
 
        
         
		II Onderafdeeling.  Korstachtige Levermossen/. 
 De  zaaddoos  ongesteeld  of  door een buisje  gekroond,  of  
 eirond  en in den kelk besloten, niet openberstende.  De zaden  
 zonder springdraden (**). 
 X L IP .  Riccia.  De  zaaddoos bijkans kogelrond,  in het  
 loof besloten, uitloopende in eene eenigzins spitse  
 afvallende buis. 
 Er zijn geene andere deelender vruchtmaking.  
 Martius. 
 Het  loof  is  doorgaans  gegaffeld.  De  wortel  
 ontbreekt  somtijds.  Op  de  oppervlakte  van  
 het loof ziet men kleine  kegelvormige  ligchaamp-  
 jes,  welke  door  sommigen  voor  de  mannebjke  
 bloemen gehouden worden. 
 208.  zeegroene  Riccia,  op  de  aarde  groeijende ,  het loof  
 ingesneden ,  gestippeld ,  holrond,  de  slippen langwerpig  of  
 wigvormig,  met  gekartelden  of  eenigzins  ingesneden  top.  
 Martius. 
 Het  loof  is  fraai  fluweelachtig-groen,  door  ouderdom of  
 bij  uitdrooging  zeegroen.  De  slippen,  dan  eens  breeder,  dan  
 weder  smaller,  zijn  aan  den  top  geplooid  en eenigzins ge~  
 vorkt.  Overigens  vertoont  deze plant ons talrijke  vormsver-  
 scheidenheden. 
 PI.  Op vochtige zandgronden en akkers  bij Harderwijk.  vG.  
 Te  Paterwolde  bij  Groningen.  L.  Marchand  en  vH.  Aan  
 de  Lek  bij  Vianen.  vH.  Vrij  algemeen op braakliggende  
 akkers,  aan de  kanten der slooten  en  walletjes  op leemach-  
 achtige  en  veenachtige  zandgronden  te  Groningen  en bet  
 nabijgelegen  dorp Harén.  vH.  Mq.  D. 
 209-  kristallijn« Riccia,  op  de  aarde  groeijende,  met bet  
 loof  ingesneden  en  gekarteld,  kort-gelobd,  holrond  en met  
 kleine  holten  voorzien.  Martius. 
 Het  loof  heeft  een  fraai  kristalacbtig  aanzien  wegens  de  
 tepeltjes,  waarmede  het  voorzien  is. — Overigens is de  gedaan 
 (**)  De  Targionia  hypaphylla ,  door Commelijh het eerst als in-  
 landsch  opgegeven  en  door de Gorter niet dan met grooten  twijfel  
 vermeld ,  scheen  ons  toe  ,  niet te moeten worden  opgenomen totdat  
 hare  standplaats  in  ons Vaderland met meer zekerheid gekend  
 was.