspijk Eerhart bij vG. Aan de boomen
in den Haarlemmerhout vG. Zeer gemeen in de dui-
mm van Holland R. Bij Haarlem E! Bij Nijmegen B! t n
de batterijen bij Groningen eh op oude populieren te Heikop
bij Vianen. vH. Bij Zwolle D. Te Ootmarsum 1
Dremhe! M $ °nderscteidene Plaatsen op de heiden van
g e tik /' S S Dekmob met steng opgaande, verspreid-
Ë e n n d T euu$» r°If0nd> biJna regtstandig; de
hladen overeenhggende, eirond-lancetvormig, lang-gespïtst
gestreept, met de nerf over het midden; de zaaddoos5
^ond-gekromd, hellende, het deksel spits-kegelvormig. Bri- '
g ed ^ an te^ r Zljn. ileeker in de vorige soort, van gelijke
cene o ^ n d 1 f holrond’ aa* den rand i e t
g agen plooi, inderdaad e'ënnervig; terwijl in het
geel